archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Brief uit ... delen printen terug
Een ander taalgebied Dik Kruithof

1511BS FryskFriesland heeft een eigen taal, het Fries (it Frysk). De Friese hoofdstad, Leeuwarden, was omstreeks 1500 een volledig Friestalige stad: spreektaal was Fries, geschreven taal in overeenkomsten en ook de bestuurstaal was Fries. Tweehonderd jaar later was dat totaal anders: de ontfriezing van Leeuwarden had plaats gevonden. In 1983 verscheen een boekje van H.W. Keikes met als titel 'Eiland in de Friese Zee' en als ondertitel 'Alarm, de Friezen komen!'. Aanleiding was waarschijnlijk dat de Provincie toen een actief Fries taalbeleid voerde.

Hoe de ontfriezing van Leeuwarden plaatsvond was het onderwerp van een lezing van Oebele Vries in Tresoar in Leeuwarden in het kader van Land van Taal, een van de onderdelen van de Culturele Hoofdstad. We volgen zijn lezing.

Leeuwarden was zo Fries dat in een van de oudste geschreven teksten – en dat zijn allemaal rechtsregels – de volgende zin voorkomt: 'Neen hollandera schilma ontfaen foer een burger neen riocht to ferane ende neen alderman mey to tziazane'. Vertaald: Geen hollander zal burger worden, rechten krijgen en als bestuurder gekozen worden. Overigens kwam deze bepaling in meer Noordelijke en Oostelijke steden voor.

Vier eeuwen ongeveer duurde het tijdperk van de Friese Vrijheid. Friesland, Groningen en het Duitse Oost-Friesland vielen rechtstreeks onder de Keizer, maar er was geen graaf, hertog of bisschop die het keizerlijk gezag uitoefende. Friezen betaalden ook geen belasting en maakten zelf uit of ze de keizer hielpen als die daarom vroeg. De Vrije Frieslanden waren in feite verzamelingen van kleine minirepubliekjes, die samenwerkten in rechtspraak. In de 15e eeuw waren dat in de huidige provincie Friesland de gebieden Oostergo, Westergo en Sevenwolden met nog zes kleinere gebiedjes, die nog in de huidige gemeenten terug te vinden zijn. Oostergo en Westergo waren de belangrijkste 'republiekjes', de zaken werden geregeld in Leeuwarden en Sneek. Leeuwarden had voor het vastleggen van die regels een schrijver aangesteld1511BS Fryslan en de eerste schrijver was afkomstig uit Bolsward, had waarschijnlijk gestudeerd in Leuven, maar schreef voor zijn werk in het Fries en daardoor ontwikkelde zich in Leeuwarden een schrijfkamer, een kanselarij, die Fries schreef.

In 1498 kwam er dus een einde aan die vrijgevochten tijd toen de Duitse graaf Albert van Saksen de macht greep en kreeg. Hij bracht Duitse ambtenaren met zich mee die het Fries niet begrepen. Ze kozen voor het Nederlands als tussentaal: de werktaal in de kanselarij werd Duits en alle stukken werden vertaald in het Nederlands. Op het stadsniveau bleef het Fries nog in gebruik. Maar in 1515 kwam de tweede omslag: Karel V werd de nieuwe keizer en dat was geen Duitse maar een Dietse keizer in Brussel met Nederlandstalige ambtenaren en voor hem was Friesland een Diets gewest waar Nederlands de voertaal was. Toen gingen ook de lagere overheden over op Nederlands: in 1516 verscheen het laatste gemeentestuk in het Fries. Het laatste Friese stuk dat bekend is legt het vertrek vast van een Friestalige schrijver van een Gasthuis in 1530. Daarna is het Fries verdwenen uit het bestuurlijk en zakelijk verkeer.    

Met de spreektaal duurde het langer. De handelsontacten met de Hollanden werden belangrijker en in de Friese steden ontwikkelde zich een Hollands dialect dat Stadsfries werd genoemd. Dat ging veel langzamer; in het jaar dat Leeuwarden de Culturele Hoofdstad van Europa is viert het ook dat 250 jaar geleden er voor het eerst een boekje verscheen in het Liwwadders.
Het huidige Nederlands is pas in de 17e eeuw opgekomen als elitetaal in de Hollandse steden (Hoog Haarlemmer Dijks). Rond 1900 sprak nog maar 10% van de bevolking het. Het is dus iets van de laatste honderd jaar.

Land van Taal is onderdeel van het programma van de Culturele Hoofdstad. Deze lezing was een van de eerste onderdelen.
Het paviljoen en het programma zijn te vinden op de website: lanfantaal.nl

-------
De plaatjes zijn van Dik Kruithof


© 2018 Dik Kruithof meer Dik Kruithof - meer "Brief uit ..." -
Beschouwingen > Brief uit ...
Een ander taalgebied Dik Kruithof
1511BS FryskFriesland heeft een eigen taal, het Fries (it Frysk). De Friese hoofdstad, Leeuwarden, was omstreeks 1500 een volledig Friestalige stad: spreektaal was Fries, geschreven taal in overeenkomsten en ook de bestuurstaal was Fries. Tweehonderd jaar later was dat totaal anders: de ontfriezing van Leeuwarden had plaats gevonden. In 1983 verscheen een boekje van H.W. Keikes met als titel 'Eiland in de Friese Zee' en als ondertitel 'Alarm, de Friezen komen!'. Aanleiding was waarschijnlijk dat de Provincie toen een actief Fries taalbeleid voerde.

Hoe de ontfriezing van Leeuwarden plaatsvond was het onderwerp van een lezing van Oebele Vries in Tresoar in Leeuwarden in het kader van Land van Taal, een van de onderdelen van de Culturele Hoofdstad. We volgen zijn lezing.

Leeuwarden was zo Fries dat in een van de oudste geschreven teksten – en dat zijn allemaal rechtsregels – de volgende zin voorkomt: 'Neen hollandera schilma ontfaen foer een burger neen riocht to ferane ende neen alderman mey to tziazane'. Vertaald: Geen hollander zal burger worden, rechten krijgen en als bestuurder gekozen worden. Overigens kwam deze bepaling in meer Noordelijke en Oostelijke steden voor.

Vier eeuwen ongeveer duurde het tijdperk van de Friese Vrijheid. Friesland, Groningen en het Duitse Oost-Friesland vielen rechtstreeks onder de Keizer, maar er was geen graaf, hertog of bisschop die het keizerlijk gezag uitoefende. Friezen betaalden ook geen belasting en maakten zelf uit of ze de keizer hielpen als die daarom vroeg. De Vrije Frieslanden waren in feite verzamelingen van kleine minirepubliekjes, die samenwerkten in rechtspraak. In de 15e eeuw waren dat in de huidige provincie Friesland de gebieden Oostergo, Westergo en Sevenwolden met nog zes kleinere gebiedjes, die nog in de huidige gemeenten terug te vinden zijn. Oostergo en Westergo waren de belangrijkste 'republiekjes', de zaken werden geregeld in Leeuwarden en Sneek. Leeuwarden had voor het vastleggen van die regels een schrijver aangesteld1511BS Fryslan en de eerste schrijver was afkomstig uit Bolsward, had waarschijnlijk gestudeerd in Leuven, maar schreef voor zijn werk in het Fries en daardoor ontwikkelde zich in Leeuwarden een schrijfkamer, een kanselarij, die Fries schreef.

In 1498 kwam er dus een einde aan die vrijgevochten tijd toen de Duitse graaf Albert van Saksen de macht greep en kreeg. Hij bracht Duitse ambtenaren met zich mee die het Fries niet begrepen. Ze kozen voor het Nederlands als tussentaal: de werktaal in de kanselarij werd Duits en alle stukken werden vertaald in het Nederlands. Op het stadsniveau bleef het Fries nog in gebruik. Maar in 1515 kwam de tweede omslag: Karel V werd de nieuwe keizer en dat was geen Duitse maar een Dietse keizer in Brussel met Nederlandstalige ambtenaren en voor hem was Friesland een Diets gewest waar Nederlands de voertaal was. Toen gingen ook de lagere overheden over op Nederlands: in 1516 verscheen het laatste gemeentestuk in het Fries. Het laatste Friese stuk dat bekend is legt het vertrek vast van een Friestalige schrijver van een Gasthuis in 1530. Daarna is het Fries verdwenen uit het bestuurlijk en zakelijk verkeer.    

Met de spreektaal duurde het langer. De handelsontacten met de Hollanden werden belangrijker en in de Friese steden ontwikkelde zich een Hollands dialect dat Stadsfries werd genoemd. Dat ging veel langzamer; in het jaar dat Leeuwarden de Culturele Hoofdstad van Europa is viert het ook dat 250 jaar geleden er voor het eerst een boekje verscheen in het Liwwadders.
Het huidige Nederlands is pas in de 17e eeuw opgekomen als elitetaal in de Hollandse steden (Hoog Haarlemmer Dijks). Rond 1900 sprak nog maar 10% van de bevolking het. Het is dus iets van de laatste honderd jaar.

Land van Taal is onderdeel van het programma van de Culturele Hoofdstad. Deze lezing was een van de eerste onderdelen.
Het paviljoen en het programma zijn te vinden op de website: lanfantaal.nl

-------
De plaatjes zijn van Dik Kruithof
© 2018 Dik Kruithof
powered by CJ2