archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Ian Mortimer over 'Medieval England' Arie de Jong

1602VG Barretijd1In het voorjaar gingen mijn vrouw en ik op vakantie naar Engeland. In die vakantie verbleven we anderhalve week aan een prachtig meer, onderdeel van de Titchmarsh Nature Reserve, in Northamptonshire. Elke dag kwamen een aantal leden van een vereniging vissen in dat meer. Ik kwam er niet om te vissen, maar vond het wel leuk om rond het meer te wandelen, wat in drie kwartier kon.

Op een kwartier rijden lag Kettering, een stadje met een bescheiden stadsmuseum en een weinig indrukwekkende Art Gallery, verder is er een aardige hoofdstraat met deels verloederde zijstraten. Helaas zie je zulke verloederde winkelstraten in veel Engelse steden. Dat komt door de gesel van de grote blokkendozen aan de rand van elke stad, met Tesco, Asda en andere grote winkels en veel parkeerruimte eromheen; aangevuld met de malls in de grotere steden. Ook in de hoofdstraat van Kettering konden niet alle winkels het bolwerken tegen de grootschaligheid aan de stadsrand.

Daarom werden leegstaande winkelruimten verhuurd aan goede doelen-instellingen die tweedehands goederen aan de man brengen: de kringloopwinkels van Engeland. Een beetje stad heeft zulke charity shops voor de Kankerstichting, de Hartstichting, het Leger des Heils, noem maar op. Met Oxfam ging het overal slecht, de meesten waren dicht, ik vermoed omdat vrijwilligers het massaal hebben laten afweten na de seksschandalen.
Mijn vrouw is dol op die charity shops en snuffelt graag in de boeken (die je voor een pond kunt krijgen) of de keramiek (die je voor enkele ponden op de kop kunt tikken). Ik vind er niets aan en wandel dan maar een beetje rond.

Gelukkig was er midden in de hoofdstraat nog een filiaal van Waterstones gevestigd, een kwalitatief goede boekwinkel. Ik snuffelde daar rond en kocht een boek van Ian Mortimer over het leven in het veertiende eeuwse Engeland. Tegenover de boekwinkel kon ik op een bankje in de zon zitten en daar begon ik gelijk te lezen in mijn jongste aankoop.
Dat boek heeft een enorme indruk op mij gemaakt. Goed schrijvend neemt Ian Mortimer je mee in het leven van de veertiende eeuw, een zeer interessant tijdperk. Dat hadden Johan Huizinga (‘Herfsttij der Middeleeuwen’, net weer een rijk geïllustreerde uitgave verschenen) en Barbara Tuchman (‘A distant mirror’, vertaald als ‘De waanzinnige 14de eeuw’) ook al aangetoond1602VG Barretijd2 in magistrale boeken, maar ik kan er geen genoeg van krijgen.

Terwijl de inhoud van het boek me enorm interesseert maakt die me ook intens triest. Eigenlijk kun je je er bijna geen voorstelling van maken hoe erg het leven in de veertiende eeuw was, in vergelijking met nu. In de steden leefden de meeste mensen in erbarmelijke omstandigheden: slechte behuizing, met veel mensen in elke ruimte, weinig gevarieerd eten, soms was er veel te weinig te eten, een smeerboel met afval, allerlei ziektes, soms epidemieën, zoals een verzengende pestepidemie. Veel mensen konden niet lezen of schrijven en werden door de kerk voor het lapje gehouden. Een primitief rechtssysteem, uitbuiting, ga maar door. Zwangerschap was als Russische roulette: gemiddeld stierf één op de acht vrouwen bij het baren van de vele kinderen. Er was hoge kindersterfte, mensen werden niet oud. Op het platteland was horigheid, in feite een vorm van slavernij.

Wat maakt het boek zo indringend, en tegelijkertijd zo interessant, soms zelfs leuk? Ian Mortimer behandelt allerlei aspecten van het leven. Een hoofdstuk gaat over wat de mensen aten. Een ander hoofdstuk over hoe ze zich amuseerden. Weer een ander hoofdstuk hoe ze gekleed gingen. Enzovoort, en alles wat daarbij komt kijken. Voor zover mogelijk geeft hij cijfers, of bijvoorbeeld een lijst van straffen in geval van een bepaald vergrijp. En je komt allerlei zaken te weten waardoor je je afvraagt of mensen wel gelukkig konden zijn in zo’n samenleving. Zo was aan het begin van de 14de eeuw de taal van de adel, maar ook van de rechtbanken, van de elite, Frans. In de 11de eeuw was Engeland nu eenmaal veroverd door de Normandiërs en lange tijd was het grootste deel van de bovenlaag afkomstig uit Frankrijk.

Aan het einde van de 14de eeuw was dat veranderd, de Engelse taal werd gangbaar, niet alleen voor het gepeupel, maar als norm. Wie tot de galg werd veroordeeld door een brood te stelen, kon de rechter verstaan die het vonnis velde.
Waar ik ook geen idee van had, was de krankzinnigheid van de riddertoernooien. Daarbij vielen doden, let wel, voor een spel, en soms veel doden. Misplaatste ridderlijkheid, zeg je vanuit je gemakkelijke stoel in de 21ste eeuw, maar in de 14de eeuw onderdeel van de cultuur van de elite.

-----
Het plaatje is van Katharina Kouwenhoven


© 2018 Arie de Jong meer Arie de Jong - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Ian Mortimer over 'Medieval England' Arie de Jong
1602VG Barretijd1In het voorjaar gingen mijn vrouw en ik op vakantie naar Engeland. In die vakantie verbleven we anderhalve week aan een prachtig meer, onderdeel van de Titchmarsh Nature Reserve, in Northamptonshire. Elke dag kwamen een aantal leden van een vereniging vissen in dat meer. Ik kwam er niet om te vissen, maar vond het wel leuk om rond het meer te wandelen, wat in drie kwartier kon.

Op een kwartier rijden lag Kettering, een stadje met een bescheiden stadsmuseum en een weinig indrukwekkende Art Gallery, verder is er een aardige hoofdstraat met deels verloederde zijstraten. Helaas zie je zulke verloederde winkelstraten in veel Engelse steden. Dat komt door de gesel van de grote blokkendozen aan de rand van elke stad, met Tesco, Asda en andere grote winkels en veel parkeerruimte eromheen; aangevuld met de malls in de grotere steden. Ook in de hoofdstraat van Kettering konden niet alle winkels het bolwerken tegen de grootschaligheid aan de stadsrand.

Daarom werden leegstaande winkelruimten verhuurd aan goede doelen-instellingen die tweedehands goederen aan de man brengen: de kringloopwinkels van Engeland. Een beetje stad heeft zulke charity shops voor de Kankerstichting, de Hartstichting, het Leger des Heils, noem maar op. Met Oxfam ging het overal slecht, de meesten waren dicht, ik vermoed omdat vrijwilligers het massaal hebben laten afweten na de seksschandalen.
Mijn vrouw is dol op die charity shops en snuffelt graag in de boeken (die je voor een pond kunt krijgen) of de keramiek (die je voor enkele ponden op de kop kunt tikken). Ik vind er niets aan en wandel dan maar een beetje rond.

Gelukkig was er midden in de hoofdstraat nog een filiaal van Waterstones gevestigd, een kwalitatief goede boekwinkel. Ik snuffelde daar rond en kocht een boek van Ian Mortimer over het leven in het veertiende eeuwse Engeland. Tegenover de boekwinkel kon ik op een bankje in de zon zitten en daar begon ik gelijk te lezen in mijn jongste aankoop.
Dat boek heeft een enorme indruk op mij gemaakt. Goed schrijvend neemt Ian Mortimer je mee in het leven van de veertiende eeuw, een zeer interessant tijdperk. Dat hadden Johan Huizinga (‘Herfsttij der Middeleeuwen’, net weer een rijk geïllustreerde uitgave verschenen) en Barbara Tuchman (‘A distant mirror’, vertaald als ‘De waanzinnige 14de eeuw’) ook al aangetoond1602VG Barretijd2 in magistrale boeken, maar ik kan er geen genoeg van krijgen.

Terwijl de inhoud van het boek me enorm interesseert maakt die me ook intens triest. Eigenlijk kun je je er bijna geen voorstelling van maken hoe erg het leven in de veertiende eeuw was, in vergelijking met nu. In de steden leefden de meeste mensen in erbarmelijke omstandigheden: slechte behuizing, met veel mensen in elke ruimte, weinig gevarieerd eten, soms was er veel te weinig te eten, een smeerboel met afval, allerlei ziektes, soms epidemieën, zoals een verzengende pestepidemie. Veel mensen konden niet lezen of schrijven en werden door de kerk voor het lapje gehouden. Een primitief rechtssysteem, uitbuiting, ga maar door. Zwangerschap was als Russische roulette: gemiddeld stierf één op de acht vrouwen bij het baren van de vele kinderen. Er was hoge kindersterfte, mensen werden niet oud. Op het platteland was horigheid, in feite een vorm van slavernij.

Wat maakt het boek zo indringend, en tegelijkertijd zo interessant, soms zelfs leuk? Ian Mortimer behandelt allerlei aspecten van het leven. Een hoofdstuk gaat over wat de mensen aten. Een ander hoofdstuk over hoe ze zich amuseerden. Weer een ander hoofdstuk hoe ze gekleed gingen. Enzovoort, en alles wat daarbij komt kijken. Voor zover mogelijk geeft hij cijfers, of bijvoorbeeld een lijst van straffen in geval van een bepaald vergrijp. En je komt allerlei zaken te weten waardoor je je afvraagt of mensen wel gelukkig konden zijn in zo’n samenleving. Zo was aan het begin van de 14de eeuw de taal van de adel, maar ook van de rechtbanken, van de elite, Frans. In de 11de eeuw was Engeland nu eenmaal veroverd door de Normandiërs en lange tijd was het grootste deel van de bovenlaag afkomstig uit Frankrijk.

Aan het einde van de 14de eeuw was dat veranderd, de Engelse taal werd gangbaar, niet alleen voor het gepeupel, maar als norm. Wie tot de galg werd veroordeeld door een brood te stelen, kon de rechter verstaan die het vonnis velde.
Waar ik ook geen idee van had, was de krankzinnigheid van de riddertoernooien. Daarbij vielen doden, let wel, voor een spel, en soms veel doden. Misplaatste ridderlijkheid, zeg je vanuit je gemakkelijke stoel in de 21ste eeuw, maar in de 14de eeuw onderdeel van de cultuur van de elite.

-----
Het plaatje is van Katharina Kouwenhoven
© 2018 Arie de Jong
powered by CJ2