archiefvorig nr.lopend nr.

Bezigheden > Lopen delen printen terug
Vergeten ziekten Frits Hoorweg

0306 BZ Lopen Vergeten

Bij het nuttigen van de overgebleven oliebollen op Nieuwjaarsdag realiseerde ik mij dat het tijd werd weer eens een wandeling te maken. Het weerbericht voor de volgende dag leek acceptabel: niet al te koud, een beetje bewolkt en misschien kwam later de zon nog wel even door.
Ik zette mijn schoenen klaar en zocht een aardige route uit. Zeer tevreden met mezelf ging ik slapen, niets pompt het gevoel van eigenwaarde zo op als een goed voornemen. Maar helaas, nog voor ik echt wakker was werd duidelijk dat er iets niet klopte. Bij een poging nog even op de andere zij te gaan liggen protesteerde mijn onderrug heftig en dat werd er niet beter op toen ik met enige moeite op de rand van het bed was gaan zitten. Spit!
Spit, bestaat dat nog?

Wat had je vroeger toch een interessante kwalen. Misschien moet er een kliniek komen voor vergeten ziekten, net zoals je boerderijen hebt waar vergeten groenten worden geteeld. Daar kunnen de incidentele gevallen van wintertenen, baardschurft, scheurbuik, Engelse ziekte en kraamvrouwenkoorts worden behandeld; en spit natuurlijk. Verder kan er studie worden gemaakt van de veranderingen die er toe hebben geleid dat deze ziekten nauwelijks meer voorkomen. Artsen die moeite hebben om het tempo in de gezondheidszorg bij te benen kunnen in zo’n kliniek een veilig heenkomen zoeken en er onderzoek gaan doen. De drastische afname van spit zal wel samenhangen met de opkomst van de centrale verwarming; dat zou ik als hypothese mee willen geven.

Spit doet mij denken aan komische films. Louis de Funès staat gebukt iets te repareren. De hamer, of wat het ook is, vliegt uit zijn hand en van schrik schiet het in zijn rug. Hij kan niet meer overeind komen en holt daarna, met een van pijn vertrokken gezicht van de ene scène naar de andere. Het is trouwens opmerkelijk hoe vaak ik als het tegenzit aan die Franse komiek moet denken. Zo bereidde ik mij een half jaar geleden voor op een bypass operatie (die overigens uiteindelijk niet nodig bleek te zijn) door een boekje van de Hartstichting over die ingreep te lezen. Wat me werd voorgespiegeld was zo fantastisch (bv. het stilleggen van de circulatie) dat het me nauwelijks raakte. Zelfs het noodzakelijke doorzagen van het borstbeen registreerde ik niet als iets opwindends, tot ik de toevoeging ‘met een elektrische zaag’ las. Pas toen sloeg de schrik mij bij wijze van spreken om het hart en meteen verscheen hij mij weer voor de geest: Louis de Funès, met die scheve grijns op zijn gezicht, driftig proberend om zijn op hol geslagen elektrische zaag onder controle te krijgen. Als ik het goed heb speelde de film waarin die scène voorkwam in een abattoir.

Van mijn plan om door de duinen naar Katwijk te lopen zou die dag niets terecht komen, dat was wel duidelijk. Maar wat dan? Later las ik in de medische encyclopedie dat de voorgeschreven behandelwijze rust is, maar dat leek me die ochtend een heel slecht idee. Mijn verkrampte spieren zouden juist door beweging weer los komen, dacht ik. Zo goed en zo kwaad als het ging hees ik mij in de kleren. Vooral de sokken en de schoenen leverden problemen op, maar het lukte. En toen ben ik heel voorzichtig gaan lopen, om te beginnen naar een op enige afstand gelegen winkelstraat; dat hielp. De pijn nam af en het lopen ging allengs wat makkelijker. Overmoedig geworden nuttigde ik zittend een kop koffie en daarna was ik weer terug bij af. Ik concludeerde (zo werken de hersens nu eenmaal) dat ik zo veel mogelijk in beweging moest blijven en daarom bleef ik maar lopen, kriskras de stad door, af en toe pauzerend, een mens kan niet constant op de been zijn. Op den duur werd het echt beter. Na het zittend nuttigen van een broodje had ik weliswaar een terugval, maar toch niet meer naar het niveau van de vroege ochtend. Zo heb ik dus al lopend mijn spit onder controle weten te krijgen.

Nu hoor ik de vrouwelijke lezers al roepen: ‘nou dan was het vast geen spit!’. Regelmatig blijkt mij namelijk dat vooral onder vrouwen de idee leeft dat mannen aanstellers zijn. De redenering van de dames lijkt te zijn dat als je bij bevallingen alleen hoeft toe te kijken je niks te klagen hebben. En toch doen we dat wel eens. Maar ja, ze moeten zich wel realiseren dat wij verwikkeld zijn in de strijd om het bestaan die leidt tot de survival of the fittest. Eerst moeten we ons voortplanten en vervolgens moeten we de bestaanszekerheid van het nageslacht regelen. Soms moet dat proces tweemaal worden doorgemaakt. Ondertussen moet er ook nog voor een pensioentje worden gezorgd dat in ieder geval voldoende is om een zorgverzekering af te kunnen sluiten met een Viagra Plus Pakket. Ze zeggen namelijk dat seks later pas gewoon leuk wordt. Is het een wonder dat wij (de overlevers) af en toe een beetje klagen? Natuurlijk niet, het valt misschien alleen wat tegen als de verwachtingen erg hoog gespannen waren.

Ik had dus spit en kon daardoor op 2 januari niet naar Katwijk lopen. Dat deed ik de dag daarna en volgende keer zal ik beschrijven hoe het ging; zonder te klagen, dat beloof ik.
 
********************************************************
Een aardig tussendoortje bij Museum Meermanno in Den Haag: een kleine
tentoonstelling over een bijzondere uitgave van het werk van Boutens. Elf
van de twaalf exemplaren van Naenia, dat in 1903 werd uitgegeven, zijn te
bezichtigen; tot 26 februari. 


© 2006 Frits Hoorweg meer Frits Hoorweg - meer "Lopen" -
Bezigheden > Lopen
Vergeten ziekten Frits Hoorweg
0306 BZ Lopen Vergeten

Bij het nuttigen van de overgebleven oliebollen op Nieuwjaarsdag realiseerde ik mij dat het tijd werd weer eens een wandeling te maken. Het weerbericht voor de volgende dag leek acceptabel: niet al te koud, een beetje bewolkt en misschien kwam later de zon nog wel even door.
Ik zette mijn schoenen klaar en zocht een aardige route uit. Zeer tevreden met mezelf ging ik slapen, niets pompt het gevoel van eigenwaarde zo op als een goed voornemen. Maar helaas, nog voor ik echt wakker was werd duidelijk dat er iets niet klopte. Bij een poging nog even op de andere zij te gaan liggen protesteerde mijn onderrug heftig en dat werd er niet beter op toen ik met enige moeite op de rand van het bed was gaan zitten. Spit!
Spit, bestaat dat nog?

Wat had je vroeger toch een interessante kwalen. Misschien moet er een kliniek komen voor vergeten ziekten, net zoals je boerderijen hebt waar vergeten groenten worden geteeld. Daar kunnen de incidentele gevallen van wintertenen, baardschurft, scheurbuik, Engelse ziekte en kraamvrouwenkoorts worden behandeld; en spit natuurlijk. Verder kan er studie worden gemaakt van de veranderingen die er toe hebben geleid dat deze ziekten nauwelijks meer voorkomen. Artsen die moeite hebben om het tempo in de gezondheidszorg bij te benen kunnen in zo’n kliniek een veilig heenkomen zoeken en er onderzoek gaan doen. De drastische afname van spit zal wel samenhangen met de opkomst van de centrale verwarming; dat zou ik als hypothese mee willen geven.

Spit doet mij denken aan komische films. Louis de Funès staat gebukt iets te repareren. De hamer, of wat het ook is, vliegt uit zijn hand en van schrik schiet het in zijn rug. Hij kan niet meer overeind komen en holt daarna, met een van pijn vertrokken gezicht van de ene scène naar de andere. Het is trouwens opmerkelijk hoe vaak ik als het tegenzit aan die Franse komiek moet denken. Zo bereidde ik mij een half jaar geleden voor op een bypass operatie (die overigens uiteindelijk niet nodig bleek te zijn) door een boekje van de Hartstichting over die ingreep te lezen. Wat me werd voorgespiegeld was zo fantastisch (bv. het stilleggen van de circulatie) dat het me nauwelijks raakte. Zelfs het noodzakelijke doorzagen van het borstbeen registreerde ik niet als iets opwindends, tot ik de toevoeging ‘met een elektrische zaag’ las. Pas toen sloeg de schrik mij bij wijze van spreken om het hart en meteen verscheen hij mij weer voor de geest: Louis de Funès, met die scheve grijns op zijn gezicht, driftig proberend om zijn op hol geslagen elektrische zaag onder controle te krijgen. Als ik het goed heb speelde de film waarin die scène voorkwam in een abattoir.

Van mijn plan om door de duinen naar Katwijk te lopen zou die dag niets terecht komen, dat was wel duidelijk. Maar wat dan? Later las ik in de medische encyclopedie dat de voorgeschreven behandelwijze rust is, maar dat leek me die ochtend een heel slecht idee. Mijn verkrampte spieren zouden juist door beweging weer los komen, dacht ik. Zo goed en zo kwaad als het ging hees ik mij in de kleren. Vooral de sokken en de schoenen leverden problemen op, maar het lukte. En toen ben ik heel voorzichtig gaan lopen, om te beginnen naar een op enige afstand gelegen winkelstraat; dat hielp. De pijn nam af en het lopen ging allengs wat makkelijker. Overmoedig geworden nuttigde ik zittend een kop koffie en daarna was ik weer terug bij af. Ik concludeerde (zo werken de hersens nu eenmaal) dat ik zo veel mogelijk in beweging moest blijven en daarom bleef ik maar lopen, kriskras de stad door, af en toe pauzerend, een mens kan niet constant op de been zijn. Op den duur werd het echt beter. Na het zittend nuttigen van een broodje had ik weliswaar een terugval, maar toch niet meer naar het niveau van de vroege ochtend. Zo heb ik dus al lopend mijn spit onder controle weten te krijgen.

Nu hoor ik de vrouwelijke lezers al roepen: ‘nou dan was het vast geen spit!’. Regelmatig blijkt mij namelijk dat vooral onder vrouwen de idee leeft dat mannen aanstellers zijn. De redenering van de dames lijkt te zijn dat als je bij bevallingen alleen hoeft toe te kijken je niks te klagen hebben. En toch doen we dat wel eens. Maar ja, ze moeten zich wel realiseren dat wij verwikkeld zijn in de strijd om het bestaan die leidt tot de survival of the fittest. Eerst moeten we ons voortplanten en vervolgens moeten we de bestaanszekerheid van het nageslacht regelen. Soms moet dat proces tweemaal worden doorgemaakt. Ondertussen moet er ook nog voor een pensioentje worden gezorgd dat in ieder geval voldoende is om een zorgverzekering af te kunnen sluiten met een Viagra Plus Pakket. Ze zeggen namelijk dat seks later pas gewoon leuk wordt. Is het een wonder dat wij (de overlevers) af en toe een beetje klagen? Natuurlijk niet, het valt misschien alleen wat tegen als de verwachtingen erg hoog gespannen waren.

Ik had dus spit en kon daardoor op 2 januari niet naar Katwijk lopen. Dat deed ik de dag daarna en volgende keer zal ik beschrijven hoe het ging; zonder te klagen, dat beloof ik.
 
********************************************************
Een aardig tussendoortje bij Museum Meermanno in Den Haag: een kleine
tentoonstelling over een bijzondere uitgave van het werk van Boutens. Elf
van de twaalf exemplaren van Naenia, dat in 1903 werd uitgegeven, zijn te
bezichtigen; tot 26 februari. 
© 2006 Frits Hoorweg
powered by CJ2