archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Supernova Jan Willem Minderhout

1907VG Nova
28 September 2030.

Op zaterdagavond, 28 september 2030, omstreeks 23 uur tijdens nieuwe maan, merkte een jonge Franse onderzoeker, Jean Pascal, die werkte in het laboratorium van de KM3 kosmische neutrino detector iets ongewoons op de schermen die de neutrino activiteit aangaven. De detector bevond zich diep onder het oppervlak van de Middellandse zee voor de kust van Frankrijk en de gemeten flux steeg enorm. De meters gaven waarden aan die eigenlijk niet konden.

Na alle instrumenten goed gecontroleerd te hebben belde hij, om 23 uur, zijn chef, ingenieur Borelli, die op dat moment samen met zijn vriendin vanuit zijn strandstoel, genoot van de heldere mediterrane hemelkoepel. Een koepel waaraan de dubbelster IK Pegasi* culmineerde**. Borelli hoorde de jonge man aan en droeg hem op om zijn waarnemingen overnieuw te controleren. Als ze juist waren dan lag de Nobelprijs voor hem in het verschiet. “Hij zou dan wel te kort leven om deze in ontvangst te kunnen nemen”, voegde hij er aan toe. Hij tikte de uitknop van zijn toestel aan en keek vervolgens weer naar de mooie vrouw in de stoel naast hem. Het sterrenlicht weerkaatste in haar ogen zodat het leek of er twee supernova’s flonkerden.

Jean Pascal, een gedreven onderzoeker zocht nadere informatie en belde naar het Molibdenium Observatory Of Neutrino’s (MOON), waar hij eerder stage gelopen had. Het observatorium bevond zich in Washington State, USA. De wetenschapper van dienst schrok wakker uit een dutje na een late lunch. Hij was niet erg in de stemming maar ging toch naar de controlekamer waar de metingen afleesbaar waren. Zijn adem stokte. Wat was hier aan de hand? Ufo’s, iets met de Zon? Alle meters gaven waarden aan die niet te verklaren waren. Na de staf gewaarschuwd te hebben, benaderde hij de bedieningskamer van een derde neutrino telescoop die metingen verrichtte vanuit de Creighton mijn in Ontario met de Sudbury Neutrino Observatory detector (SNO).

Code rood

De onderzoekers daar verkeerden al in een hoge staat van opwinding. Ze hadden net de code rood ingesteld. Hun meters liepen haast uit de schalen terwijl er ook een bericht van NASA binnengekomen was dat er iets vreemds aan de hand was met de gamma detector op het bemande Mars Desert Research Station ( MDRS) op de rode planeet. Ook meldde de NASA dat het International X-ray Observatory (IXO) aan boord van een satelliet hoge fluxwaarden aan gaf.

Vervolgens begonnen op Sudbury de meetinstrumenten één voor één uit te vallen door overbelasting. De hele staf werd opgetrommeld om de meet-opstellingen weer in werking te krijgen. Hiermee stopte men na enige tijd. Overschakelen op hogere meetbereiken, door grepen uit de elektronische trukendozen, werkte niet. Er was iets aan de hand wat het verifiëren van hun ingrepen onmogelijk maakte. Wat te doen, was nu de vraag. Inkomende neutrino’s*** waren immers nog nooit in zulke grote aantallen gemeten. De haast ongrijpbare pakketjes energie waren nog niet zo erg bekend. Pakketjes die met bijna de snelheid van het licht uit bepaalde bronnen in het heelal komen en overal doorheen suizen. Zelfs door de aardbol.

Er werd een melding van de bevindingen gemaakt en doorgestuurd naar de Earth United Space Authority (EUSA). Een organisatie die alle bedreigingen voor de Aarde verzamelde en inventariseerde. Alle typen telescopen waarover men beschikte richtten zich naar de hemelkoepel. De sterrenkijkers, die van het 'zichtbaar licht' gebruik maakten, namen niets afwijkends waar.

Plots kwam er een melding van SNEWS (Super Nova Early Warning System) dat de ESA ruimtetelescoop INTEGRAL, die nog steeds werkzaam was, verhoogde harde X-straling en verhoogde gamma-activiteit waarnam met de IBIS detector. Straling die duidde op een NOVA explosie en zich bevond op een plaats in het spectrum van de Electro Magnetische Straling (EMS) met een golflengte die niet door de atmosfeer van de Aarde dringt. Die de Aarde dus niet kon bereiken en alleen detecteerbaar was met een ruimtetelescoop voorzien van de juiste meetinstrumenten. Dit was voldoende om wereldwijd de vele mannen en vrouwen, gespecialiseerde wetenschappers, tot nog meer inspanningen te dwingen op deze zaterdag.

Professor Malik, de directeur van het SNEWS project, vroeg dringend of er al waarnemingen waren in het zichtbare licht, want hij vermoedde dat er sprake zou kunnen zijn van een supernova explosie op minder dan 150 lichtjaar van de Aarde. Een vermoeden dat verifieerbaar zou moeten zijn omdat de potentiële bronnen voor deze explosies in de buurt van de Aarde bekend waren en scherp in de gaten gehouden werden.

Betelgeuze, verder weg maar de belangrijkste kandidaat om zich tot supernova te ontwikkelen, kon het niet zijn. Welke ster was het dan wel. INTEGRAL leverde weer het antwoord. De Optical Monitor (OMC) zag een indicatie van zichtbaar licht in de richting van het sterrenbeeld Pegasus wat later bevestigd werd door de oude Spitzer telescoop die in het infrarood waarnam. Dit kon niet anders betekenen dan dat het de ster IK Pegasi B* moest zijn die tot ontploffing gekomen was. Inderdaad, na enkele uren was de lichtkracht van de ster zodanig toegenomen dat ook de telescopen dit hemellichaam in het zichtbaar licht waarnamen. Ze zagen de ster, die ze kenden als potentiële supernova, zodanig in lichtkracht toenemen dat ze haar als supernova begonnen waar te nemen. Op dat moment raakte de meter voor gammastraling aan boord van INTEGRAL overbelast.

Het nieuws verspreidde zich met de snelheid van een prairiebrand over de Aarde. Opwinding maakte zich meester van de mensheid gevoed door gebrekkige informatie, die geleverd werd door televisie-deskundigen die altijd op afroep beschikbaar zijn.

De geleerden haastten zich te verklaren dat deze kosmische ontploffing geen gevaar opleverde voor het leven op Aarde. De politici kostte het, zoals gewoonlijk, geen moeite om zich deze conclusie toe te eigenen. De mensheid kon rustig gaan slapen.

*   IK Pegasi B: maakt deel uit van een dubbelstersysteem. IK Pegasi en IK Pegasi B . Hij bevindt zich op ongeveer 150 lichtjaar vanaf de Aarde. De witte dwerg, IK Pegasi B., staat op korte afstand, minder dan de afstand Zon- Mercurius, van de hoofdster IK Pegasi af. Als de hoofdster op het eind van zijn bestaan komt zwelt deze op en komt de witte dwerg op een zodanige afstand te liggen dat materie overgaat van de ster naar de witte dwerg. Dit proces gaat door tot de witte dwerg ontploft en er een supernova van het type 1a af gaat.

** Culmineren: Het moment dat een hemellichaam door het hoogste punt, de plaatselijke meridiaan, aan de hemelkoepel gaat.

***Neutrino: Moeilijk detecteerbaar deeltje, zonder elektrische lading, kleiner dan een atoom wat een snelheid heeft die de lichtsnelheid benadert. Door het ontbreken van elektrische lading ondervindt het geen energieverlies bij zijn reis door de ruimte.

----------

Het plaatje van Petra Busstra portretteert een deel van de KM3 kosmische neutrino detector op de Middellandse Zee bodem.
Meer informatie: www.petrabusstra.com




© 2022 Jan Willem Minderhout meer Jan Willem Minderhout - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Supernova Jan Willem Minderhout
1907VG Nova
28 September 2030.

Op zaterdagavond, 28 september 2030, omstreeks 23 uur tijdens nieuwe maan, merkte een jonge Franse onderzoeker, Jean Pascal, die werkte in het laboratorium van de KM3 kosmische neutrino detector iets ongewoons op de schermen die de neutrino activiteit aangaven. De detector bevond zich diep onder het oppervlak van de Middellandse zee voor de kust van Frankrijk en de gemeten flux steeg enorm. De meters gaven waarden aan die eigenlijk niet konden.

Na alle instrumenten goed gecontroleerd te hebben belde hij, om 23 uur, zijn chef, ingenieur Borelli, die op dat moment samen met zijn vriendin vanuit zijn strandstoel, genoot van de heldere mediterrane hemelkoepel. Een koepel waaraan de dubbelster IK Pegasi* culmineerde**. Borelli hoorde de jonge man aan en droeg hem op om zijn waarnemingen overnieuw te controleren. Als ze juist waren dan lag de Nobelprijs voor hem in het verschiet. “Hij zou dan wel te kort leven om deze in ontvangst te kunnen nemen”, voegde hij er aan toe. Hij tikte de uitknop van zijn toestel aan en keek vervolgens weer naar de mooie vrouw in de stoel naast hem. Het sterrenlicht weerkaatste in haar ogen zodat het leek of er twee supernova’s flonkerden.

Jean Pascal, een gedreven onderzoeker zocht nadere informatie en belde naar het Molibdenium Observatory Of Neutrino’s (MOON), waar hij eerder stage gelopen had. Het observatorium bevond zich in Washington State, USA. De wetenschapper van dienst schrok wakker uit een dutje na een late lunch. Hij was niet erg in de stemming maar ging toch naar de controlekamer waar de metingen afleesbaar waren. Zijn adem stokte. Wat was hier aan de hand? Ufo’s, iets met de Zon? Alle meters gaven waarden aan die niet te verklaren waren. Na de staf gewaarschuwd te hebben, benaderde hij de bedieningskamer van een derde neutrino telescoop die metingen verrichtte vanuit de Creighton mijn in Ontario met de Sudbury Neutrino Observatory detector (SNO).

Code rood

De onderzoekers daar verkeerden al in een hoge staat van opwinding. Ze hadden net de code rood ingesteld. Hun meters liepen haast uit de schalen terwijl er ook een bericht van NASA binnengekomen was dat er iets vreemds aan de hand was met de gamma detector op het bemande Mars Desert Research Station ( MDRS) op de rode planeet. Ook meldde de NASA dat het International X-ray Observatory (IXO) aan boord van een satelliet hoge fluxwaarden aan gaf.

Vervolgens begonnen op Sudbury de meetinstrumenten één voor één uit te vallen door overbelasting. De hele staf werd opgetrommeld om de meet-opstellingen weer in werking te krijgen. Hiermee stopte men na enige tijd. Overschakelen op hogere meetbereiken, door grepen uit de elektronische trukendozen, werkte niet. Er was iets aan de hand wat het verifiëren van hun ingrepen onmogelijk maakte. Wat te doen, was nu de vraag. Inkomende neutrino’s*** waren immers nog nooit in zulke grote aantallen gemeten. De haast ongrijpbare pakketjes energie waren nog niet zo erg bekend. Pakketjes die met bijna de snelheid van het licht uit bepaalde bronnen in het heelal komen en overal doorheen suizen. Zelfs door de aardbol.

Er werd een melding van de bevindingen gemaakt en doorgestuurd naar de Earth United Space Authority (EUSA). Een organisatie die alle bedreigingen voor de Aarde verzamelde en inventariseerde. Alle typen telescopen waarover men beschikte richtten zich naar de hemelkoepel. De sterrenkijkers, die van het 'zichtbaar licht' gebruik maakten, namen niets afwijkends waar.

Plots kwam er een melding van SNEWS (Super Nova Early Warning System) dat de ESA ruimtetelescoop INTEGRAL, die nog steeds werkzaam was, verhoogde harde X-straling en verhoogde gamma-activiteit waarnam met de IBIS detector. Straling die duidde op een NOVA explosie en zich bevond op een plaats in het spectrum van de Electro Magnetische Straling (EMS) met een golflengte die niet door de atmosfeer van de Aarde dringt. Die de Aarde dus niet kon bereiken en alleen detecteerbaar was met een ruimtetelescoop voorzien van de juiste meetinstrumenten. Dit was voldoende om wereldwijd de vele mannen en vrouwen, gespecialiseerde wetenschappers, tot nog meer inspanningen te dwingen op deze zaterdag.

Professor Malik, de directeur van het SNEWS project, vroeg dringend of er al waarnemingen waren in het zichtbare licht, want hij vermoedde dat er sprake zou kunnen zijn van een supernova explosie op minder dan 150 lichtjaar van de Aarde. Een vermoeden dat verifieerbaar zou moeten zijn omdat de potentiële bronnen voor deze explosies in de buurt van de Aarde bekend waren en scherp in de gaten gehouden werden.

Betelgeuze, verder weg maar de belangrijkste kandidaat om zich tot supernova te ontwikkelen, kon het niet zijn. Welke ster was het dan wel. INTEGRAL leverde weer het antwoord. De Optical Monitor (OMC) zag een indicatie van zichtbaar licht in de richting van het sterrenbeeld Pegasus wat later bevestigd werd door de oude Spitzer telescoop die in het infrarood waarnam. Dit kon niet anders betekenen dan dat het de ster IK Pegasi B* moest zijn die tot ontploffing gekomen was. Inderdaad, na enkele uren was de lichtkracht van de ster zodanig toegenomen dat ook de telescopen dit hemellichaam in het zichtbaar licht waarnamen. Ze zagen de ster, die ze kenden als potentiële supernova, zodanig in lichtkracht toenemen dat ze haar als supernova begonnen waar te nemen. Op dat moment raakte de meter voor gammastraling aan boord van INTEGRAL overbelast.

Het nieuws verspreidde zich met de snelheid van een prairiebrand over de Aarde. Opwinding maakte zich meester van de mensheid gevoed door gebrekkige informatie, die geleverd werd door televisie-deskundigen die altijd op afroep beschikbaar zijn.

De geleerden haastten zich te verklaren dat deze kosmische ontploffing geen gevaar opleverde voor het leven op Aarde. De politici kostte het, zoals gewoonlijk, geen moeite om zich deze conclusie toe te eigenen. De mensheid kon rustig gaan slapen.

*   IK Pegasi B: maakt deel uit van een dubbelstersysteem. IK Pegasi en IK Pegasi B . Hij bevindt zich op ongeveer 150 lichtjaar vanaf de Aarde. De witte dwerg, IK Pegasi B., staat op korte afstand, minder dan de afstand Zon- Mercurius, van de hoofdster IK Pegasi af. Als de hoofdster op het eind van zijn bestaan komt zwelt deze op en komt de witte dwerg op een zodanige afstand te liggen dat materie overgaat van de ster naar de witte dwerg. Dit proces gaat door tot de witte dwerg ontploft en er een supernova van het type 1a af gaat.

** Culmineren: Het moment dat een hemellichaam door het hoogste punt, de plaatselijke meridiaan, aan de hemelkoepel gaat.

***Neutrino: Moeilijk detecteerbaar deeltje, zonder elektrische lading, kleiner dan een atoom wat een snelheid heeft die de lichtsnelheid benadert. Door het ontbreken van elektrische lading ondervindt het geen energieverlies bij zijn reis door de ruimte.

----------

Het plaatje van Petra Busstra portretteert een deel van de KM3 kosmische neutrino detector op de Middellandse Zee bodem.
Meer informatie: www.petrabusstra.com


© 2022 Jan Willem Minderhout
powered by CJ2