archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Het leven zelf delen printen terug
Niks forceren Reinier van Delden

1719BS NiksIk vroeg hoe andere mannen dat dan deden.
Ik stond daar namelijk maar een beetje.
Eigenlijk onzeker te zijn.
Ze zei dat het ongeveer altijd zo ging.
Net of ik dat niet wist.
Natuurlijk wist ik dat.
Maar ik was het toch enigszins verleerd.
Vragen of ze nog zin had in een drankje.
Je wilt uiteindelijk niks forceren.

Stel je voor.
Dadelijk keert ze om.
Zie ik haar nooit weer.
Maar goed, ze bleef staan.
Lachte.
En leek zelfverzekerder dan ik.
Ik geloof dat het haar niet zoveel uitmaakte.
Wat in het vat zit verzuurt niet.
Zoiets moet ze gedacht hebben.
En ze heeft gelijk gekregen.

Die nacht ging ze naar huis.
De volgende keer ging ze mee.
Maar dan ben je er nog niet.
Je koestert wel die hoop natuurlijk.
Dat het er van gaat komen.
Alleen die zekerheid, die heb je niet.
Je denkt na over de raarste dingen.
Hoe ziet mijn badkamer eruit.
Heb ik geen remspoor achtergelaten op het toilet.
Die asbak vol met peuken.
Wat zal ze wel niet denken.
Ze dacht niet zoveel.

Ze deed.
En zoende mij reeds al in de lift.
Ongemakkelijk liepen we over de galerij.
Omdat je daar namelijk net niet naast elkaar kan lopen.
Je stoot je tegen plantenbakken en uitstekende vensterbanken.
Ik liet haar voorgaan.
Keek naar haar typische manier van lopen.
In die te grote jas.
Waarin zij zich jaren had verscholen.
En zich nu bloot leek te gaan geven.

-------
Het plaatje is van Petra Busstra
Meer informatie op: www.petrabusstra.com

© 2020 Reinier van Delden meer Reinier van Delden - meer "Het leven zelf" -
Beschouwingen > Het leven zelf
Niks forceren Reinier van Delden
1719BS NiksIk vroeg hoe andere mannen dat dan deden.
Ik stond daar namelijk maar een beetje.
Eigenlijk onzeker te zijn.
Ze zei dat het ongeveer altijd zo ging.
Net of ik dat niet wist.
Natuurlijk wist ik dat.
Maar ik was het toch enigszins verleerd.
Vragen of ze nog zin had in een drankje.
Je wilt uiteindelijk niks forceren.

Stel je voor.
Dadelijk keert ze om.
Zie ik haar nooit weer.
Maar goed, ze bleef staan.
Lachte.
En leek zelfverzekerder dan ik.
Ik geloof dat het haar niet zoveel uitmaakte.
Wat in het vat zit verzuurt niet.
Zoiets moet ze gedacht hebben.
En ze heeft gelijk gekregen.

Die nacht ging ze naar huis.
De volgende keer ging ze mee.
Maar dan ben je er nog niet.
Je koestert wel die hoop natuurlijk.
Dat het er van gaat komen.
Alleen die zekerheid, die heb je niet.
Je denkt na over de raarste dingen.
Hoe ziet mijn badkamer eruit.
Heb ik geen remspoor achtergelaten op het toilet.
Die asbak vol met peuken.
Wat zal ze wel niet denken.
Ze dacht niet zoveel.

Ze deed.
En zoende mij reeds al in de lift.
Ongemakkelijk liepen we over de galerij.
Omdat je daar namelijk net niet naast elkaar kan lopen.
Je stoot je tegen plantenbakken en uitstekende vensterbanken.
Ik liet haar voorgaan.
Keek naar haar typische manier van lopen.
In die te grote jas.
Waarin zij zich jaren had verscholen.
En zich nu bloot leek te gaan geven.

-------
Het plaatje is van Petra Busstra
Meer informatie op: www.petrabusstra.com
© 2020 Reinier van Delden
powered by CJ2