archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Misdaadboeken delen printen terug
Wil de echte Chandler opstaan Theo Capel

Onlangs hield Michael Connelly een lezing in Amsterdam. Zijn nieuwe Harry Bosch-boek Verloren Licht (De Boekerij, € 17,25) is net verschenen en dat kwam dus mooi uit. De auteur vertelde vooral over zijn politieman die in Lost Light, zoals de oorspronkelijke titel luidt (Warner Books en Orion, € 12,95, importeur Van Ditmar) voor de 8e keer optreedt. Puristen zeggen voor de 9e maal, omdat hij ook een keer verschijnt in een boek waarin een andere held van Connelly de hoofdpersoon is. Uiteraard kwam hij ook met aardige anekdotes over zijn schrijverschap, want het zijn de details die het hem doen zoals hij zelf zei.
Zo hing tot voor kort een reproductie van het rechterdeel van het drieluik De Tuin der Lusten van Jeroen Bosch - de naamgever van zijn hoofdpersoon - boven zijn bureau, maar sinds de geboorte van zijn zoontje heeft hij het vervangen door een afbeelding van het linkerdeel. Van de hel naar het paradijs dus.

Dat geldt niet voor Harry Bosch. Die heeft het in Verloren Licht niet naar zijn zin. Hij is weg bij de politie en heeft moeite om van zijn pensioen te genieten. Als een oude collega die in en door de dienst door een schietpartij verlamd is geraakt, hem belt over een zaak die ze nooit hebben kunnen oplossen, pakt Harry zijn stiel als speurder weer op. En als hij dat doet, dan laat hij niet meer los. Harry is een doorbijter, zo heeft zijn maker hem bedacht.

Connelly vertelde hoe hij door het lezen van Raymond Chandler tot het schrijven van misdaadromans is gekomen. Tegen de zin van thuis stopte hij met een studie bouwkunde en werd vervolgens eerst misdaadjournalist, voordat hij zich ten slotte aan zijn politieromans zette. Chandler is vooral beroemd om zijn stijl van schrijven, waarbij het ene treffende beeld op het andere volgt. Connelly is echter als auteur veel meer de journalist gebleven die een feitelijke beschrijving geeft die soms in een opsomming van details dreigt vast te lopen. Schrijven mag dan van details aan elkaar hangen, maar niet elk detail is altijd de moeite waard. Het in detail beschrijven van de jazznummers waarnaar Bosch luistert, is voor de één interessanter dan voor de ander. Voor de vertaalster bracht het nog het probleem met zich mee dat zij nu Art Pepper als klarinettist neerzet, terwijl deze altsaxofonist hoogstens incidenteel een klarinetpartij voor zijn rekening nam. Verder geen kwaad woord over de vertaling.

Los Angeles is het werkterrein van Bosch en dan kan het bijna niet anders of de filmwereld speelt een rol in het verhaal. Ligt hier de sleutel voor de onopgeloste moord en waarom vindt Harry dan zulke tegenwerking van het politiekorps dat hij jaren trouw heeft gediend? Uiteindelijk leidt Connelly de lezer via behendige wendingen in de intrige naar het echte motief en dan heeft hij nog een kleine verrassing voor de fan van Bosch en voor Bosch zelf in petto. Alhoewel, je zal het maar een kleine verrassing noemen.

Robert Ferrigno heeft ook Los Angeles als locatie gekozen voor zijn nieuwe thriller Scavenger Hunt. (Arrow, € 21,50, importeur Van Ditmar). Bij Connelly heeft het politiekorps een groter aandeel in het verhaal dan de filmwereld. Bij Ferrigno komt ook politie voor, tot en met de vriendin van de hoofdpersoon, maar speelt juist de filmwereld een overheersende rol. Zijn hoofdpersoon is journalist bij een roddelblad dat veel over de sterren van Hollywood publiceert, maar het liefst zijn eigen nieuws maakt. Zo is de foto op de omslag van het nieuwste nummer, waarop je twee mannen en twee vrouwen, waaronder de journalist zelf, onder de grote HOLLYWOOD-letters in de heuvels in hun blootje ziet, het resultaat van een soort puzzelrit die het blad organiseerde. De titel van het boek verwijst naar dit spelletje. Een van de opdrachten was het bemachtigen van een Oscar en die jacht vormt de echte start van het verhaal. Maar daaraan voorafgaand heeft de lezer via een proloog een kijkje gekregen op een opgewekte moordenaar die al dansend door de kamer een stevige dame uit het raam werpt. Je leest niet zo vaak over defenestratie en ook verder in het verhaal gebeuren de eigenaardigste dingen. Zo wordt de journalist bijna doodgegooid met een basketbal. Het onverwachte, absurde en groteske is het handelsmerk van Ferrigno. Jammer genoeg worden zijn boeken niet meer in het Nederlands vertaald. In eigen land kan hij nog niet bogen op bewondering van zowel oud-president Clinton als president Bush, zoals Connelly. Maar net als zijn collega ziet men hem wel als een belangwekkende misdaadschrijver.

Jimmy Cage, zoals de journalist heet, lukt het om een Oscar te pakken te krijgen en daarmee wordt het groepje winnaar van de jacht. Maar voor Jimmy is het verhaal van de eigenaar van de Oscar veel interessanter. De man is een regisseur die jarenlang heeft vastgezeten voor een in een roes van dope en drank gepleegde moord op een tienermeisje Hij beweert dat hij zelf ook geslachtofferd is en onschuldig is veroordeeld. De wereld zal opkijken van het echte verhaal waarmee hij zijn comeback wil maken. Niet veel later wordt hij dood aangetroffen in zijn eigen karpervijver, aangevreten door de vissen. De journalist ziet er moord in en een primeur eerste klasse en bijt zich erin vast.
Ferrigno houdt niet van een recht toe rechtaan verhaal en veroorlooft zich aangename zijpaden, waarin hij ook kan laten zien dat Jimmy niet alleen maar een niets onziende nieuwsjager is, maar ook een sympathieke man die er iets op tegen heeft dat de ene mens de andere misbruikt. Slechte mensen moeten hun trekken thuis krijgen. Dat geldt ook voor de moordenaar uit het begin van het verhaal en daarvoor heeft Ferrigno aan het eind een bizar, maar fraai tweegevecht bedacht. In die scéne laat de auteur nog eens zien, zoals hij in diverse vraaggesprekken liet weten, dat hij er moeite mee had een echte ellendeling van de moordenaar te maken.

Ferrigno’s grootste plezier als schrijver lijkt erin te zitten om kleurrijke types te bedenken. Ook hij houdt van een mooi detail. Zo heeft de vriendin van de journalist, een eeltplekje op haar heup door het schuren van haar dienstwapen. Hij weet waar het zit en waarvan het komt.

Het zou te ver gaan om aan de hand van hun hoofdpersonen Connelly de verbalisant onder de misdaadschrijvers te noemen en Ferrigno de man met het gouden pennetje. Maar als je niet zou weten wie door Chandler is geïnspireerd, zou ik onmiddellijk mijn geld op Ferrigno zetten. Beide auteurs hebben een eigen website voor wie meer wil weten en vergelijken (www.michaelconnelly.com en www.robertferrigno.com).

© 2004 Theo Capel meer Theo Capel - meer "Misdaadboeken"
Vermaak en Genot > Misdaadboeken
Wil de echte Chandler opstaan Theo Capel
Onlangs hield Michael Connelly een lezing in Amsterdam. Zijn nieuwe Harry Bosch-boek Verloren Licht (De Boekerij, € 17,25) is net verschenen en dat kwam dus mooi uit. De auteur vertelde vooral over zijn politieman die in Lost Light, zoals de oorspronkelijke titel luidt (Warner Books en Orion, € 12,95, importeur Van Ditmar) voor de 8e keer optreedt. Puristen zeggen voor de 9e maal, omdat hij ook een keer verschijnt in een boek waarin een andere held van Connelly de hoofdpersoon is. Uiteraard kwam hij ook met aardige anekdotes over zijn schrijverschap, want het zijn de details die het hem doen zoals hij zelf zei.
Zo hing tot voor kort een reproductie van het rechterdeel van het drieluik De Tuin der Lusten van Jeroen Bosch - de naamgever van zijn hoofdpersoon - boven zijn bureau, maar sinds de geboorte van zijn zoontje heeft hij het vervangen door een afbeelding van het linkerdeel. Van de hel naar het paradijs dus.

Dat geldt niet voor Harry Bosch. Die heeft het in Verloren Licht niet naar zijn zin. Hij is weg bij de politie en heeft moeite om van zijn pensioen te genieten. Als een oude collega die in en door de dienst door een schietpartij verlamd is geraakt, hem belt over een zaak die ze nooit hebben kunnen oplossen, pakt Harry zijn stiel als speurder weer op. En als hij dat doet, dan laat hij niet meer los. Harry is een doorbijter, zo heeft zijn maker hem bedacht.

Connelly vertelde hoe hij door het lezen van Raymond Chandler tot het schrijven van misdaadromans is gekomen. Tegen de zin van thuis stopte hij met een studie bouwkunde en werd vervolgens eerst misdaadjournalist, voordat hij zich ten slotte aan zijn politieromans zette. Chandler is vooral beroemd om zijn stijl van schrijven, waarbij het ene treffende beeld op het andere volgt. Connelly is echter als auteur veel meer de journalist gebleven die een feitelijke beschrijving geeft die soms in een opsomming van details dreigt vast te lopen. Schrijven mag dan van details aan elkaar hangen, maar niet elk detail is altijd de moeite waard. Het in detail beschrijven van de jazznummers waarnaar Bosch luistert, is voor de één interessanter dan voor de ander. Voor de vertaalster bracht het nog het probleem met zich mee dat zij nu Art Pepper als klarinettist neerzet, terwijl deze altsaxofonist hoogstens incidenteel een klarinetpartij voor zijn rekening nam. Verder geen kwaad woord over de vertaling.

Los Angeles is het werkterrein van Bosch en dan kan het bijna niet anders of de filmwereld speelt een rol in het verhaal. Ligt hier de sleutel voor de onopgeloste moord en waarom vindt Harry dan zulke tegenwerking van het politiekorps dat hij jaren trouw heeft gediend? Uiteindelijk leidt Connelly de lezer via behendige wendingen in de intrige naar het echte motief en dan heeft hij nog een kleine verrassing voor de fan van Bosch en voor Bosch zelf in petto. Alhoewel, je zal het maar een kleine verrassing noemen.

Robert Ferrigno heeft ook Los Angeles als locatie gekozen voor zijn nieuwe thriller Scavenger Hunt. (Arrow, € 21,50, importeur Van Ditmar). Bij Connelly heeft het politiekorps een groter aandeel in het verhaal dan de filmwereld. Bij Ferrigno komt ook politie voor, tot en met de vriendin van de hoofdpersoon, maar speelt juist de filmwereld een overheersende rol. Zijn hoofdpersoon is journalist bij een roddelblad dat veel over de sterren van Hollywood publiceert, maar het liefst zijn eigen nieuws maakt. Zo is de foto op de omslag van het nieuwste nummer, waarop je twee mannen en twee vrouwen, waaronder de journalist zelf, onder de grote HOLLYWOOD-letters in de heuvels in hun blootje ziet, het resultaat van een soort puzzelrit die het blad organiseerde. De titel van het boek verwijst naar dit spelletje. Een van de opdrachten was het bemachtigen van een Oscar en die jacht vormt de echte start van het verhaal. Maar daaraan voorafgaand heeft de lezer via een proloog een kijkje gekregen op een opgewekte moordenaar die al dansend door de kamer een stevige dame uit het raam werpt. Je leest niet zo vaak over defenestratie en ook verder in het verhaal gebeuren de eigenaardigste dingen. Zo wordt de journalist bijna doodgegooid met een basketbal. Het onverwachte, absurde en groteske is het handelsmerk van Ferrigno. Jammer genoeg worden zijn boeken niet meer in het Nederlands vertaald. In eigen land kan hij nog niet bogen op bewondering van zowel oud-president Clinton als president Bush, zoals Connelly. Maar net als zijn collega ziet men hem wel als een belangwekkende misdaadschrijver.

Jimmy Cage, zoals de journalist heet, lukt het om een Oscar te pakken te krijgen en daarmee wordt het groepje winnaar van de jacht. Maar voor Jimmy is het verhaal van de eigenaar van de Oscar veel interessanter. De man is een regisseur die jarenlang heeft vastgezeten voor een in een roes van dope en drank gepleegde moord op een tienermeisje Hij beweert dat hij zelf ook geslachtofferd is en onschuldig is veroordeeld. De wereld zal opkijken van het echte verhaal waarmee hij zijn comeback wil maken. Niet veel later wordt hij dood aangetroffen in zijn eigen karpervijver, aangevreten door de vissen. De journalist ziet er moord in en een primeur eerste klasse en bijt zich erin vast.
Ferrigno houdt niet van een recht toe rechtaan verhaal en veroorlooft zich aangename zijpaden, waarin hij ook kan laten zien dat Jimmy niet alleen maar een niets onziende nieuwsjager is, maar ook een sympathieke man die er iets op tegen heeft dat de ene mens de andere misbruikt. Slechte mensen moeten hun trekken thuis krijgen. Dat geldt ook voor de moordenaar uit het begin van het verhaal en daarvoor heeft Ferrigno aan het eind een bizar, maar fraai tweegevecht bedacht. In die scéne laat de auteur nog eens zien, zoals hij in diverse vraaggesprekken liet weten, dat hij er moeite mee had een echte ellendeling van de moordenaar te maken.

Ferrigno’s grootste plezier als schrijver lijkt erin te zitten om kleurrijke types te bedenken. Ook hij houdt van een mooi detail. Zo heeft de vriendin van de journalist, een eeltplekje op haar heup door het schuren van haar dienstwapen. Hij weet waar het zit en waarvan het komt.

Het zou te ver gaan om aan de hand van hun hoofdpersonen Connelly de verbalisant onder de misdaadschrijvers te noemen en Ferrigno de man met het gouden pennetje. Maar als je niet zou weten wie door Chandler is geïnspireerd, zou ik onmiddellijk mijn geld op Ferrigno zetten. Beide auteurs hebben een eigen website voor wie meer wil weten en vergelijken (www.michaelconnelly.com en www.robertferrigno.com).
© 2004 Theo Capel
powered by CJ2