Nummer 2
Jaargang 2
28 oktober 2004
Vermaak en Genot > Luister! print dit artikel sluit venster
Piaf, een volumineuze mus Maeve van der Steen

0202 Piaf
Toen ik een jaar of twaalf was, zag ik een stukje van een optreden van Edith Piaf op de televisie, ik vermoed dat het in een VPRO-programma was.
Wat het meeste indruk maakte, waren de beelden van wat er gebeurde als ze het toneel afkomt. Ze stortte in elkaar en werd door twee mannen het toneel afgesleept. De commentaarstem vertelde dat ze doodziek was, nauwelijks kon staan en toch iedere avond weer optrad.
Ik begreep er niets van. Waarom? Waarom deed ze dit, waarom ging ze niet gewoon in bed liggen? Had ze geen geld en moest ze daarom optreden, of werd ze gedwongen, moest ze anders de gevangenis in?
 
Inmiddels weet ik het antwoord op dit waarom: ze wilde niet anders. “Ik ben alleen gelukkig als ik zing,” zei ze in een interview, dat ik onlangs zag in een mooie documentaire over haar.
Jammer dat ze door velen vooral herinnerd wordt als een oude - ze was 47 toen ze stierf maar zag eruit als 80 - vrouw die “Non, rien de rien, non je ne regrette rien” zingt, terwijl ze in haar topjaren een aantrekkelijke vrouw was met weelderige krullen die veel mooiere nummers dan dat hele “Non, rien etc.” zong. Net zoals Elvis Presley een aantrekkelijke rocker was, maar voor sommigen alleen maar een dikke zwetende man in een wit pak met borduursel en lovertjes.
 
Over Edith Piaf is een biografie geschreven door haar halfzuster Simone Berteaut, genaamd “Piaf”, een boek vol anekdotes waarvan we zullen aannemen dat zeker driekwart echt gebeurd is, maar ik heb mijn sterke twijfels. Wie geïnteresseerd is in het turbulente leven vol minnaars, armoede, rijkdom en ziekte van Piaf moet het toch maar lezen, het is aardig geschreven. Gek genoeg is op basis van dit toch nogal onbetrouwbare boek (Simone staat slechts op één foto met haar “zus”; dus hoe goed kende ze haar eigenlijk?) het toneelstuk “Piaf” bedacht door Pam Gems. Ik heb zelf twintig jaar geleden de titelrol gespeeld in een klein theatertje in Amsterdam, het American Repertory Theatre, dus ik heb een en ander grondig bestudeerd.
 
Edith heeft zelf ook haar levensverhaal geschreven, maar dat is een soort driestuiversroman. Over haar vader die straat-acrobaat was (waar) die heel goed voor haar zorgde (niet waar) en over de tijd dat ze blind was en in een klooster woonde, wat waarschijnlijk wel waar gebeurd is maar larmoyant en ongeloofwaardig wordt beschreven.
Op film is uit de vroege jaren helaas weinig materiaal. Er is een prachtig fragmentje uit een speelfilm van haar samen met een mooie jonge Yves Montand, en een stukje van het nummer L’Accordéoniste, waarbij ze woest door haar haren woelt. Verder wat filmpjes uit het dagelijks leven waarbij opvalt dat ze heel druk is en veel schaterlacht.
 
Zeker is dat Edith Piaf een stem als geen ander had, tot het einde toe krachtig en helder, en dat ze een dramatiek had die sterren tot sterren maakt. Ze werd De Mus genoemd, omdat ze klein en eigenwijs was. Ze had een zeer goede neus voor talent en wist de beste componisten, waaronder een vrouw, Marguarite Monnot, voor zich te winnen.
In plaats van verder te schrijven over haar leven, zou ik willen zeggen, beluister een cd van haar, luister naar het nummer Hymne à L’Amour, of naar Mea Culpa, luister naar de tekst waarin de zeven hoofdzonden worden genoemd en de dramatische melodie en orkestratie. En naar de volumineuze stem van deze mus (‘Piaf’in Frans dialect) die alle stemmingen kan vertolken en vooral melancholie, gelatenheid, maar speciaal ook levenslust.
 
Een van mijn eigen favorieten is Paris, ik heb het op een krakerig cassettebandje, maar dat chanson is op geen enkele cd te vinden, net zomin als al die betoverende optredens die wij nooit gezien hebben en nooit zullen zien.


© 2004 Maeve van der Steen meer Maeve van der Steen - meer "Luister!" - reageer
Vermaak en Genot > Luister!
Piaf, een volumineuze mus Maeve van der Steen
0202 Piaf
Toen ik een jaar of twaalf was, zag ik een stukje van een optreden van Edith Piaf op de televisie, ik vermoed dat het in een VPRO-programma was.
Wat het meeste indruk maakte, waren de beelden van wat er gebeurde als ze het toneel afkomt. Ze stortte in elkaar en werd door twee mannen het toneel afgesleept. De commentaarstem vertelde dat ze doodziek was, nauwelijks kon staan en toch iedere avond weer optrad.
Ik begreep er niets van. Waarom? Waarom deed ze dit, waarom ging ze niet gewoon in bed liggen? Had ze geen geld en moest ze daarom optreden, of werd ze gedwongen, moest ze anders de gevangenis in?
 
Inmiddels weet ik het antwoord op dit waarom: ze wilde niet anders. “Ik ben alleen gelukkig als ik zing,” zei ze in een interview, dat ik onlangs zag in een mooie documentaire over haar.
Jammer dat ze door velen vooral herinnerd wordt als een oude - ze was 47 toen ze stierf maar zag eruit als 80 - vrouw die “Non, rien de rien, non je ne regrette rien” zingt, terwijl ze in haar topjaren een aantrekkelijke vrouw was met weelderige krullen die veel mooiere nummers dan dat hele “Non, rien etc.” zong. Net zoals Elvis Presley een aantrekkelijke rocker was, maar voor sommigen alleen maar een dikke zwetende man in een wit pak met borduursel en lovertjes.
 
Over Edith Piaf is een biografie geschreven door haar halfzuster Simone Berteaut, genaamd “Piaf”, een boek vol anekdotes waarvan we zullen aannemen dat zeker driekwart echt gebeurd is, maar ik heb mijn sterke twijfels. Wie geïnteresseerd is in het turbulente leven vol minnaars, armoede, rijkdom en ziekte van Piaf moet het toch maar lezen, het is aardig geschreven. Gek genoeg is op basis van dit toch nogal onbetrouwbare boek (Simone staat slechts op één foto met haar “zus”; dus hoe goed kende ze haar eigenlijk?) het toneelstuk “Piaf” bedacht door Pam Gems. Ik heb zelf twintig jaar geleden de titelrol gespeeld in een klein theatertje in Amsterdam, het American Repertory Theatre, dus ik heb een en ander grondig bestudeerd.
 
Edith heeft zelf ook haar levensverhaal geschreven, maar dat is een soort driestuiversroman. Over haar vader die straat-acrobaat was (waar) die heel goed voor haar zorgde (niet waar) en over de tijd dat ze blind was en in een klooster woonde, wat waarschijnlijk wel waar gebeurd is maar larmoyant en ongeloofwaardig wordt beschreven.
Op film is uit de vroege jaren helaas weinig materiaal. Er is een prachtig fragmentje uit een speelfilm van haar samen met een mooie jonge Yves Montand, en een stukje van het nummer L’Accordéoniste, waarbij ze woest door haar haren woelt. Verder wat filmpjes uit het dagelijks leven waarbij opvalt dat ze heel druk is en veel schaterlacht.
 
Zeker is dat Edith Piaf een stem als geen ander had, tot het einde toe krachtig en helder, en dat ze een dramatiek had die sterren tot sterren maakt. Ze werd De Mus genoemd, omdat ze klein en eigenwijs was. Ze had een zeer goede neus voor talent en wist de beste componisten, waaronder een vrouw, Marguarite Monnot, voor zich te winnen.
In plaats van verder te schrijven over haar leven, zou ik willen zeggen, beluister een cd van haar, luister naar het nummer Hymne à L’Amour, of naar Mea Culpa, luister naar de tekst waarin de zeven hoofdzonden worden genoemd en de dramatische melodie en orkestratie. En naar de volumineuze stem van deze mus (‘Piaf’in Frans dialect) die alle stemmingen kan vertolken en vooral melancholie, gelatenheid, maar speciaal ook levenslust.
 
Een van mijn eigen favorieten is Paris, ik heb het op een krakerig cassettebandje, maar dat chanson is op geen enkele cd te vinden, net zomin als al die betoverende optredens die wij nooit gezien hebben en nooit zullen zien.
© 2004 Maeve van der Steen