archiefvorig nr.lopend nr. |
||||
|
|||||||||||||||||||||||||||||
Vermaak en Genot > Een omweg waard | ||||
Een feniks, thuis in Twenthe | Dik Kruithof | |||
Een paar dagen weg in november met een pluim van de IZA, dat vraagt om een stad met een Duitse Kerstmarkt. De keuze viel op Münster en omdat dat dicht bij Enschede ligt kozen we daar een hotel. Dat is een beetje thuiskomen, want ik ben in dat gebied geboren en heb er tot mijn achtste gewoond. De klank van de taal die er gesproken wordt geeft mij een vertrouwd gevoel. Münster was erg leuk en er bleven dus twee halve dagen in Enschede over waarvan ik er een besteed heb aan Twentse Welle en het Rijksmuseum Twenthe, en aan de nieuwe architectuur van de weer opgebouwde wijk Roombeek.
Twentse Welle is een nieuw museum in een nieuw gebouwd complex in Roombeek, het Rozendaal, waar overgebleven delen van een oude, in verval geraakte textielfabriek zijn opgenomen in een modern complex met verschillende ateliers van kunstenaars, het Centrum voor Beeldende Kunst en een museumrestaurant. Het is een combinatie van een natuurhistorisch museum en een textielmuseum. In de oude fabriekshal wordt het verhaal van natuur en mensen in Twenthe verteld met een keuze uit de natuurhistorische collectie (waaronder veel prachtige opgezette dieren die eeuwen geleden hier rondliepen), ondersteunende videopresentaties en in het laatste gedeelte een indrukwekkend overzicht van machines uit de textielindustrie. Mijn eigen familie is vanuit de kop van Overijssel, in de tijd van de opkomst van de industrie, verhuisd naar Enschede en mijn Opa heeft wel verteld hoe hij als veertienjarige aan het weefgetouw werkte. Om dat dan ineens in een museum tegen te komen maakt wel indruk. Naast de vaste opstelling organiseert Twentse Welle bijzondere exposities, nu van breiwerk in de mode en over de bouwplaats Enschede.
Een van de grote bouwprojecten in Enschede is de herbouw van de wijk Roombeek na de vuurwerkramp van mei 2000. Met veel goede bedoelingen, zoals: voorrang geven aan de oorspronkelijke bewoners, geen inspraak maar participatie en een toekomstgerichte wijk bouwen, heeft Roombeek onder supervisie van de bekende architect Pi de Bruijn vorm gekregen. Als je nu langs de museumlaan door de nieuwe wijk van de Twentse Welle naar het Rijksmuseum Twenthe loopt dan valt vooral een ander uitgangspunt op, namelijk dat vijftig procent van de woningen in particulier opdrachtgeverschap moest worden ontwikkeld. Langs die laan gold een streng beeldkwaliteitsplan, maar iedere koper van een kavel kon zijn eigen architect (van topklasse) kiezen. Dat heeft geleid tot een bonte verscheidenheid van stadsvilla’s op kleine kavels zodat de verscheidenheid erg opvalt. Je krijgt sterk de indruk dat geen van de architecten zich bewust heeft bezig gehouden met het totaalbeeld.
Het Rijksmuseum Twenthe ligt aan de rand van Roombeek, in een gebouw van de architect Karel Muller, die wel ‘de vader van de Twense landhuizen werd genoemd’. Het is een mooi, rustiek aandoend gebouw dat in 1996 grondig is verbouwd. Na de vuurwerkramp, waarbij het zoveel schade opliep dat het een jaar gesloten is geweest, is het volledig hersteld. Het is in 1930 geopend door inspanningen en met bijdragen van de textielfamilie Van Heek. In latere jaren is de collectie met schenkingen aangevuld zodat er kunst getoond kan worden vanaf de 13e eeuw, met een nadruk op de 18e eeuw en de moderne kunst vanaf de jaren zestig van de vorige eeuw. Tot 8 januari was er een tentoonstelling van herman de vries, waarvan ook werk te zien is op de Nul-tentoonstelling in Schiedam. Hier lag meer de nadruk op zijn latere werk met verzamelingen uit de natuur. Op grote panelen zijn soms tientallen, soms honderden stukjes natuur: bladeren, bloemen en zaadjes, bij elkaar gebracht. Leuk om te zien, soms interessant, je vraagt je af waar al die verschillende vormen zelfs bij dezelfde plant vandaan komen, maar echt geraakt werd ik niet. De tentoonstelling maakt deel uit van een cluster tentoonstellingen met als onderwerp verzamelen onder de titel Unusual Quantities.
Museaal opmerkelijk is de presentatie van een ‘droomaankoop’ van het museum namelijk een landschap van Gainsborough. Het is een vroeg werk van de Britse landschapsschilder dat duidelijk geinspireerd moet zijn door Hollandse meesters van de 17e eeuw. Dat kan best, maar het nieuwe schilderij wordt gepresenteerd in een grote zaal met Hollandse meesters en valt daar met zijn A4-formaat (28 x 23 cm) volledig in het niet. Ook kwalitatief vind ik het daar geen uitschieter. De vaste collectie loopt van 1300 tot de twintigste eeuw. Hoogtepunt was voor mij De dochter van de kunstenaar van Bart van der Leck en het werk van Nul-kunstenaars Armando en Schoonhoven. Overigens is veel te vinden op de website van het museum onder Collectie Online.
Opmerkelijk is de presentatie van De Vuurvogel, een multimediale installatie gebaseerd op het verhaal van de vogel Feniks, een werk van Othilia Verdurmen uit Groningen. Volgens de beschrijving kun je de vuurvogel voelen, ruiken en horen. In de praktijk gaat het vooral om zien. Als de voorstelling voor je ‘aangezet’ wordt, zie je een neergestorte vuurvogel die op een prachtige manier met lichteffecten weer (bijna) tot leven gebracht wordt. Zelf heb ik ruim een kwartier gespannen zitten wachten op beweging in de vogel, maar zover kwam het niet. Later las ik in het verhaal dat de eerste versie van de vogel bij een studiobrand is omgekomen en het ingezakte exemplaar nu een tweede leven leidt – overigens geheel naar het verhaal van de Feniks waarbij uit de dood weer nieuw leven ontstaat.
Meer op www.rijksmuseumtwenthe.nl
********************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl |
||||
© 2012 Dik Kruithof | ||||
powered by CJ2 |