archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Mode delen printen terug
Tijdloze klassiekers Marianne Bernard

0504BZ Mode
Ik dacht mijn oude blauwe jas nog eens aan te trekken. Een mooie winterjas die ik ongeveer twintig jaar geleden zelf heb gemaakt. Ik haalde hem uit de zolderkast tevoorschijn en paste hem. De stof voelde heerlijk en hij zat warm en behaaglijk om me heen. Toen keek ik in de spiegel en zag ik het: die jas kón helaas niet meer. Alles aan de jas was fout: veel te brede schouders, veel te dikke schoudervullingen, de hele coupe leek op de een of andere manier niet te kloppen. Ik heb hem zuchtend en met pijn in het hart weer in de zolderkast teruggehangen, waar hij nu wacht op betere tijden. Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen om hem weg te doen.

Bij het doorbladeren van oude modetijdschriften kun je het ook zien. Vóór 1990 is de mode absoluut antiek en ondraagbaar. De plaatjes maken je meteen aan het lachen. Je ziet direct uit welke periode de kleren zijn. Uit de jaren tachtig zijn de grote, lange, colbertjes met brede schouders, smalle taille en lange smalle heupen, een soort mannenjasjes. Daarbij droegen we kleine korte kokerrokjes – destijds trefzeker door Opzij-hoofdredactrice Cisca Dresselhuys ‘dwangrokjes’ genoemd. Alles uit die periode ziet er nu vreselijk gedateerd en weerzinwekkend uit.
Toch lees ik in mijn naaiboeken uit die tijd: ‘Maak deze tijdloze klassiekers.’ Hoe kan het dat je twintig jaar geleden dacht dat een jas ‘tijdloos’ was, terwijl die er nu zo gedateerd uitziet? Hoe kan iets trouwens tijdloos zijn?

Nu sla ik het novembernummer van de Amerikaanse Vogue open en kijk eens aan wat een verrassing: ‘Timeless style. Dit pakje is mooi in 2007, het zal nog net zo chic zijn in 2027, en het zou zeker ook mooi hebben gestaan in 1967.’ Daar zit hem de kneep. De mode van veertig jaar geleden lijkt heel erg op wat nu weer ‘modern’ is. Rechte Jackie Kennedy-jurkjes en -pakjes, jurken sowieso, jurken met een taillenaad (die hebben we jarenlang echt niet gezien) en jurken die bestaan uit een strak lijfje met een wijd uitlopende rok. Ze doen bij Vogue net of we dat al die jaren zijn blijven dragen. Het zal er wel niet van komen maar je zou dit plaatje met bijschrift eigenlijk twintig jaar moeten bewaren om het te controleren. Zou het er in 2027 niet idioot uitzien, net zoals mijn oude winterjas nu?

Bij de modeshow van Valentino zagen we de afgelopen zomer ook allemaal jurkjes en pakjes die zó uit 1967 zouden kunnen zijn nagemaakt en hij had er ook inderdaad een paar oude modelletjes stiekem tussen zitten. Slechts een enkele oplettende moderedactrice, zoals Suzy Menkes van de International Herald Tribune zag dat.
Ook als je een oud modeblad uit 1967 openslaat, kun je vaststellen dat je alles wat daarin staat zó weer aan zou kunnen (nou ja, niet alles natuurlijk, maar het gaat om het beeld).

Dus mijn heerlijke oude winterjas wacht rustig (met een mottenbal in de ene en een lavendeltje in de andere zak) tot het weer zo ver is. Ik heb ook nog een paar hele oude jurkjes hangen, cocktailjurkjes uit de jaren zestig. Ze zien er nog – weer? - beeldig uit. Ik zou ze meteen weer kunnen dragen, maar dat gaat helaas niet, daar kan ik slechts over dromen. Ik haal mijn favoriete jurkje tevoorschijn, rode zijde met een kanten lijfje, en meet voorzichtig de taille op. Die is 65 centimeter. Alles is hetzelfde als veertig jaar geleden, alleen mijn taille is veranderd.
 
*******************************
Over advieswerk wordt gepubliceerd op:


© 2007 Marianne Bernard meer Marianne Bernard - meer "Mode" -
Bezigheden > Mode
Tijdloze klassiekers Marianne Bernard
0504BZ Mode
Ik dacht mijn oude blauwe jas nog eens aan te trekken. Een mooie winterjas die ik ongeveer twintig jaar geleden zelf heb gemaakt. Ik haalde hem uit de zolderkast tevoorschijn en paste hem. De stof voelde heerlijk en hij zat warm en behaaglijk om me heen. Toen keek ik in de spiegel en zag ik het: die jas kón helaas niet meer. Alles aan de jas was fout: veel te brede schouders, veel te dikke schoudervullingen, de hele coupe leek op de een of andere manier niet te kloppen. Ik heb hem zuchtend en met pijn in het hart weer in de zolderkast teruggehangen, waar hij nu wacht op betere tijden. Ik kon het niet over mijn hart verkrijgen om hem weg te doen.

Bij het doorbladeren van oude modetijdschriften kun je het ook zien. Vóór 1990 is de mode absoluut antiek en ondraagbaar. De plaatjes maken je meteen aan het lachen. Je ziet direct uit welke periode de kleren zijn. Uit de jaren tachtig zijn de grote, lange, colbertjes met brede schouders, smalle taille en lange smalle heupen, een soort mannenjasjes. Daarbij droegen we kleine korte kokerrokjes – destijds trefzeker door Opzij-hoofdredactrice Cisca Dresselhuys ‘dwangrokjes’ genoemd. Alles uit die periode ziet er nu vreselijk gedateerd en weerzinwekkend uit.
Toch lees ik in mijn naaiboeken uit die tijd: ‘Maak deze tijdloze klassiekers.’ Hoe kan het dat je twintig jaar geleden dacht dat een jas ‘tijdloos’ was, terwijl die er nu zo gedateerd uitziet? Hoe kan iets trouwens tijdloos zijn?

Nu sla ik het novembernummer van de Amerikaanse Vogue open en kijk eens aan wat een verrassing: ‘Timeless style. Dit pakje is mooi in 2007, het zal nog net zo chic zijn in 2027, en het zou zeker ook mooi hebben gestaan in 1967.’ Daar zit hem de kneep. De mode van veertig jaar geleden lijkt heel erg op wat nu weer ‘modern’ is. Rechte Jackie Kennedy-jurkjes en -pakjes, jurken sowieso, jurken met een taillenaad (die hebben we jarenlang echt niet gezien) en jurken die bestaan uit een strak lijfje met een wijd uitlopende rok. Ze doen bij Vogue net of we dat al die jaren zijn blijven dragen. Het zal er wel niet van komen maar je zou dit plaatje met bijschrift eigenlijk twintig jaar moeten bewaren om het te controleren. Zou het er in 2027 niet idioot uitzien, net zoals mijn oude winterjas nu?

Bij de modeshow van Valentino zagen we de afgelopen zomer ook allemaal jurkjes en pakjes die zó uit 1967 zouden kunnen zijn nagemaakt en hij had er ook inderdaad een paar oude modelletjes stiekem tussen zitten. Slechts een enkele oplettende moderedactrice, zoals Suzy Menkes van de International Herald Tribune zag dat.
Ook als je een oud modeblad uit 1967 openslaat, kun je vaststellen dat je alles wat daarin staat zó weer aan zou kunnen (nou ja, niet alles natuurlijk, maar het gaat om het beeld).

Dus mijn heerlijke oude winterjas wacht rustig (met een mottenbal in de ene en een lavendeltje in de andere zak) tot het weer zo ver is. Ik heb ook nog een paar hele oude jurkjes hangen, cocktailjurkjes uit de jaren zestig. Ze zien er nog – weer? - beeldig uit. Ik zou ze meteen weer kunnen dragen, maar dat gaat helaas niet, daar kan ik slechts over dromen. Ik haal mijn favoriete jurkje tevoorschijn, rode zijde met een kanten lijfje, en meet voorzichtig de taille op. Die is 65 centimeter. Alles is hetzelfde als veertig jaar geleden, alleen mijn taille is veranderd.
 
*******************************
Over advieswerk wordt gepubliceerd op:
© 2007 Marianne Bernard
powered by CJ2