archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Het leven zelf delen printen terug
Pleidooi van een Zaankanter Willem Middelhoven

0402BS Leven zaan
Ik ben geboren in Zaandam en heb jaren aan de Zaan gewoond. Ik heb de stad al jaren geleden verlaten, maar – mede omdat mijn familie daar al 400 jaar geleefd heeft – heb ik nog altijd een sterke band met het water, de stad en de streek. Het doet mij dan ook zeer veel pijn als ik zie hoe de streek – en met name de Zaan zelf – er nu bij ligt.

Rond 1850 was de Zaan een buitengewoon pittoresk water, gelardeerd met vele statige huizen, vele groene houten huizen en huisjes en vele molens. Op http://zaanstad.pictura-dp.nl/index.php kan je daar een goede indruk van krijgen. Klik daarop en de historische Zaanoever glijdt voor je langs.
De Zaan was – vóór alle dijken en sluizen – een getijdenstroom. Eb en vloed schuurden een breed meanderend water door het moerasachtige veenland van zo’n 12 kilometer lang. Dankzij de molens kon daarlangs een bloeiende nijverheid ontstaan. Omstreeks 1850 werden de molens vervangen door stoommachines. De eerste 50 jaar – tot ca. 1900 – werden daartoe bakstenen fabrieken gebouwd, die aangenaam ogen. De bedrijven daarin waren vooral familiebedrijven. Een fraai ogende fabriek droeg bij aan de familietrots. Voorbeeld daarvan is de gigantische betonnen adelaar, die het dak van de gelijknamige fabriek siert. Die adelaar heeft de eigenaar zelf in zijn eigen tuin opgebouwd en daarna op het dak geplaatst.

Na 1900 echter werd door de steeds uitbreidende industrie vooral beton gebruikt, met kolossale, oerlelijke monsters als resultaat. Een groot deel van de oevers wordt voor opslag en andere rommelige functies gebruikt. Bovendien is de redelijk attractieve binnenstad door de opkomende winkelstand verwoest.
Het totaalresultaat is een vernielde stad, waarvan grote delen een rommelige en smakeloze aanblik bieden.

Het is haast ondenkbaar dat zo dicht bij Amsterdam een in potentie magistrale locatie er zo bij ligt. Zo’n 25(!) kilometer oever van een fraaie rivier heeft nog geen duidelijke plaats gekregen in het toekomstbeeld van de regio Amsterdam.
Omstreeks 1900 is er in de Zaan zeer veel geld verdiend, wat er toe geleid heeft dat de directeuren ‘en masse’ naar Bloemendaal zijn verhuisd. Daarmee is de directe betrokkenheid van de leiding van de bedrijven belangrijk verminderd. Boekhouders en vertegenwoordigers konden Bloemendaal niet betalen en vertrokken dus maar naar Amsterdam.
Het werk in de molens was keihard. Als er wind was moest soms dagenlang doorgewerkt worden, 24 uur per dag. Daar was dan wel een harde hand voor nodig, wat tot - nog lang doorvretende – slechte arbeidsverhoudingen geleid heeft. Heel lang was de CPN een grote partij in de gemeenteraad. Vandaag de dag is de Zaanstreek een Walhalla voor leefbaarheids-partijen. Recent zijn twee burgemeesters afgebrand door schandalen.

Wat nu dus resteert is een verwoeste stad, die zeer moeilijk bestuurbaar is. Ik kom er met enige regelmaat en het doet mij elke keer weer pijn als ik de deplorabele staat zie waarin de stad verkeerd. Eens leidde ik mijn dochter – die ook wel eens wilde weten waar haar familie vandaan kwam – een dagje door de Zaanstreek en aan het einde van die tocht kon ze alleen maar uitbrengen: ‘Wat armoedig, wat verwaarloosd, wat lelijk’. En ik kon haar alleen maar gelijk geven. Een paar jaar geleden zocht ik een flat in de omgeving van Amsterdam. De makelaar noemde mij een aantal mogelijkheden in Amsterdam, Diemen en Amstelveen. ‘Is er niets in Zaanstad?’ vroeg ik. Hij antwoordde dat hij nog nooit gehoord had dat iemand met enige financiële mogelijkheden daar naar toe verhuisd was. Onlangs werd de burgemeester van Zaanstad op de TV ondervraagd door een ervaren journalist. De eerste vraag: ‘Zaanstad, waar ligt dat eigenlijk ?’.

Helaas heb ik geen enkele invloed op het Zaanse beleid, maar ik heb wel een fantasie hoe de Zaan tot een groots en meeslepend spektakel zou kunnen uitgroeien. Daarbij moet uitgegaan worden van de mooiste waarde die de streek heeft: het water de Zaan zelf. Ook nu nog – zelfs in de deplorabele staat waarin de oevers nu verkeren – is een boottocht over de Zaan zeer indrukwekkend. Het is en blijft een imposante stroom.

Zaanstad zou geen zelfstandige gemeente maar een stadsdeel van Amsterdam moeten zijn. Daar wordt een heel havengebied verplaatst en als woonwijk opnieuw opgebouwd. Daar wordt de Bijlmer half gesloopt en dan geheel vernieuwd. Van Zaanstad valt niet te verwachten dat het zich als Baron von Münchausen zichzelf aan zijn haren uit het moeras trekt. Als dan ook nog Amstelveen, Diemen en Almere samengaan met Amsterdam zou er een stad van op termijn 1.300.000 inwoners ontstaan. Dan zou Amsterdam een formaat hebben, waarmee het veel beter zou kunnen meespelen in de internationale concurrentie. Ook zou een betere verhouding tussen autochtone en allochtone bevolking ontstaan. Over een Groot-Amsterdam valt nog veel meer te zeggen, maar daar gaat dit stuk niet over.

Het aanzien van de Zaan kan vrij eenvoudig ingrijpend verbeterd worden. Nu loopt die dood op een kilometer van het Alkmaarder Meer. De Zaan zou - met een mooie bocht - doorgetrokken kunnen worden naar dat meer, dat ook weer fors vergroot zou moeten worden. Ook op andere plaatsen kan de waterloop nog op attractieve wijze worden aangepast. De gehele Zaan zou een toeristische topattractie moeten worden. Een soort ‘experience’, die in dezelfde categorie valt als Las Vegas, een som van attracties waar de toerist zich 1 à 2 dagen perfect kan vermaken.

Circa de helft van de Zaanoevers wordt bezet door industrie. Traditioneel is dat de levensmiddelenindustrie. Dit is nu precies de industrie die niet naar China verhuist en dus wel blijvend een plaats aan de Zaan zal opeisen. Maar qua uiterlijk en qua ruimtelijke planning zal toch een andere vorm gevonden moeten worden om een goede ontwikkeling van andere functies mogelijk te maken. Ook zal die functie goed doordacht moeten worden. Te denken valt aan een rol vergelijkbaar met die van Aalsmeer in de wereldwijde bloemenhandel.

De Zaan is als woongebied zeker niet attractief, maar de Zaanoevers bieden vele plaatsen, waar woningen met een spectaculair uitzicht gebouwd kunnen worden. En via toegevoegde jachthaventjes kunnen het goede woonplekken voor watersportliefhebbers worden. Op een aantal plaatsen zal de woningbouw zich ook landinwaarts moeten verbreden, om zo plezierige woonwijken te creëren.

Dit zijn natuurlijk ingrijpende, veeljarige plannen. Er moet echter wel een vlotte start gemaakt worden. Een mogelijk idee daarvoor is het volgende:
De Zaan wordt voorlopig verfraaid door op een aantal apert lelijke plaatsen aan de oever gigantische (ca 10x20 meter) panelen op te richten met immense, attractieve afbeeldingen. De denken valt aan series als ‘Het werk van Rembrandt’, ‘ De historie van de Nederlandse Schilderkunst’, ‘Ontwerpen van hedendaagse kunstenaars ‘. Met 50 van zulke panelen wordt een tocht langs de Zaan direct al een belevenis.

Als start lijkt het me nuttig om een brochure van zo’n 20 pagina’s te maken, die als een harmonica is uit te vouwen. Als je die brochure helemaal uitlegt dan ontstaat een strook van enkele meters, met daarop een beeld van de Zaan zoals die nu is en ook van hoe het zou kunnen zijn. Die twee beelden beslaan de bovenzijde van elk blad. De onderkant is dan voor tekst, historische afbeeldingen en schetsen van markante nieuwe bebouwing. Die brochure kan alleen goed bekeken worden als hij aan de muur geprikt wordt. En dat is juist de bedoeling. Want de brochure zal zo aantrekkelijk zijn dat men hem aan de muur hangt, om hem nog regelmatig te bekijken. Hopelijk gaan dan veel meer mensen zich inleven in de mogelijkheden van de Zaan en komen dan op nog betere ideeën dan ik.
 
*****************************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij persoonlijke
en professionele ontwikkeling op het werk.
Ga voor informatie naar: www.ijzermans.org .



© 2006 Willem Middelhoven meer Willem Middelhoven - meer "Het leven zelf" -
Beschouwingen > Het leven zelf
Pleidooi van een Zaankanter Willem Middelhoven
0402BS Leven zaan
Ik ben geboren in Zaandam en heb jaren aan de Zaan gewoond. Ik heb de stad al jaren geleden verlaten, maar – mede omdat mijn familie daar al 400 jaar geleefd heeft – heb ik nog altijd een sterke band met het water, de stad en de streek. Het doet mij dan ook zeer veel pijn als ik zie hoe de streek – en met name de Zaan zelf – er nu bij ligt.

Rond 1850 was de Zaan een buitengewoon pittoresk water, gelardeerd met vele statige huizen, vele groene houten huizen en huisjes en vele molens. Op http://zaanstad.pictura-dp.nl/index.php kan je daar een goede indruk van krijgen. Klik daarop en de historische Zaanoever glijdt voor je langs.
De Zaan was – vóór alle dijken en sluizen – een getijdenstroom. Eb en vloed schuurden een breed meanderend water door het moerasachtige veenland van zo’n 12 kilometer lang. Dankzij de molens kon daarlangs een bloeiende nijverheid ontstaan. Omstreeks 1850 werden de molens vervangen door stoommachines. De eerste 50 jaar – tot ca. 1900 – werden daartoe bakstenen fabrieken gebouwd, die aangenaam ogen. De bedrijven daarin waren vooral familiebedrijven. Een fraai ogende fabriek droeg bij aan de familietrots. Voorbeeld daarvan is de gigantische betonnen adelaar, die het dak van de gelijknamige fabriek siert. Die adelaar heeft de eigenaar zelf in zijn eigen tuin opgebouwd en daarna op het dak geplaatst.

Na 1900 echter werd door de steeds uitbreidende industrie vooral beton gebruikt, met kolossale, oerlelijke monsters als resultaat. Een groot deel van de oevers wordt voor opslag en andere rommelige functies gebruikt. Bovendien is de redelijk attractieve binnenstad door de opkomende winkelstand verwoest.
Het totaalresultaat is een vernielde stad, waarvan grote delen een rommelige en smakeloze aanblik bieden.

Het is haast ondenkbaar dat zo dicht bij Amsterdam een in potentie magistrale locatie er zo bij ligt. Zo’n 25(!) kilometer oever van een fraaie rivier heeft nog geen duidelijke plaats gekregen in het toekomstbeeld van de regio Amsterdam.
Omstreeks 1900 is er in de Zaan zeer veel geld verdiend, wat er toe geleid heeft dat de directeuren ‘en masse’ naar Bloemendaal zijn verhuisd. Daarmee is de directe betrokkenheid van de leiding van de bedrijven belangrijk verminderd. Boekhouders en vertegenwoordigers konden Bloemendaal niet betalen en vertrokken dus maar naar Amsterdam.
Het werk in de molens was keihard. Als er wind was moest soms dagenlang doorgewerkt worden, 24 uur per dag. Daar was dan wel een harde hand voor nodig, wat tot - nog lang doorvretende – slechte arbeidsverhoudingen geleid heeft. Heel lang was de CPN een grote partij in de gemeenteraad. Vandaag de dag is de Zaanstreek een Walhalla voor leefbaarheids-partijen. Recent zijn twee burgemeesters afgebrand door schandalen.

Wat nu dus resteert is een verwoeste stad, die zeer moeilijk bestuurbaar is. Ik kom er met enige regelmaat en het doet mij elke keer weer pijn als ik de deplorabele staat zie waarin de stad verkeerd. Eens leidde ik mijn dochter – die ook wel eens wilde weten waar haar familie vandaan kwam – een dagje door de Zaanstreek en aan het einde van die tocht kon ze alleen maar uitbrengen: ‘Wat armoedig, wat verwaarloosd, wat lelijk’. En ik kon haar alleen maar gelijk geven. Een paar jaar geleden zocht ik een flat in de omgeving van Amsterdam. De makelaar noemde mij een aantal mogelijkheden in Amsterdam, Diemen en Amstelveen. ‘Is er niets in Zaanstad?’ vroeg ik. Hij antwoordde dat hij nog nooit gehoord had dat iemand met enige financiële mogelijkheden daar naar toe verhuisd was. Onlangs werd de burgemeester van Zaanstad op de TV ondervraagd door een ervaren journalist. De eerste vraag: ‘Zaanstad, waar ligt dat eigenlijk ?’.

Helaas heb ik geen enkele invloed op het Zaanse beleid, maar ik heb wel een fantasie hoe de Zaan tot een groots en meeslepend spektakel zou kunnen uitgroeien. Daarbij moet uitgegaan worden van de mooiste waarde die de streek heeft: het water de Zaan zelf. Ook nu nog – zelfs in de deplorabele staat waarin de oevers nu verkeren – is een boottocht over de Zaan zeer indrukwekkend. Het is en blijft een imposante stroom.

Zaanstad zou geen zelfstandige gemeente maar een stadsdeel van Amsterdam moeten zijn. Daar wordt een heel havengebied verplaatst en als woonwijk opnieuw opgebouwd. Daar wordt de Bijlmer half gesloopt en dan geheel vernieuwd. Van Zaanstad valt niet te verwachten dat het zich als Baron von Münchausen zichzelf aan zijn haren uit het moeras trekt. Als dan ook nog Amstelveen, Diemen en Almere samengaan met Amsterdam zou er een stad van op termijn 1.300.000 inwoners ontstaan. Dan zou Amsterdam een formaat hebben, waarmee het veel beter zou kunnen meespelen in de internationale concurrentie. Ook zou een betere verhouding tussen autochtone en allochtone bevolking ontstaan. Over een Groot-Amsterdam valt nog veel meer te zeggen, maar daar gaat dit stuk niet over.

Het aanzien van de Zaan kan vrij eenvoudig ingrijpend verbeterd worden. Nu loopt die dood op een kilometer van het Alkmaarder Meer. De Zaan zou - met een mooie bocht - doorgetrokken kunnen worden naar dat meer, dat ook weer fors vergroot zou moeten worden. Ook op andere plaatsen kan de waterloop nog op attractieve wijze worden aangepast. De gehele Zaan zou een toeristische topattractie moeten worden. Een soort ‘experience’, die in dezelfde categorie valt als Las Vegas, een som van attracties waar de toerist zich 1 à 2 dagen perfect kan vermaken.

Circa de helft van de Zaanoevers wordt bezet door industrie. Traditioneel is dat de levensmiddelenindustrie. Dit is nu precies de industrie die niet naar China verhuist en dus wel blijvend een plaats aan de Zaan zal opeisen. Maar qua uiterlijk en qua ruimtelijke planning zal toch een andere vorm gevonden moeten worden om een goede ontwikkeling van andere functies mogelijk te maken. Ook zal die functie goed doordacht moeten worden. Te denken valt aan een rol vergelijkbaar met die van Aalsmeer in de wereldwijde bloemenhandel.

De Zaan is als woongebied zeker niet attractief, maar de Zaanoevers bieden vele plaatsen, waar woningen met een spectaculair uitzicht gebouwd kunnen worden. En via toegevoegde jachthaventjes kunnen het goede woonplekken voor watersportliefhebbers worden. Op een aantal plaatsen zal de woningbouw zich ook landinwaarts moeten verbreden, om zo plezierige woonwijken te creëren.

Dit zijn natuurlijk ingrijpende, veeljarige plannen. Er moet echter wel een vlotte start gemaakt worden. Een mogelijk idee daarvoor is het volgende:
De Zaan wordt voorlopig verfraaid door op een aantal apert lelijke plaatsen aan de oever gigantische (ca 10x20 meter) panelen op te richten met immense, attractieve afbeeldingen. De denken valt aan series als ‘Het werk van Rembrandt’, ‘ De historie van de Nederlandse Schilderkunst’, ‘Ontwerpen van hedendaagse kunstenaars ‘. Met 50 van zulke panelen wordt een tocht langs de Zaan direct al een belevenis.

Als start lijkt het me nuttig om een brochure van zo’n 20 pagina’s te maken, die als een harmonica is uit te vouwen. Als je die brochure helemaal uitlegt dan ontstaat een strook van enkele meters, met daarop een beeld van de Zaan zoals die nu is en ook van hoe het zou kunnen zijn. Die twee beelden beslaan de bovenzijde van elk blad. De onderkant is dan voor tekst, historische afbeeldingen en schetsen van markante nieuwe bebouwing. Die brochure kan alleen goed bekeken worden als hij aan de muur geprikt wordt. En dat is juist de bedoeling. Want de brochure zal zo aantrekkelijk zijn dat men hem aan de muur hangt, om hem nog regelmatig te bekijken. Hopelijk gaan dan veel meer mensen zich inleven in de mogelijkheden van de Zaan en komen dan op nog betere ideeën dan ik.
 
*****************************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij persoonlijke
en professionele ontwikkeling op het werk.
Ga voor informatie naar: www.ijzermans.org .

© 2006 Willem Middelhoven
powered by CJ2