archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Ontmoetingen delen printen terug
De Eerste Golfoorlog Steye Raviez

0619BZ Steven
Onze missie werd direct problematisch toen de Amerikanen het luchtruim boven het Arabische schiereiland tot no go area voor alle burgerluchtvaart verklaarden. Het weekblad Vrij Nederland had ons opdracht gegeven de gebeurtenissen tijdens de Eerste Golfoorlog op de voet te volgen. Alleen al het verkrijgen van visa bleek een hels karwei en deed ons dagenlang zinloos rondhangen in Dubai. Om niet al te veel tijd te verspillen besloot (de in 2001 overleden journalist) Steven de Vogel zich alvast wat warm te lopen door een bescheiden reportage over vluchtelingen uit het door Irak bezette Koeweit te maken. Mensen die acuut het eigen land verlaten hadden omdat Saddam Koeweit aan een militair schrikbewind had onderworpen en begonnen was mensen standrechterlijk te executeren.
 
Via omslachtige procedures met verouderde technieken slaagden we erin een eerste tekst en wat fotomateriaal aan onze redactie over te seinen, iets dat vele uren in beslag nam. De technologie om informatie te versturen via satellieten stond nog in de kinderschoenen en was destijds (1990) veel te duur voor journalisten van VN. Zoniet, bleek ons, voor de fotograaf van de Telegraaf, die een aluminium koffertje in zijn bezit bleek te hebben met daarin een computer waarmee foto’s uit de camera binnen luttele seconden via de satelliet naar zijn redactie werden getransporteerd. Eenmaal in het bezit van de benodigde visa bezonnen we ons op een manier om zo dicht mogelijk in de buurt van het bezette Koeweit te komen. Een bijzonder lastige opgave bleek al gauw. Auto’s werden niet verhuurd als een grens moest worden gepasseerd. Daarom werd geprobeerd in de haven van Dubai een vissersboot te charteren. Een illegale daad die VN veel geld kon gaan kosten en groot risico inhield vanwege de aanwezige mijnenvelden. Steven zag er tot mijn grote opluchting vanaf, het gevaar dat we zouden lopen was al te gortig. Er zat niets anders op dan geduld te hebben en te wachten tot de burgerluchtvaart weer toestemming kreeg het luchtruim te kiezen. De tijd kon worden gedood door het Nederlandse Consulaat te bezoeken. Na een gastvrij onthaal met broodjes en koffie werd ons een flinke plunjezak ter hand gesteld waarin: een gasmasker, een injectiespuit (om een vloeistof in te kunnen spuiten die gifgas kon neutraliseren) en een luchtdicht pak met verbandmiddelen. We kregen het advies de zak altijd bij de hand te houden en het openstellen van het luchtruim af te wachten in een hotel waar Nederlandse militairen waren ondergebracht.
 
We konden ons op het strand en in het zwembad vermaken. De maaltijden waren er van topklasse. We brachten een bezoek aan een Nederlands noodhospitaal in de woestijn en kregen na terugkeer het bericht dat vanaf Abu Dhabi weer gevlogen kon worden. De daarop volgende dag reden we per taxi, in een halve dag, door een troosteloze woestijn naar het vliegveld van Abu Dhabi. De vlucht werd geboekt, we hadden niet het minste vermoeden dat ons in Manama, de hoofdstad van Bahrein, een zware tegenslag wachtte. Ondanks de geldige visa werd ons bij aankomst de toegang tot het land ontzegd. De douane was onvermurwbaar, een nieuwe oekaze bleek uitgevaardigd, journalisten kwamen het land niet meer in. Twee opties waren er. Een verblijf in de cel of terug naar het zojuist verlaten toestel dat ons naar Oman zou brengen.
 
Steven hield zich maar met de grootst mogelijke moeite in; aan zijn gezichtsuitdrukking was te zien dat er niet veel tegenslag meer bij kon. Het vliegtuig steeg na te zijn volgetankt weer op en vervoerde ons naar Muscat. Door de Omaanse autoriteiten werden we gedwongen op het vliegveld te blijven, daar we geen visum voor dat land bezaten. Er zat niets anders op, we beseften dat alleen Qatar waar we met een zekere vooruitziende blik ook een visum voor hadden aangevraagd, voor ons nog bereikbaar was. In Qatar voerde de Amerikaanse luchmacht een geheime missie uit. De Canadezen fungeerden als dekmantel voor hun aanwezigheid en die konden we benaderen. De Canadese bevelvoerder stond toe dat we een kijkje namen op het vliegveld, op voorwaarde dat alleen Canadese vliegtuigen werden gefotografeerd, ze hielden me in de gaten.
 
De Amerikaanse strategie hield op dat moment in zoveel mogelijk schade aan militaire objecten te veroorzaken, alvorens tot een grootscheepse landoperatie over te gaan. Vanaf een enorme basis in Saudië Arabië zou het ingegraven bezettingsleger van de dictator worden aangepakt en zou geprobeerd worden in één moeite door te stoten. Daarna zou volgens generaal Schwartzkopf een grote invasiemacht naar Bagdad worden gestuurd om Saddam een kopje kleiner te maken. Sinds generaal Schwartzkopf het bevel voerde over de grondtroepen wist hij in alle media zijn grote optimisme uit te dragen, maar het zou anders lopen dan hij had gedacht. Na triomfvolle acties, waarin het leger aan de grens van Koeweit en Irak volledig in de pan werd gehakt, ontving hij van zijn toenmalige baas, president Bush senior, de voor velen verrassende order de opmars te staken.
 
In Qatar bleek ons dat die eerste oorlog de bevolking weinig deerde. Er werd volop geflaneerd in de hoofdstad door massa's kinderrijke families. Veel mannen reden tamelijk doelloos in dure terrein- of sportwagens rondjes over de eindeloze boulevard. Af en toe klonken sirenes vanwege een scudaanval en moest men in een kelder afwachten tot het alarm voorbij was.
Inmiddels bleken de reisvoorschriften voor Bahrein te zijn versoepeld. Net op tijd, want Steven had zijn tweede reportage af en zocht een nieuw onderwerp. Hij wilde naar een grote Engelse legerbasis in Manama en zo geschiedde. Het bleek een heel wat kosmopolitischer stad dan Doha, met grote hotels en hoge kantoortorens. De oude wijken waren druk en gezellig, vol gesluierde, winkelende vrouwen en luierende mannen in theehuizen De Engelse piloten zaten in het Hilton. Een overijverige legerwoordvoerder schermde alles af. Het kostte Steven de grootste moeite deze zelfingenomen dienstklopper te omzeilen, het adagium luidde dat het contact tussen de pers en piloten tot het uiterste beperkt diende te worden.
 
Na onze ontmoeting met de Britse piloten zat ons werk er zo goed als op. Steven had zijn interviews af en die waren met het gemaakte fotomateriaal via DHL verzonden. Een hele opluchting en we waren dringend aan een uitje toe. De islamitische wetgeving verbood ons alcohol te gebruiken, maar we snakten zo langzamerhand naar een biertje. Via een tip vonden we een club waar aan buitenlanders alcohol geschonken werd. Aan de bar gezeten bestelden we ons biertje. Tot mijn grote verbazing stonden er ook Arabieren, die zich rond een biljarttafel aan het volgieten waren met whisky. Ik was zo dom vanaf mijn barkruk enkele foto’s van dat tafereel te maken. Bij ons tweede pilsje fluisterde de barkeeper iets in mijn oor. Of ik zo vriendelijk wilde zijn mijn fotorolletje bij hem in te leveren. Een blik over mijn schouder overtuigde me ervan dat de biljartende Arabieren de oorzaak van het verzoek moesten zijn. De aanwezigheid van mijn westerse collega’s bracht mij ertoe te weigeren. De barman was echter niet onder de indruk van mijn pleidooi voor het recht op vrije meningsuiting. Hij boog zich naar me toe en fluisterde in mijn oor dat het volkomen uitgesloten was dat ik met die film in mijn camera het pand zou verlaten. Hij wilde me tegemoet komen door te beloven de film te zullen laten ontwikkelen en mij het materiaal zonder de onaanvaardbaar geachte beelden terug te bezorgen. Nogmaals werd mij gesommeerd het filmpje onmiddellijk te overhandigen. Achter mij klikklakten enkele biljartballen. Ik koos eieren voor mijn geld en we maakten dat we weg kwamen.
 
********************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl


© 2009 Steye Raviez meer Steye Raviez - meer "Ontmoetingen" -
Bezigheden > Ontmoetingen
De Eerste Golfoorlog Steye Raviez
0619BZ Steven
Onze missie werd direct problematisch toen de Amerikanen het luchtruim boven het Arabische schiereiland tot no go area voor alle burgerluchtvaart verklaarden. Het weekblad Vrij Nederland had ons opdracht gegeven de gebeurtenissen tijdens de Eerste Golfoorlog op de voet te volgen. Alleen al het verkrijgen van visa bleek een hels karwei en deed ons dagenlang zinloos rondhangen in Dubai. Om niet al te veel tijd te verspillen besloot (de in 2001 overleden journalist) Steven de Vogel zich alvast wat warm te lopen door een bescheiden reportage over vluchtelingen uit het door Irak bezette Koeweit te maken. Mensen die acuut het eigen land verlaten hadden omdat Saddam Koeweit aan een militair schrikbewind had onderworpen en begonnen was mensen standrechterlijk te executeren.
 
Via omslachtige procedures met verouderde technieken slaagden we erin een eerste tekst en wat fotomateriaal aan onze redactie over te seinen, iets dat vele uren in beslag nam. De technologie om informatie te versturen via satellieten stond nog in de kinderschoenen en was destijds (1990) veel te duur voor journalisten van VN. Zoniet, bleek ons, voor de fotograaf van de Telegraaf, die een aluminium koffertje in zijn bezit bleek te hebben met daarin een computer waarmee foto’s uit de camera binnen luttele seconden via de satelliet naar zijn redactie werden getransporteerd. Eenmaal in het bezit van de benodigde visa bezonnen we ons op een manier om zo dicht mogelijk in de buurt van het bezette Koeweit te komen. Een bijzonder lastige opgave bleek al gauw. Auto’s werden niet verhuurd als een grens moest worden gepasseerd. Daarom werd geprobeerd in de haven van Dubai een vissersboot te charteren. Een illegale daad die VN veel geld kon gaan kosten en groot risico inhield vanwege de aanwezige mijnenvelden. Steven zag er tot mijn grote opluchting vanaf, het gevaar dat we zouden lopen was al te gortig. Er zat niets anders op dan geduld te hebben en te wachten tot de burgerluchtvaart weer toestemming kreeg het luchtruim te kiezen. De tijd kon worden gedood door het Nederlandse Consulaat te bezoeken. Na een gastvrij onthaal met broodjes en koffie werd ons een flinke plunjezak ter hand gesteld waarin: een gasmasker, een injectiespuit (om een vloeistof in te kunnen spuiten die gifgas kon neutraliseren) en een luchtdicht pak met verbandmiddelen. We kregen het advies de zak altijd bij de hand te houden en het openstellen van het luchtruim af te wachten in een hotel waar Nederlandse militairen waren ondergebracht.
 
We konden ons op het strand en in het zwembad vermaken. De maaltijden waren er van topklasse. We brachten een bezoek aan een Nederlands noodhospitaal in de woestijn en kregen na terugkeer het bericht dat vanaf Abu Dhabi weer gevlogen kon worden. De daarop volgende dag reden we per taxi, in een halve dag, door een troosteloze woestijn naar het vliegveld van Abu Dhabi. De vlucht werd geboekt, we hadden niet het minste vermoeden dat ons in Manama, de hoofdstad van Bahrein, een zware tegenslag wachtte. Ondanks de geldige visa werd ons bij aankomst de toegang tot het land ontzegd. De douane was onvermurwbaar, een nieuwe oekaze bleek uitgevaardigd, journalisten kwamen het land niet meer in. Twee opties waren er. Een verblijf in de cel of terug naar het zojuist verlaten toestel dat ons naar Oman zou brengen.
 
Steven hield zich maar met de grootst mogelijke moeite in; aan zijn gezichtsuitdrukking was te zien dat er niet veel tegenslag meer bij kon. Het vliegtuig steeg na te zijn volgetankt weer op en vervoerde ons naar Muscat. Door de Omaanse autoriteiten werden we gedwongen op het vliegveld te blijven, daar we geen visum voor dat land bezaten. Er zat niets anders op, we beseften dat alleen Qatar waar we met een zekere vooruitziende blik ook een visum voor hadden aangevraagd, voor ons nog bereikbaar was. In Qatar voerde de Amerikaanse luchmacht een geheime missie uit. De Canadezen fungeerden als dekmantel voor hun aanwezigheid en die konden we benaderen. De Canadese bevelvoerder stond toe dat we een kijkje namen op het vliegveld, op voorwaarde dat alleen Canadese vliegtuigen werden gefotografeerd, ze hielden me in de gaten.
 
De Amerikaanse strategie hield op dat moment in zoveel mogelijk schade aan militaire objecten te veroorzaken, alvorens tot een grootscheepse landoperatie over te gaan. Vanaf een enorme basis in Saudië Arabië zou het ingegraven bezettingsleger van de dictator worden aangepakt en zou geprobeerd worden in één moeite door te stoten. Daarna zou volgens generaal Schwartzkopf een grote invasiemacht naar Bagdad worden gestuurd om Saddam een kopje kleiner te maken. Sinds generaal Schwartzkopf het bevel voerde over de grondtroepen wist hij in alle media zijn grote optimisme uit te dragen, maar het zou anders lopen dan hij had gedacht. Na triomfvolle acties, waarin het leger aan de grens van Koeweit en Irak volledig in de pan werd gehakt, ontving hij van zijn toenmalige baas, president Bush senior, de voor velen verrassende order de opmars te staken.
 
In Qatar bleek ons dat die eerste oorlog de bevolking weinig deerde. Er werd volop geflaneerd in de hoofdstad door massa's kinderrijke families. Veel mannen reden tamelijk doelloos in dure terrein- of sportwagens rondjes over de eindeloze boulevard. Af en toe klonken sirenes vanwege een scudaanval en moest men in een kelder afwachten tot het alarm voorbij was.
Inmiddels bleken de reisvoorschriften voor Bahrein te zijn versoepeld. Net op tijd, want Steven had zijn tweede reportage af en zocht een nieuw onderwerp. Hij wilde naar een grote Engelse legerbasis in Manama en zo geschiedde. Het bleek een heel wat kosmopolitischer stad dan Doha, met grote hotels en hoge kantoortorens. De oude wijken waren druk en gezellig, vol gesluierde, winkelende vrouwen en luierende mannen in theehuizen De Engelse piloten zaten in het Hilton. Een overijverige legerwoordvoerder schermde alles af. Het kostte Steven de grootste moeite deze zelfingenomen dienstklopper te omzeilen, het adagium luidde dat het contact tussen de pers en piloten tot het uiterste beperkt diende te worden.
 
Na onze ontmoeting met de Britse piloten zat ons werk er zo goed als op. Steven had zijn interviews af en die waren met het gemaakte fotomateriaal via DHL verzonden. Een hele opluchting en we waren dringend aan een uitje toe. De islamitische wetgeving verbood ons alcohol te gebruiken, maar we snakten zo langzamerhand naar een biertje. Via een tip vonden we een club waar aan buitenlanders alcohol geschonken werd. Aan de bar gezeten bestelden we ons biertje. Tot mijn grote verbazing stonden er ook Arabieren, die zich rond een biljarttafel aan het volgieten waren met whisky. Ik was zo dom vanaf mijn barkruk enkele foto’s van dat tafereel te maken. Bij ons tweede pilsje fluisterde de barkeeper iets in mijn oor. Of ik zo vriendelijk wilde zijn mijn fotorolletje bij hem in te leveren. Een blik over mijn schouder overtuigde me ervan dat de biljartende Arabieren de oorzaak van het verzoek moesten zijn. De aanwezigheid van mijn westerse collega’s bracht mij ertoe te weigeren. De barman was echter niet onder de indruk van mijn pleidooi voor het recht op vrije meningsuiting. Hij boog zich naar me toe en fluisterde in mijn oor dat het volkomen uitgesloten was dat ik met die film in mijn camera het pand zou verlaten. Hij wilde me tegemoet komen door te beloven de film te zullen laten ontwikkelen en mij het materiaal zonder de onaanvaardbaar geachte beelden terug te bezorgen. Nogmaals werd mij gesommeerd het filmpje onmiddellijk te overhandigen. Achter mij klikklakten enkele biljartballen. Ik koos eieren voor mijn geld en we maakten dat we weg kwamen.
 
********************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl
© 2009 Steye Raviez
powered by CJ2