archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Het leven zelf delen printen terug
Digitale junk Katharina Kouwenhoven

02071 Voor verlof moet je ..
In de bijlage Opinie & Debat van NRC Handelsblad van 20 oktober jl. verkondigde Viktor Frölke zijn mening over de digitalisering van de samenleving, die weliswaar veel zaken makkelijker maakt, maar ook een groot kwaliteitsverlies oplevert. Onder de kop 'We dreigen om te komen in een oceaan van digitale junk,' klaagde hij over de verwording van de fotografie, de muziek en het woord.
Eerlijk gezegd begrijp ik hier helemaal niets van.

Viktor zit met meer dan 3000 digitale foto's op zijn computer, die hij nooit bekijkt en waar hij zeker geen afdrukken van laat maken, want daarvoor is de kwaliteit van (zijn) digitale foto's te gering. Waarom maakt Viktor dan digitale foto's? Met nostalgie praat hij over de tijd dat je foto's nam tot het rolletje op was, het dan liet ontwikkelen en dan vol spanning wachtte op het resultaat om de afdrukjes thuis op de bank te bekijken.
Ik kan Viktor verzekeren dat deze mogelijkheid nog steeds bestaat.
Je kunt nog overal camera's kopen waarmee je veel betere foto's kunt maken dan met een digitale camera, met zulke camera's gemaakte foto's kun je nog steeds laten ontwikkelen en afdrukken, vaak binnen een uur, om ze daarna op de bank te bekijken. Het aardige van de digitale mogelijkheden is echter dat je deze papieren versies of de negatieven, als ze de moeite waard zijn, middels een scanner op je computer kunt zetten en kunt bewerken, versturen en afhankelijk van je printer op A4 of A3 formaat kunt afdrukken. Dat beschouw ik als winst. Het beste van twee werelden, als het ware.

Dat iedere halve gare tegenwoordig een digitale camera heeft en niet van die knop af kan blijven, of erger nog, iets vergelijkbaars doet met zijn mobieltje, dat hoeft voor een weldenkend mens toch geen reden te zijn om zich ook als een junk te gaan gedragen? Hou je van fotograferen en stel je prijs op mooie foto's, dan moet je daar wat voor doen. Niemand is echter verplicht als een slaafse consument producten te kopen waar je eigenlijk niets aan hebt. Rotzooi maak je zelf. De techniek kan daar niets aan doen. Die techniek moet je gebruiken en tot je eigen voordeel aanwenden en niet het omgekeerde.

Dat geldt natuurlijk ook voor muziek. Je kunt muziek downloaden tot je groen en geel ziet, maar wat heb je daar aan als je geen overzicht meer hebt over wat je allemaal hebt. Op een bepaald moment draai je altijd maar een paar platen of CD's. Daarna kan dat wel weer eens wisselen, maar 5000 nummers zullen nooit de revue passeren. Zelfs zo'n iPod zorgt al voor een veel te groot aanbod. Ik geloof dat daar wel tweehonderd nummers op kunnen.
Zelf gebruik ik nog altijd een 'ouderwetse' discman. Dat komt omdat die iPods en dat soort dingen niet op kunnen nemen en ik eerst mijn eigen CD's op de computer moet overnemen om ze daarna op zo'n ding te kunnen zetten en dat vind ik gekkenwerk.
Tijdens het hardlopen gebruik ik bovendien slechts één nummer,
dat precies het goede tempo heeft en dat ik eindeloos herhaal. Om daar nu een apparaat van een paar honderd euro voor aan te schaffen.
En ik houd van het kopen van CD's. In winkels als Concerto kom je muziek tegen waar je nooit van gehoord hebt. Je leest wat er op het hoesje staat en kunt het bovendien beluisteren als je wilt. Horen, voelen, zien, aanraken, dat is allemaal belangrijker dan het zogenaamde0504BS Zijweg digitale gemak.

En dan natuurlijk de devaluatie van het woord. Mensen schrijven elkaar geen brieven meer. Dat idee bestond ook al toen de telefoon zijn intrede deed, maar het is helemaal niet waar. Mensen die van brieven schrijven houden, doen dat nog steeds. De uitvinding van de electronische post beschouw ik als een zegen, maar het vervangt het brieven schrijven natuurlijk niet. E-mailen is eerder een alternatief voor de telefoon, zeker voor mij. Had ik vroeger een heel bureau vol met gele briefjes met namen van mensen die ik nog moest bellen en waar ik later dan maar persoonlijk langs ging, na de introductie van de e-mail was dat overbodig. Je stuurde een bericht en had er verder geen omkijken naar. En die ontwikkeling dat mensen voor die electronische berichten allerlei afkortingen verzinnen, vind ik eigenlijk wel leuk.
Of je je voor je e-mail berichten, je weblogs of je chatroomconversaties wil bedienen van behoorlijk taalgebruik of dat geheel wenst te verwaarlozen, dat is aan de gebruiker. De techniek vraagt daar niet om, want die is in dit opzicht waardenvrij.
Viktor, die zo klaagt over de junkificatie van het woord, schrijft zelf ook nauwelijks meer brieven, maar heeft wel een weblog, waarop hij 'elke dag iets aardigs probeert te schrijven'. Maar waarom houdt hij niet gewoon een dagboek bij?

Het lijkt allemaal een beetje op het ombrengen van de boodschapper van slechte berichten. We hebben een aantal fantastische nieuwe mogelijkheden gekregen om ons gedragsrepertoire uit te breiden. Maar dat betekent natuurlijk niet, dat je alle oude mogelijkheden meteen overboord moet gooien of de nieuwe als een kip zonder kop moet adopteren. Naar bevind van zaken, zou ik zeggen.
De eerste keer dat ik een automobiel aanschafte, wisten allerlei
mensen me te verzekeren dat ik 'verkocht' was en mijn fiets nooit
meer zou gebruiken. Dat is nooit gebeurd, want ook die auto had zo zijn beperkingen en vooral als voordeel dat je er grotere afstanden mee af kon leggen dan met de fiets. Maar in de stad geniet de fiets de absolute voorkeur. Dus die auto gebruik ik eigenlijk zelden.

Iets dergelijks geldt wat mij betreft voor de mobiele telefoon. Zo'n ding is handig voor noodgevallen en daarom heb ik er een. Maar ik gebruik hem nooit (hoe vaak heb je nu een noodgeval?) en niemand belt mij, want niemand weet dat ik er een heb. Een zorgenkind is zo'n ding wel, want om operationeel te zijn, moet hij voortdurend worden opgeladen en moet een voldoende beltegoed hebben. Meer last dan gemak dus eigenlijk.
Hoe dan ook, je kunt de techniek niets verwijten. Het gaat erom hoe je ermee omgaat. Als je op je computer te veel waardeloze foto's, en muziek waar je nooit naar luistert en teksten waarvan je over je nek gaat, hebt opgeslagen moet je dat de techniek niet verwijten, maar de stupide manier waarop je die techniek gebruikt. Het is geen kwestie van de digitale wereld buitensluiten, wat Viktor suggereert, maar een van het gebruiken van je verstand. Dat is helaas moeilijker te leren dan het gebruik van een digitale camera.
 
**********************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij
persoonlijke ontwikkeling op het werk.
Ga voor informatie naar www.ijzermans.org


© 2007 Katharina Kouwenhoven meer Katharina Kouwenhoven - meer "Het leven zelf" -
Beschouwingen > Het leven zelf
Digitale junk Katharina Kouwenhoven
02071 Voor verlof moet je ..
In de bijlage Opinie & Debat van NRC Handelsblad van 20 oktober jl. verkondigde Viktor Frölke zijn mening over de digitalisering van de samenleving, die weliswaar veel zaken makkelijker maakt, maar ook een groot kwaliteitsverlies oplevert. Onder de kop 'We dreigen om te komen in een oceaan van digitale junk,' klaagde hij over de verwording van de fotografie, de muziek en het woord.
Eerlijk gezegd begrijp ik hier helemaal niets van.

Viktor zit met meer dan 3000 digitale foto's op zijn computer, die hij nooit bekijkt en waar hij zeker geen afdrukken van laat maken, want daarvoor is de kwaliteit van (zijn) digitale foto's te gering. Waarom maakt Viktor dan digitale foto's? Met nostalgie praat hij over de tijd dat je foto's nam tot het rolletje op was, het dan liet ontwikkelen en dan vol spanning wachtte op het resultaat om de afdrukjes thuis op de bank te bekijken.
Ik kan Viktor verzekeren dat deze mogelijkheid nog steeds bestaat.
Je kunt nog overal camera's kopen waarmee je veel betere foto's kunt maken dan met een digitale camera, met zulke camera's gemaakte foto's kun je nog steeds laten ontwikkelen en afdrukken, vaak binnen een uur, om ze daarna op de bank te bekijken. Het aardige van de digitale mogelijkheden is echter dat je deze papieren versies of de negatieven, als ze de moeite waard zijn, middels een scanner op je computer kunt zetten en kunt bewerken, versturen en afhankelijk van je printer op A4 of A3 formaat kunt afdrukken. Dat beschouw ik als winst. Het beste van twee werelden, als het ware.

Dat iedere halve gare tegenwoordig een digitale camera heeft en niet van die knop af kan blijven, of erger nog, iets vergelijkbaars doet met zijn mobieltje, dat hoeft voor een weldenkend mens toch geen reden te zijn om zich ook als een junk te gaan gedragen? Hou je van fotograferen en stel je prijs op mooie foto's, dan moet je daar wat voor doen. Niemand is echter verplicht als een slaafse consument producten te kopen waar je eigenlijk niets aan hebt. Rotzooi maak je zelf. De techniek kan daar niets aan doen. Die techniek moet je gebruiken en tot je eigen voordeel aanwenden en niet het omgekeerde.

Dat geldt natuurlijk ook voor muziek. Je kunt muziek downloaden tot je groen en geel ziet, maar wat heb je daar aan als je geen overzicht meer hebt over wat je allemaal hebt. Op een bepaald moment draai je altijd maar een paar platen of CD's. Daarna kan dat wel weer eens wisselen, maar 5000 nummers zullen nooit de revue passeren. Zelfs zo'n iPod zorgt al voor een veel te groot aanbod. Ik geloof dat daar wel tweehonderd nummers op kunnen.
Zelf gebruik ik nog altijd een 'ouderwetse' discman. Dat komt omdat die iPods en dat soort dingen niet op kunnen nemen en ik eerst mijn eigen CD's op de computer moet overnemen om ze daarna op zo'n ding te kunnen zetten en dat vind ik gekkenwerk.
Tijdens het hardlopen gebruik ik bovendien slechts één nummer,
dat precies het goede tempo heeft en dat ik eindeloos herhaal. Om daar nu een apparaat van een paar honderd euro voor aan te schaffen.
En ik houd van het kopen van CD's. In winkels als Concerto kom je muziek tegen waar je nooit van gehoord hebt. Je leest wat er op het hoesje staat en kunt het bovendien beluisteren als je wilt. Horen, voelen, zien, aanraken, dat is allemaal belangrijker dan het zogenaamde0504BS Zijweg digitale gemak.

En dan natuurlijk de devaluatie van het woord. Mensen schrijven elkaar geen brieven meer. Dat idee bestond ook al toen de telefoon zijn intrede deed, maar het is helemaal niet waar. Mensen die van brieven schrijven houden, doen dat nog steeds. De uitvinding van de electronische post beschouw ik als een zegen, maar het vervangt het brieven schrijven natuurlijk niet. E-mailen is eerder een alternatief voor de telefoon, zeker voor mij. Had ik vroeger een heel bureau vol met gele briefjes met namen van mensen die ik nog moest bellen en waar ik later dan maar persoonlijk langs ging, na de introductie van de e-mail was dat overbodig. Je stuurde een bericht en had er verder geen omkijken naar. En die ontwikkeling dat mensen voor die electronische berichten allerlei afkortingen verzinnen, vind ik eigenlijk wel leuk.
Of je je voor je e-mail berichten, je weblogs of je chatroomconversaties wil bedienen van behoorlijk taalgebruik of dat geheel wenst te verwaarlozen, dat is aan de gebruiker. De techniek vraagt daar niet om, want die is in dit opzicht waardenvrij.
Viktor, die zo klaagt over de junkificatie van het woord, schrijft zelf ook nauwelijks meer brieven, maar heeft wel een weblog, waarop hij 'elke dag iets aardigs probeert te schrijven'. Maar waarom houdt hij niet gewoon een dagboek bij?

Het lijkt allemaal een beetje op het ombrengen van de boodschapper van slechte berichten. We hebben een aantal fantastische nieuwe mogelijkheden gekregen om ons gedragsrepertoire uit te breiden. Maar dat betekent natuurlijk niet, dat je alle oude mogelijkheden meteen overboord moet gooien of de nieuwe als een kip zonder kop moet adopteren. Naar bevind van zaken, zou ik zeggen.
De eerste keer dat ik een automobiel aanschafte, wisten allerlei
mensen me te verzekeren dat ik 'verkocht' was en mijn fiets nooit
meer zou gebruiken. Dat is nooit gebeurd, want ook die auto had zo zijn beperkingen en vooral als voordeel dat je er grotere afstanden mee af kon leggen dan met de fiets. Maar in de stad geniet de fiets de absolute voorkeur. Dus die auto gebruik ik eigenlijk zelden.

Iets dergelijks geldt wat mij betreft voor de mobiele telefoon. Zo'n ding is handig voor noodgevallen en daarom heb ik er een. Maar ik gebruik hem nooit (hoe vaak heb je nu een noodgeval?) en niemand belt mij, want niemand weet dat ik er een heb. Een zorgenkind is zo'n ding wel, want om operationeel te zijn, moet hij voortdurend worden opgeladen en moet een voldoende beltegoed hebben. Meer last dan gemak dus eigenlijk.
Hoe dan ook, je kunt de techniek niets verwijten. Het gaat erom hoe je ermee omgaat. Als je op je computer te veel waardeloze foto's, en muziek waar je nooit naar luistert en teksten waarvan je over je nek gaat, hebt opgeslagen moet je dat de techniek niet verwijten, maar de stupide manier waarop je die techniek gebruikt. Het is geen kwestie van de digitale wereld buitensluiten, wat Viktor suggereert, maar een van het gebruiken van je verstand. Dat is helaas moeilijker te leren dan het gebruik van een digitale camera.
 
**********************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij
persoonlijke ontwikkeling op het werk.
Ga voor informatie naar www.ijzermans.org
© 2007 Katharina Kouwenhoven
powered by CJ2