archiefvorig nr.lopend nr.

 
Beschouwingen > Een rustig mens delen printen terug
Gonçalo Almeida is tevreden in Rotterdam Willem Minderhout

1815BS Goncalo1De in Rotterdam woonachtige Portugese contrabassist Gonçalo Almeida staat op het punt om na een lange coronapauze weer op te gaan treden. Samen met de gitarist Dick Serries treedt hij op 5 juni op in OZO-land, een fascinerend podium in Hunsel, een gehucht in de buurt van Roermond, dat ik helaas nog niet zelf heb bezocht. Op 10 juni treedt hij op in Studio Loos in Den Haag met het Hydra Ensemble. In dit ensemble speelt hij samen met de fantastische cellistes Nina Hitz & Lucija Gregov en de electronicaman Rutger Zuydervelt, ook wel bekend onder zijn artiestennaam ‘Machinefabriek’. Dit zijn nog maar twee van zijn vele projecten. Op zijn Bandcamp-pagina verschijnt het ene na het andere album, zoals onlangs zijn soloproject ‘Monologos A Dois’. Ook met Spinifex, de band van de altist Tobias Klein, gaat hij binnenkort weer een album opnemen. Alle redenen voor een gesprek dus.

‘Ik heb de contrabas betrekkelijk laat ontdekt. Ik speelde op de middelbare school wel basgitaar in allerlei rockbandjes. Jazz zei me niets. Dat was iets van Louis Armstrong of zo.
Toen ik ging studeren in Lissabon is dat veranderd. Ik was van plan om naar de kunstacademie te gaan, maar daar zag ik op het laatste moment vanaf. Ik wist nog niet precies wat ik wilde. In die tijd bezocht ik vaak de ‘Hot Club’, dat was een jazzclub in Lissabon waar al vanouds, vanaf 1948, progressieve tegenstanders van de dictatuur bijeen kwamen. De naam was gekopieerd van de ‘Hot Club’ in Parijs, waar Django Reinhard optrad. Ik heb daar ontdekt wat jazz was. Een levende traditie vol verrassingen.

In het Centro Cultural de Belem zag ik de contrabassist Carlos Bica. Hij speelde daar met Jim Black op drums en Frank Möbius op gitaar. Ik werd helemaal van mijn sokken geblazen. Dat wilde ik ook kunnen! Bij de ‘Hot Club’ ben ik cursussen gaan volgen, maar op conservatoriumniveau was er op dat moment in Portugal1815BS Goncalo2 niets te vinden wat op een jazz-opleiding lijkt. Toen ik mij verder wilde ontwikkelen moest ik dus naar het buitenland. Berklee in de VS bleek veel te duur. Een vriend van mij was naar het Koninklijk Conservatorium in Den Haag gegaan en raadde mij aan om ook deze kant uit te komen. Het werd uiteindelijk geen Den Haag, maar ik ging in 2002 naar Codarts in Rotterdam waar Marius Beets mijn voornaamste docent was. Ik heb daar geen moment spijt van gehad.
Mijn grote voorbeeld vind ik Peter Kowald. Kowald speelde bas op een manier die ik nooit voor mogelijk had gehouden. Ik probeer niet zoals hij te klinken, maar de vrijheid die hij in zijn spel legde heeft me diepgaand beïnvloed. Mijn vriend Thanos Polymeneas heeft zelfs een muziekstuk ‘Memorium to Peter Kowald’ voor mij gecomponeerd.

Ik speelde al snel in allerlei bandjes. Mijn eerste band was Tetterapadequ. Die band bestond uit twee Italianen: Daniele Martini op tenor sax en Giovanni di Domenico op piano, en twee Portugezen: de drummer João Lobo en ik. Tetterapadequ is een anagram. We speelden als student vaak in het Haagse muziekcafé De Pater, dat helaas niet meer bestaat. We hebben de letters van ‘De Pater Quartet’ door elkaar gehusseld.
De wereld van de Nederlandse conservatoriumstudenten is uitermate internationaal. De Portugese trompettiste Susanna Santos Silva, met wie ik heb gespeeld in de band Lama, heb ik bijvoorbeeld in Rotterdam ontmoet. Zij speelde voornamelijk mainstream jazz en was in het begin nogal huiverig voor geïmproviseerde muziek. Momenteel is ze één van de meest vooraanstaande improvisatoren op trompet. Ik heb haar al een tijd niet meer gezien. Ze woont nu in Stockholm.
Met Lama hebben we mooie tournees gemaakt. We traden ook op in Portugal, samen met de Amerikaanse saxofonist Chris Speed. Van een concert in Portalegre is een live album gemaakt. In Portugal is de situatie nu heel anders dat twintig jaar geleden. Je kunt er nu jazz studeren aan de conservatoria en er is een groeiend publiek voor geïmproviseerde muziek. Dat publiek is bovendien een stuk jonger dan het toch wel erg grijze Nederlandse publiek.

De wereld van de geïmproviseerde muziek is niet zo groot dus voordat je het weet ken je iedereen en kent iedereen jou. Met de bassisten Wilbert de Joode en Raoul van der Weide heb ik duo-opnamen gemaakt. Heerlijk vind ik dat. Ik wil nog een keer iets doen met een heleboel contrabassisten samen.
Ik ben door Tobias Klein gevraagd om bij Spinifex te spelen nadat hij me gezien had in Zaal 100. Ik speelde daar met het trio ‘Heinz Karlhausen & The Diatonics’ met Friso van Wijck en Daniele Martini. Ik heb sindsdien heel veel projecten met Tobias gedaan. We zijn nu weer bezig met een nieuwe opname met het Spinifex-sextet: Tobias Klein, John Dikeman, Jasper Stadhouders, Philipp Moser, Bart Maris en ik. De uitgebreide band waarmee we het tienjarig bestaan gevierd hebben, Spinifex Maximus met de Amerikaanse trombonist Jeb Bishop en zo, kunnen we niet financieren, dus dat blijft een eenmalige zaak. We hebben in Portugal overigens wel het repertoire van Spinifex Maximus gespeeld. We hebben toen lokale muzikanten gevraagd om mee te doen. Dat leverde weer een heel frisse nieuwe benadering op.

Ik vind de organisatorische kant van de muziek ook erg leuk. Ik vind het heerlijk om tournees te plannen en zo. Ik mis dat vreselijk, dus ik hoop dat dat weer snel kan. Ik ben inderdaad ook regelmatig in Portugal. Voor familiebezoek maar ook voor concerten. Yedo Gibson, een Braziliaanse saxofonist die lang in Nederland heeft gewoond en met wie ik regelmatig speel, heeft zich een paar jaar geleden in Portugal gevestigd en hij heeft het daar goed naar zijn zin. Ooit zal ik ook wel terugkeren, denk ik, maar ik heb het momenteel erg naar mijn zin in Rotterdam. Het ligt lekker centraal. Je kunt van hieruit overal heen. Bovendien heb ik een vriendin die erg aan Rotterdam gehecht is en ik leer hier van een meester-luthier hoe je contrabassen kunt restaureren.

Met andere Rotterdammers organiseer ik ook allerlei muzikale activiteiten. Albatre en het Hydra Ensemble zijn allebei Rotterdamse bands. Met de band Albatre, Hugo Costa. Philipp Ernsting en ik, spelen we een soort hardcore progrock. Het Italiaanse Zu is een voorbeeld. Met het Hydra Ensemble slaan we weer een hele andere richting in. De combinatie van contrabas met twee cello’s en elektronica vind ik zelf heel spannend. Kom kijken en luisteren!
Gonçalo Almeida: https://gonzobass.wixsite.com/gonzoalmeida

Gonçalo Almeida op Bandcamp: https://goncaloalmeida.bandcamp.com/
Cylinder Recordings https://cylinderecordings.bandcamp.com/
Albatre op Bandcamp: https://albatre.bandcamp.com/
Spinifex op Bandcamp: https://spinifex.bandcamp.com/

------
De foto's zijn van Nuno Martins en Geert Vandepoele


© 2021 Willem Minderhout meer Willem Minderhout - meer "Een rustig mens" -
Beschouwingen > Een rustig mens
Gonçalo Almeida is tevreden in Rotterdam Willem Minderhout
1815BS Goncalo1De in Rotterdam woonachtige Portugese contrabassist Gonçalo Almeida staat op het punt om na een lange coronapauze weer op te gaan treden. Samen met de gitarist Dick Serries treedt hij op 5 juni op in OZO-land, een fascinerend podium in Hunsel, een gehucht in de buurt van Roermond, dat ik helaas nog niet zelf heb bezocht. Op 10 juni treedt hij op in Studio Loos in Den Haag met het Hydra Ensemble. In dit ensemble speelt hij samen met de fantastische cellistes Nina Hitz & Lucija Gregov en de electronicaman Rutger Zuydervelt, ook wel bekend onder zijn artiestennaam ‘Machinefabriek’. Dit zijn nog maar twee van zijn vele projecten. Op zijn Bandcamp-pagina verschijnt het ene na het andere album, zoals onlangs zijn soloproject ‘Monologos A Dois’. Ook met Spinifex, de band van de altist Tobias Klein, gaat hij binnenkort weer een album opnemen. Alle redenen voor een gesprek dus.

‘Ik heb de contrabas betrekkelijk laat ontdekt. Ik speelde op de middelbare school wel basgitaar in allerlei rockbandjes. Jazz zei me niets. Dat was iets van Louis Armstrong of zo.
Toen ik ging studeren in Lissabon is dat veranderd. Ik was van plan om naar de kunstacademie te gaan, maar daar zag ik op het laatste moment vanaf. Ik wist nog niet precies wat ik wilde. In die tijd bezocht ik vaak de ‘Hot Club’, dat was een jazzclub in Lissabon waar al vanouds, vanaf 1948, progressieve tegenstanders van de dictatuur bijeen kwamen. De naam was gekopieerd van de ‘Hot Club’ in Parijs, waar Django Reinhard optrad. Ik heb daar ontdekt wat jazz was. Een levende traditie vol verrassingen.

In het Centro Cultural de Belem zag ik de contrabassist Carlos Bica. Hij speelde daar met Jim Black op drums en Frank Möbius op gitaar. Ik werd helemaal van mijn sokken geblazen. Dat wilde ik ook kunnen! Bij de ‘Hot Club’ ben ik cursussen gaan volgen, maar op conservatoriumniveau was er op dat moment in Portugal1815BS Goncalo2 niets te vinden wat op een jazz-opleiding lijkt. Toen ik mij verder wilde ontwikkelen moest ik dus naar het buitenland. Berklee in de VS bleek veel te duur. Een vriend van mij was naar het Koninklijk Conservatorium in Den Haag gegaan en raadde mij aan om ook deze kant uit te komen. Het werd uiteindelijk geen Den Haag, maar ik ging in 2002 naar Codarts in Rotterdam waar Marius Beets mijn voornaamste docent was. Ik heb daar geen moment spijt van gehad.
Mijn grote voorbeeld vind ik Peter Kowald. Kowald speelde bas op een manier die ik nooit voor mogelijk had gehouden. Ik probeer niet zoals hij te klinken, maar de vrijheid die hij in zijn spel legde heeft me diepgaand beïnvloed. Mijn vriend Thanos Polymeneas heeft zelfs een muziekstuk ‘Memorium to Peter Kowald’ voor mij gecomponeerd.

Ik speelde al snel in allerlei bandjes. Mijn eerste band was Tetterapadequ. Die band bestond uit twee Italianen: Daniele Martini op tenor sax en Giovanni di Domenico op piano, en twee Portugezen: de drummer João Lobo en ik. Tetterapadequ is een anagram. We speelden als student vaak in het Haagse muziekcafé De Pater, dat helaas niet meer bestaat. We hebben de letters van ‘De Pater Quartet’ door elkaar gehusseld.
De wereld van de Nederlandse conservatoriumstudenten is uitermate internationaal. De Portugese trompettiste Susanna Santos Silva, met wie ik heb gespeeld in de band Lama, heb ik bijvoorbeeld in Rotterdam ontmoet. Zij speelde voornamelijk mainstream jazz en was in het begin nogal huiverig voor geïmproviseerde muziek. Momenteel is ze één van de meest vooraanstaande improvisatoren op trompet. Ik heb haar al een tijd niet meer gezien. Ze woont nu in Stockholm.
Met Lama hebben we mooie tournees gemaakt. We traden ook op in Portugal, samen met de Amerikaanse saxofonist Chris Speed. Van een concert in Portalegre is een live album gemaakt. In Portugal is de situatie nu heel anders dat twintig jaar geleden. Je kunt er nu jazz studeren aan de conservatoria en er is een groeiend publiek voor geïmproviseerde muziek. Dat publiek is bovendien een stuk jonger dan het toch wel erg grijze Nederlandse publiek.

De wereld van de geïmproviseerde muziek is niet zo groot dus voordat je het weet ken je iedereen en kent iedereen jou. Met de bassisten Wilbert de Joode en Raoul van der Weide heb ik duo-opnamen gemaakt. Heerlijk vind ik dat. Ik wil nog een keer iets doen met een heleboel contrabassisten samen.
Ik ben door Tobias Klein gevraagd om bij Spinifex te spelen nadat hij me gezien had in Zaal 100. Ik speelde daar met het trio ‘Heinz Karlhausen & The Diatonics’ met Friso van Wijck en Daniele Martini. Ik heb sindsdien heel veel projecten met Tobias gedaan. We zijn nu weer bezig met een nieuwe opname met het Spinifex-sextet: Tobias Klein, John Dikeman, Jasper Stadhouders, Philipp Moser, Bart Maris en ik. De uitgebreide band waarmee we het tienjarig bestaan gevierd hebben, Spinifex Maximus met de Amerikaanse trombonist Jeb Bishop en zo, kunnen we niet financieren, dus dat blijft een eenmalige zaak. We hebben in Portugal overigens wel het repertoire van Spinifex Maximus gespeeld. We hebben toen lokale muzikanten gevraagd om mee te doen. Dat leverde weer een heel frisse nieuwe benadering op.

Ik vind de organisatorische kant van de muziek ook erg leuk. Ik vind het heerlijk om tournees te plannen en zo. Ik mis dat vreselijk, dus ik hoop dat dat weer snel kan. Ik ben inderdaad ook regelmatig in Portugal. Voor familiebezoek maar ook voor concerten. Yedo Gibson, een Braziliaanse saxofonist die lang in Nederland heeft gewoond en met wie ik regelmatig speel, heeft zich een paar jaar geleden in Portugal gevestigd en hij heeft het daar goed naar zijn zin. Ooit zal ik ook wel terugkeren, denk ik, maar ik heb het momenteel erg naar mijn zin in Rotterdam. Het ligt lekker centraal. Je kunt van hieruit overal heen. Bovendien heb ik een vriendin die erg aan Rotterdam gehecht is en ik leer hier van een meester-luthier hoe je contrabassen kunt restaureren.

Met andere Rotterdammers organiseer ik ook allerlei muzikale activiteiten. Albatre en het Hydra Ensemble zijn allebei Rotterdamse bands. Met de band Albatre, Hugo Costa. Philipp Ernsting en ik, spelen we een soort hardcore progrock. Het Italiaanse Zu is een voorbeeld. Met het Hydra Ensemble slaan we weer een hele andere richting in. De combinatie van contrabas met twee cello’s en elektronica vind ik zelf heel spannend. Kom kijken en luisteren!
Gonçalo Almeida: https://gonzobass.wixsite.com/gonzoalmeida

Gonçalo Almeida op Bandcamp: https://goncaloalmeida.bandcamp.com/
Cylinder Recordings https://cylinderecordings.bandcamp.com/
Albatre op Bandcamp: https://albatre.bandcamp.com/
Spinifex op Bandcamp: https://spinifex.bandcamp.com/

------
De foto's zijn van Nuno Martins en Geert Vandepoele
© 2021 Willem Minderhout
powered by CJ2