archiefvorig nr.lopend nr.

Beschouwingen > In de polder delen printen terug
Coalitievorming cruciaal voor klimaatbeleid Paul Bordewijk

2020BS Coalitievorming
Het worden spannende maanden. De kiezersgunst is onzeker, en dat maakt dat elke nieuwe peiling weer op belangstelling kan rekenen. Peilingen proberen een indicatie te geven van de uitslag, maar daarmee ook van welke partijen samen een meerderheid zouden kunnen krijgen en zo een kabinet zouden kunnen vormen. En dat roept dan de vraag op of partijen die samen een kabinet zouden kunnen vormen dat ook zullen willen, en het antwoord op die vraag kan van invloed zijn op je partijkeuze. Wanneer de VVD samenwerking met de PVV uitsluit is dat voor sommigen reden niet op die partij te stemmen, maar voor anderen juist wel. Maar die vraag is toch vooral relevent wanneer er een reële kans is dat VVD en PVV samen in één kabinet vertegenwoordigd zullen zijn.

Op 2 september publiceerde Maurice de Hond de eerste peiling nadat bekend was gemaakt dat Mona Keijzer de premierskandidaat voor de BBB zou worden. Hoewel de BBB erop vooruit ging ten opzichte van de vorige peiling, kwam de BBB niet verder dan de vierde plaats, anders dan bij de laatste Statenverkiezingen.

De drie grootste partijen zouden worden Pieter Omtzigts Nieuw Sociaal Contract met 28 zetels, de VVD met 25 zetels, en GroenLinks/PvdA met 23 zetels. Samen net 76 zetels, precies genoeg voor een meerderheid. BBB zou slechts op 18 zetels komen, en dus niet nodig zijn voor een meerderheid. Om een combinatie van VVD en PVV (15 zetels) aan een meerderheid te helpen zouden die twee partijen er naast de zetels van BBB nog 18 zetels bij moeten sprokkelen, en dat lukt ze bij de huidige verhoudingen niet.

Het kan verkeren, maar voorlopig lijkt de vraag of de VVD wel of niet bereid is met de PVV samen te werken zonder veel praktisch belang, evenals trouwens de vraag of de PVV een kabinet zou willen steunen met een premier met Turkse wortels. Maar het antwoord op die laatste vraag zou wel het stemgedrag kunnen beïnvloeden, en dat is waarschijnlijk ook de reden dat we dat antwoord niet krijgen.

Een meerderheid

Interessanter is de vraag of NSC, VVD en GL/PvdA wanneer zij over een meerderheid in de Tweede Kamer zouden beschikken samen een kabinet zouden willen vormen. Wat zouden zij anders kunnen willen? Een vierde partij erbij maakt het alleen maar ingewikkelder om het eens te worden. Zo’n partij zou dan ook niet nodig zijn om een meerderheid te behalen, wat een onaantrekkelijke positie is. Deelname is voor andere partijen alleen aantrekkelijk wanneer een van de drie grootste partijen al dan niet vrijwillig afhaakt, en wie zou dat kunnen zijn?

Wellicht dat de VVD liever niet met GL/PvdA zou willen regeren, al leert de ervaring dat het electorale risico daarvan voor links veel groter is. Zolang ze wel met NSC willen regeren kunnen ze geen beroep doen op de PVV en zouden ze het kunnen proberen met de BBB. Misschien kan het CDA dan de ontbrekende 5 zetels leveren. Ik ben geen VVD-lid, en kan moeilijk inschatten of dat voor de VVD een aantrekkelijker combinatie is dan met GL/PvdA, gelet op de instabiliteit van een partij waar je het ene moment premierskandidaat bent en het volgende niet meer.

Voor de PvdA is deelname aan een kabinet waarin de partij niet de premier levert electoraal onaantrekkelijk. Dat is keer op keer bewezen, in 1948, in 1967, in 1981, in 1994, in 2010 en vooral in 2017. Dat zal net zo goed gelden voor de combinatie GL/PvdA. Maar het is ook niet aantrekkelijk om met je armen over elkaar de vorming van een rechts kabinet af te wachten. En vanuit de oppositie waren de resultaten ook niet altijd goed, denk aan 1963, 1989 en 2021.

Programma's

Maar de partijen moeten ook letten op de programmatische verschillen. Over verdelingsvraagstukken zal er een afruil met de VVD moeten komen waarbij Omtzigt achterover kan leunen. Pikant is de discussie rond kernenergie, een cruciaal element in het klimaatbeleid. NSC en VVD zijn voor kernenergie, terwijl GL/PvdA vasthoudt aan afwijzing daarvan, al is men over sluiting van Borssele wat genuanceerder dan vroeger.

Zelf denk ik dat kernenergie superieur is aan de weersafhankelijke energie die GL/PvdA wil, vanwege de leveringszekerheid, het gebruik van schaarse delfstoffen, natuurbehoud, de volksgezondheid en de biodiversiteit. Een paar jaar geleden heeft het Planbureau voor de Leefomgeving de kosten van een niet uitgestoten ton CO2 vergeleken voor verschillende technieken, en daar kwam kernenergie heel goed uit.

We zien ook een toenemend draagvlak voor kernenergie. In Engeland is Labour nu voor kernenergie, net als de Groenen in Finland, en in Nederland is D66 om. De Atomausstieg in Duitsland leert wat voor economische en ecologische ravage je krijgt zonder kernenergie. In de Europese Commissie krijgen we nu een klimaatcommissaris die voor kernenergie is.

Ik zou het toejuichen wanneer er een kabinet van GL/PvdA met NSC en VVD zou komen dat inzet op kernenergie. De vraag is hoe Timmermans daarover denkt. Hij heeft zich in het verleden een uiterst wendbaar politicus getoond. Jaren voerde hij oppositie tegen de komst van de JSF, maar toen hij daar als minister van Buitenlandse Zaken over moest beslissen bleek er ineens geen beter toestel op de markt. Misschien gaat het met kernenergie ook wel zo.

Maar voordat dat aan de orde kan komen, moeten eerst de verkiezingen zijn gehouden. In die twee en een halve maand kan er nog veel gebeuren. BBB en NSC kunnen instorten, het CDA kan dan herrijzen. De peiling van Maurice de Hond waarmee ik begon is alweer achterhaald. Spannend zal het blijven.

----------

De matrix is gemaakt door Katharina Kouwenhoven.


© 2023 Paul Bordewijk meer Paul Bordewijk - meer "In de polder" -
Beschouwingen > In de polder
Coalitievorming cruciaal voor klimaatbeleid Paul Bordewijk
2020BS Coalitievorming
Het worden spannende maanden. De kiezersgunst is onzeker, en dat maakt dat elke nieuwe peiling weer op belangstelling kan rekenen. Peilingen proberen een indicatie te geven van de uitslag, maar daarmee ook van welke partijen samen een meerderheid zouden kunnen krijgen en zo een kabinet zouden kunnen vormen. En dat roept dan de vraag op of partijen die samen een kabinet zouden kunnen vormen dat ook zullen willen, en het antwoord op die vraag kan van invloed zijn op je partijkeuze. Wanneer de VVD samenwerking met de PVV uitsluit is dat voor sommigen reden niet op die partij te stemmen, maar voor anderen juist wel. Maar die vraag is toch vooral relevent wanneer er een reële kans is dat VVD en PVV samen in één kabinet vertegenwoordigd zullen zijn.

Op 2 september publiceerde Maurice de Hond de eerste peiling nadat bekend was gemaakt dat Mona Keijzer de premierskandidaat voor de BBB zou worden. Hoewel de BBB erop vooruit ging ten opzichte van de vorige peiling, kwam de BBB niet verder dan de vierde plaats, anders dan bij de laatste Statenverkiezingen.

De drie grootste partijen zouden worden Pieter Omtzigts Nieuw Sociaal Contract met 28 zetels, de VVD met 25 zetels, en GroenLinks/PvdA met 23 zetels. Samen net 76 zetels, precies genoeg voor een meerderheid. BBB zou slechts op 18 zetels komen, en dus niet nodig zijn voor een meerderheid. Om een combinatie van VVD en PVV (15 zetels) aan een meerderheid te helpen zouden die twee partijen er naast de zetels van BBB nog 18 zetels bij moeten sprokkelen, en dat lukt ze bij de huidige verhoudingen niet.

Het kan verkeren, maar voorlopig lijkt de vraag of de VVD wel of niet bereid is met de PVV samen te werken zonder veel praktisch belang, evenals trouwens de vraag of de PVV een kabinet zou willen steunen met een premier met Turkse wortels. Maar het antwoord op die laatste vraag zou wel het stemgedrag kunnen beïnvloeden, en dat is waarschijnlijk ook de reden dat we dat antwoord niet krijgen.

Een meerderheid

Interessanter is de vraag of NSC, VVD en GL/PvdA wanneer zij over een meerderheid in de Tweede Kamer zouden beschikken samen een kabinet zouden willen vormen. Wat zouden zij anders kunnen willen? Een vierde partij erbij maakt het alleen maar ingewikkelder om het eens te worden. Zo’n partij zou dan ook niet nodig zijn om een meerderheid te behalen, wat een onaantrekkelijke positie is. Deelname is voor andere partijen alleen aantrekkelijk wanneer een van de drie grootste partijen al dan niet vrijwillig afhaakt, en wie zou dat kunnen zijn?

Wellicht dat de VVD liever niet met GL/PvdA zou willen regeren, al leert de ervaring dat het electorale risico daarvan voor links veel groter is. Zolang ze wel met NSC willen regeren kunnen ze geen beroep doen op de PVV en zouden ze het kunnen proberen met de BBB. Misschien kan het CDA dan de ontbrekende 5 zetels leveren. Ik ben geen VVD-lid, en kan moeilijk inschatten of dat voor de VVD een aantrekkelijker combinatie is dan met GL/PvdA, gelet op de instabiliteit van een partij waar je het ene moment premierskandidaat bent en het volgende niet meer.

Voor de PvdA is deelname aan een kabinet waarin de partij niet de premier levert electoraal onaantrekkelijk. Dat is keer op keer bewezen, in 1948, in 1967, in 1981, in 1994, in 2010 en vooral in 2017. Dat zal net zo goed gelden voor de combinatie GL/PvdA. Maar het is ook niet aantrekkelijk om met je armen over elkaar de vorming van een rechts kabinet af te wachten. En vanuit de oppositie waren de resultaten ook niet altijd goed, denk aan 1963, 1989 en 2021.

Programma's

Maar de partijen moeten ook letten op de programmatische verschillen. Over verdelingsvraagstukken zal er een afruil met de VVD moeten komen waarbij Omtzigt achterover kan leunen. Pikant is de discussie rond kernenergie, een cruciaal element in het klimaatbeleid. NSC en VVD zijn voor kernenergie, terwijl GL/PvdA vasthoudt aan afwijzing daarvan, al is men over sluiting van Borssele wat genuanceerder dan vroeger.

Zelf denk ik dat kernenergie superieur is aan de weersafhankelijke energie die GL/PvdA wil, vanwege de leveringszekerheid, het gebruik van schaarse delfstoffen, natuurbehoud, de volksgezondheid en de biodiversiteit. Een paar jaar geleden heeft het Planbureau voor de Leefomgeving de kosten van een niet uitgestoten ton CO2 vergeleken voor verschillende technieken, en daar kwam kernenergie heel goed uit.

We zien ook een toenemend draagvlak voor kernenergie. In Engeland is Labour nu voor kernenergie, net als de Groenen in Finland, en in Nederland is D66 om. De Atomausstieg in Duitsland leert wat voor economische en ecologische ravage je krijgt zonder kernenergie. In de Europese Commissie krijgen we nu een klimaatcommissaris die voor kernenergie is.

Ik zou het toejuichen wanneer er een kabinet van GL/PvdA met NSC en VVD zou komen dat inzet op kernenergie. De vraag is hoe Timmermans daarover denkt. Hij heeft zich in het verleden een uiterst wendbaar politicus getoond. Jaren voerde hij oppositie tegen de komst van de JSF, maar toen hij daar als minister van Buitenlandse Zaken over moest beslissen bleek er ineens geen beter toestel op de markt. Misschien gaat het met kernenergie ook wel zo.

Maar voordat dat aan de orde kan komen, moeten eerst de verkiezingen zijn gehouden. In die twee en een halve maand kan er nog veel gebeuren. BBB en NSC kunnen instorten, het CDA kan dan herrijzen. De peiling van Maurice de Hond waarmee ik begon is alweer achterhaald. Spannend zal het blijven.

----------

De matrix is gemaakt door Katharina Kouwenhoven.
© 2023 Paul Bordewijk
powered by CJ2