archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > Een rustig mens delen printen terug
Hans Honders, trainer Frits Hoorweg

Over het Europese Kampioenschap zegt hij: “De televisie staat wel vaak aan, maar meestal ben ik ook nog met een paar andere dingen bezig. Je hoort vanzelf aan het stemgeluid van de verslaggever of je wat dreigt te missen. Als hij met stemverheffing gaat spreken ga ik er even voor zitten.” Hans Honders (46) is getrouwd en vader van twee betrekkelijk jonge kinderen. Hij kan zich bijgevolg niet totaal afzonderen, als hij dat al zou willen. “Gisteravond waren er toevallig twee leuke wedstrijden, maar vaak is het niet om aan te zien. Vanavond (Nederland – Duitsland) kon het best ook wel erg tegenvallen. Je hoopt altijd dat er een beetje op de aanval wordt gespeeld, maar als beide ploegen vooral de verdediging gesloten proberen te houden is er niet veel aan.”

Hij is hoofdtrainer van de Voetbal Club Sparta (VCS) in Den Haag. Zijn club won kortgeleden de Haagsche Courant Cup; een prestatie van formaat, want aan deze bekercompetitie deden ook enkele clubs uit hogere afdelingen mee. “Het heeft ons ook wel een beetje meegezeten, hoor. Wij werden een keer vrijgeloot en een keer kwamen de tegenstanders niet opdagen, omdat er een competitiewedstrijd was waar ze zich op wilden concentreren. Maar de vijf andere wedstrijden hebben we mooi gewonnen. In de competitie ging het ook wel goed. We zijn tweede geworden en omdat we de beste waren in de tweede competitiehelft mochten we zelfs promotiewedstrijden spelen. Maar daarin zijn we helaas uitgeschakeld op penalty’s.”

VCS is een club met 5 á 600 leden die erg de nadruk legt op de jeugd. “Bij ons wordt bijvoorbeeld geen handgeld betaald aan spelers die van club wisselen om in ons eerste te komen spelen. De eigen jeugd stroomt in principe door. Een enkele keer wordt er wel eens een speler gepolst die voeger ook al voor de club heeft gespeeld, maar dat zijn uitzonderingen, en er wordt niet betaald voor een eventuele overgang.” Handgeld om spelers aan te moedigen van club te wisselen? We hebben het toch over de 2e Klasse West C van het zondagamateurvoetbal? “Ja, dat gebeurt echt en dan heb je het over serieuze bedragen, tot zo’n € 6000. Maar wij weigeren daar dus aan mee te doen. Dat is ook wel rustig, dan hoeft er niet gescout te worden. Spelers krijgen wel een bescheiden premie (€ 55 voor een overwinning en € 20 voor een gelijkspel) en de club zorgt voor sportkleding en dergelijke, puur amateurisme is het bij ons ook niet meer. Maar daar staat weer tegenover dat ze bij ons wel contributie moeten betalen, om te tonen dat ze echt bij de club willen horen.”

VCS heeft vijf betaalde trainers in dienst, niet alleen voor het eerste en het tweede, maar ook voor de A, B en C junioren. Voor de niet-ingewijden: de A junioren zijn 16 tot 18 jaar oud, de B junioren 14 tot 16, enzovoort. Die trainers zijn, ieder op hun niveau, gediplomeerd. Overigens gaat het wel om parttimers. “Ik schat dat ik zo’n 15 tot 18 uur aan het trainerschap besteed. Misschien is het bij de anderen iets minder. Er zijn 3 trainingen, op dinsdag-, donderdag- en vrijdagavond. De wedstrijd is op zondag. Verder moet ik de trainingen voorbereiden en heb ik regelmatig overleg met de trainer van het tweede en van de A–junioren. En dan zijn er nog de bijzondere activiteiten. Na de vakantie, wij beginnen al weer op 25 juli, gaan we natuurlijk op trainingskamp en dat moet ook georganiseerd en voorbereid worden. Ja, zo’n club is een klein bedrijfje, maar dan een bedrijfje dat in belangrijke mate draait op de inzet van vrijwilligers, en dat is in de grote steden steeds vaker een probleem.”

Is hier een trainer aan het woord? Ja, maar dan een die ook stafmedewerker is van de Afdeling Sportsupport van de gemeente Den Haag. Als zodanig wordt hij dagelijks geconfronteerd met de problemen van sportclubs in de grote stad. “Wij proberen clubs te helpen. Er zijn drie consulenten die specifiek zijn aangesteld om dat kaderprobleem aan te pakken. Hoewel, die clubs moeten het natuurlijk zelf doen, wij geven advies en helpen wel eens om een kadercursus te financieren of de verbetering van een accommodatie. Soms suggereren we twee clubs dat ze misschien beter kunnen fuseren, dat kan toch helpen. Ja, dat kaderprobleem heeft ook wel wat te maken met de grote hoeveelheid allochtonen, of misschien moet je zeggen met de eerste generatie ervan. Die kenden het hele verschijnsel sportclub niet, dat je er niet bent met contributie betalen, maar dat je ook nog als vrijwilliger moet meehelpen, al is het maar door een paar kinderen weg te brengen naar een uitwedstrijd. Maar ja ook onder autochtonen is dat lang niet vanzelfsprekend meer.” Wat moet je daaraan doen? “Dat is lastig, een pasklaar antwoord heb ik ook niet, maar bij VCS worden bijvoorbeeld met de ouders van alle nieuwe jeugdleden gesprekken gevoerd om hen erop te wijzen dat we meer van ze verwachten dan contributie betalen. Na zo’n gesprek is het wat makkelijker om mensen te vragen ergens bij te helpen.”

Terug naar het voetballen zelf en wel het vraagstuk van het te hanteren spelsysteem, dat zeer actueel was op de dag waarop ons gesprek plaatsvond. “De benadering binnen onze club is dat we graag aanvallend voetbal willen spelen en daarom spelen we, als de spelers ervoor beschikbaar zijn, met het 4-3-3 systeem.” Voor de niet ingewijden: dat betekent dat je met 3 aanvallers speelt in plaats van met 2 of 1; de tijd dat er in het stopperspilsysteem met 5 aanvallers werd gespeeld ligt ver achter ons. “Spelplezier is belangrijker dan systemen, maar in een teamsport moet je toch werken met bepaalde afspraken, anders maak je niks klaar en dat is nu eenmaal ook niet bevorderlijk voor het plezier. Het wennen aan zo’n systeem begint al heel vroeg, bij de D-tjes en zelfs een beetje bij de E-tjes.”

Bij de buis ’s avonds bleek dat het 4-3-3 systeem er bij het Nederlands elftal nog niet helemaal goed in zat; of ontbrak het spelplezier? De wedstrijd was niet om aan te zien. Ik ben er wat anders bij gaan doen en het is waar: de stem van de commentator waarschuwt je wel als het tijd is om te kijken. Misschien moet je om nog van voetballen te genieten de luie stoel wel uit. Ga een keer naar de plaatselijke amateurclub, de competitie begint weer op 5 september. Er wordt vaak leuk gespeeld en als het een keer tegenvalt kun je meestal wel lachen om de grappen die langs de lijn worden gemaakt.

© 2004 Frits Hoorweg meer Frits Hoorweg - meer "Een rustig mens" -
Beschouwingen > Een rustig mens
Hans Honders, trainer Frits Hoorweg
Over het Europese Kampioenschap zegt hij: “De televisie staat wel vaak aan, maar meestal ben ik ook nog met een paar andere dingen bezig. Je hoort vanzelf aan het stemgeluid van de verslaggever of je wat dreigt te missen. Als hij met stemverheffing gaat spreken ga ik er even voor zitten.” Hans Honders (46) is getrouwd en vader van twee betrekkelijk jonge kinderen. Hij kan zich bijgevolg niet totaal afzonderen, als hij dat al zou willen. “Gisteravond waren er toevallig twee leuke wedstrijden, maar vaak is het niet om aan te zien. Vanavond (Nederland – Duitsland) kon het best ook wel erg tegenvallen. Je hoopt altijd dat er een beetje op de aanval wordt gespeeld, maar als beide ploegen vooral de verdediging gesloten proberen te houden is er niet veel aan.”

Hij is hoofdtrainer van de Voetbal Club Sparta (VCS) in Den Haag. Zijn club won kortgeleden de Haagsche Courant Cup; een prestatie van formaat, want aan deze bekercompetitie deden ook enkele clubs uit hogere afdelingen mee. “Het heeft ons ook wel een beetje meegezeten, hoor. Wij werden een keer vrijgeloot en een keer kwamen de tegenstanders niet opdagen, omdat er een competitiewedstrijd was waar ze zich op wilden concentreren. Maar de vijf andere wedstrijden hebben we mooi gewonnen. In de competitie ging het ook wel goed. We zijn tweede geworden en omdat we de beste waren in de tweede competitiehelft mochten we zelfs promotiewedstrijden spelen. Maar daarin zijn we helaas uitgeschakeld op penalty’s.”

VCS is een club met 5 á 600 leden die erg de nadruk legt op de jeugd. “Bij ons wordt bijvoorbeeld geen handgeld betaald aan spelers die van club wisselen om in ons eerste te komen spelen. De eigen jeugd stroomt in principe door. Een enkele keer wordt er wel eens een speler gepolst die voeger ook al voor de club heeft gespeeld, maar dat zijn uitzonderingen, en er wordt niet betaald voor een eventuele overgang.” Handgeld om spelers aan te moedigen van club te wisselen? We hebben het toch over de 2e Klasse West C van het zondagamateurvoetbal? “Ja, dat gebeurt echt en dan heb je het over serieuze bedragen, tot zo’n € 6000. Maar wij weigeren daar dus aan mee te doen. Dat is ook wel rustig, dan hoeft er niet gescout te worden. Spelers krijgen wel een bescheiden premie (€ 55 voor een overwinning en € 20 voor een gelijkspel) en de club zorgt voor sportkleding en dergelijke, puur amateurisme is het bij ons ook niet meer. Maar daar staat weer tegenover dat ze bij ons wel contributie moeten betalen, om te tonen dat ze echt bij de club willen horen.”

VCS heeft vijf betaalde trainers in dienst, niet alleen voor het eerste en het tweede, maar ook voor de A, B en C junioren. Voor de niet-ingewijden: de A junioren zijn 16 tot 18 jaar oud, de B junioren 14 tot 16, enzovoort. Die trainers zijn, ieder op hun niveau, gediplomeerd. Overigens gaat het wel om parttimers. “Ik schat dat ik zo’n 15 tot 18 uur aan het trainerschap besteed. Misschien is het bij de anderen iets minder. Er zijn 3 trainingen, op dinsdag-, donderdag- en vrijdagavond. De wedstrijd is op zondag. Verder moet ik de trainingen voorbereiden en heb ik regelmatig overleg met de trainer van het tweede en van de A–junioren. En dan zijn er nog de bijzondere activiteiten. Na de vakantie, wij beginnen al weer op 25 juli, gaan we natuurlijk op trainingskamp en dat moet ook georganiseerd en voorbereid worden. Ja, zo’n club is een klein bedrijfje, maar dan een bedrijfje dat in belangrijke mate draait op de inzet van vrijwilligers, en dat is in de grote steden steeds vaker een probleem.”

Is hier een trainer aan het woord? Ja, maar dan een die ook stafmedewerker is van de Afdeling Sportsupport van de gemeente Den Haag. Als zodanig wordt hij dagelijks geconfronteerd met de problemen van sportclubs in de grote stad. “Wij proberen clubs te helpen. Er zijn drie consulenten die specifiek zijn aangesteld om dat kaderprobleem aan te pakken. Hoewel, die clubs moeten het natuurlijk zelf doen, wij geven advies en helpen wel eens om een kadercursus te financieren of de verbetering van een accommodatie. Soms suggereren we twee clubs dat ze misschien beter kunnen fuseren, dat kan toch helpen. Ja, dat kaderprobleem heeft ook wel wat te maken met de grote hoeveelheid allochtonen, of misschien moet je zeggen met de eerste generatie ervan. Die kenden het hele verschijnsel sportclub niet, dat je er niet bent met contributie betalen, maar dat je ook nog als vrijwilliger moet meehelpen, al is het maar door een paar kinderen weg te brengen naar een uitwedstrijd. Maar ja ook onder autochtonen is dat lang niet vanzelfsprekend meer.” Wat moet je daaraan doen? “Dat is lastig, een pasklaar antwoord heb ik ook niet, maar bij VCS worden bijvoorbeeld met de ouders van alle nieuwe jeugdleden gesprekken gevoerd om hen erop te wijzen dat we meer van ze verwachten dan contributie betalen. Na zo’n gesprek is het wat makkelijker om mensen te vragen ergens bij te helpen.”

Terug naar het voetballen zelf en wel het vraagstuk van het te hanteren spelsysteem, dat zeer actueel was op de dag waarop ons gesprek plaatsvond. “De benadering binnen onze club is dat we graag aanvallend voetbal willen spelen en daarom spelen we, als de spelers ervoor beschikbaar zijn, met het 4-3-3 systeem.” Voor de niet ingewijden: dat betekent dat je met 3 aanvallers speelt in plaats van met 2 of 1; de tijd dat er in het stopperspilsysteem met 5 aanvallers werd gespeeld ligt ver achter ons. “Spelplezier is belangrijker dan systemen, maar in een teamsport moet je toch werken met bepaalde afspraken, anders maak je niks klaar en dat is nu eenmaal ook niet bevorderlijk voor het plezier. Het wennen aan zo’n systeem begint al heel vroeg, bij de D-tjes en zelfs een beetje bij de E-tjes.”

Bij de buis ’s avonds bleek dat het 4-3-3 systeem er bij het Nederlands elftal nog niet helemaal goed in zat; of ontbrak het spelplezier? De wedstrijd was niet om aan te zien. Ik ben er wat anders bij gaan doen en het is waar: de stem van de commentator waarschuwt je wel als het tijd is om te kijken. Misschien moet je om nog van voetballen te genieten de luie stoel wel uit. Ga een keer naar de plaatselijke amateurclub, de competitie begint weer op 5 september. Er wordt vaak leuk gespeeld en als het een keer tegenvalt kun je meestal wel lachen om de grappen die langs de lijn worden gemaakt.
© 2004 Frits Hoorweg
powered by CJ2