archiefvorig nr.lopend nr.

Vermaak en Genot > Naar de film delen printen terug
Onnozelheid vs. doordacht drama Hans Knegtmans

Dat ik me erger aan een film is niet uitzonderlijk. Er worden nu eenmaal onnoemelijk veel slechte films gemaakt en vaak is een film slechter dan ik tevoren had ingeschat. Geeft niets, liever een false positive gezien dan een false negative gemist. Een enkele keer roept een film een sterkere emotie op dan gewone ergernis. Dat overkwam me op IFFR bij Bollywood Hero van regisseur en scenarist Diederik van Rooijen. Aanvankelijk wees niets erop dat het zo erg zou worden. Acteur Nick (Egbert Jan Weber) arriveert in Mumbai, waar hij een bijrolletje mag spelen in een soapy drama. Leuk om dat ook eens te kunnen meemaken. En passant maakt hij zelf voor zijn dementerende vader een videofilmpje met ingesproken commentaar. Niets mis mee.

Begrijpelijkerwijs wordt hij overweldigd door de hectiek van het Indiase straatleven. Tenslotte heeft hij de film Slumdog Millionaire (die gelijktijdig werd opgenomen) nog niet gezien en is alles nieuw. Al gauw begrijpt hij dat in de metropool veel armoede heerst. Een schattig bedelmeisje raakt hem in zijn hart met de smeekbede ‘please give me a future’. Als hij haar de volgende dag op straat aanroept, wordt ze door een auto dodelijk aangereden.
Gedreven door schuldgevoel ontketent Nick een eenpersoons hulpverleningsoffensief. Daarbij krijgt hij onverwachte steun van zijn vaders camera, die de autochtonen die het hardste hulp nodig hebben in een gouden gloed zet. (Een beetje magisch realisme moet kunnen.) Aldus bekostigt hij de medicijnen van een ernstig zieke man. Bleef het daar maar bij.
Maar Nick heeft de smaak te pakken en beseft dat hij tot omvangrijker missiewerk is geroepen. De Indiase samenleving is verziekt tot op het bot, maar daar komt nu verandering in! Te beginnen met de toekomst van zijn tegenspeelster Sita in de Bollywoodfilm, die uitgehuwelijkt dreigt te worden aan een griezel. In klare taal legt hij haar uit dat dit niet kan. Het idee! Je trouwt immers met degene aan wie je je hart verpand hebt! Na wat aanloopproblemen wordt de actrice zowaar verliefd op hem. Zie je wel dat hij gelijk had?

Het is alsof je naar het achterlijke neefje van George Bush jr. kijkt dat, niet gehinderd door enig besef van culturele diversiteit, de hele wereld wil hervormen tot een dependance van de Verenigde Staten. Het dieptepunt van de film is Nicks vergeefse poging een groep bedelende zwerfkinderen te ontzetten uit hun gevangenschap door een gewetenloze schurk. De kinderen weten niet wat hun overkomt. De schurk evenmin, maar dat duurt niet lang.
Dit dwaze verhaal zou te verteren zijn als Bollywood Hero beoogde cynisch commentaar te geven op simplistische westerse opvattingen over hulpverlening. Maar al proberen sommige journalisten de film die kant op te schrijven, Diederik van Rooijen zet geen vraagtekens bij Nicks strapatsen. Toegegeven, de jongen denkt niet altijd even goed na eer hij tot actie overgaat. Maar het blijft overduidelijk een goedwillende knul die zijn hart laat spreken en daarom onze sympathie meer dan verdient. Het bange vermoeden dringt zich op dat Van Rooijen aan dezelfde kortzichtigheid lijdt als zijn hoofdpersoon. Dan heeft het Rotterdamse festivalpubliek dat de film met enthousiasme ontving, iets om over na te denken. Op de golven van het festivalsucces draait de film nu in de bioscoop. Oordeelt u zelf.

Ook de Japanse film Tokyo Sonata beleefde zijn Nederlandse première in Rotterdam. Regisseur Kyoshi Kurosawa0611VG Tokyo Sonata is een vaste gast van het festival. Daardoor heb ik films van hem kunnen zien die nooit de bioscoop hebben gehaald: Cure (1997), Ko-rei (2000), Pulse (2001), Doppelgänger (2003) en Retrieval (2006). Intelligente, razendknappe psychologische horror. Zonder gore beelden, luid gegil of overdreven suggestieve muziek. Daar wisten de distributeurs geen raad mee. Niet commercieel genoeg voor het multiplex, niet herkenbaar genoeg voor de filmtheaters. Alleen het moeilijke maar zichtbaar ‘verantwoorde’ Bright Future (2003) haalde hier de bioscopen, zonder veel succes. Dat laatste geldt, vrees ik, ook voor Tokio Sonata (2008). Gauw naar het filmhuis dus. Over een paar weken is hij weg en dan moet u maar hopen dat ooit het filmhuis van Oldenzaal of Winterswijk op een verloren dinsdagavond een plaatsje voor hem inruimt.

Want allemachtig, wat een fantastische film is het! Afdelingschef Ryûhei (Teruyuki Kagawa) wordt plotseling ontslagen. Niet dat hij op een of andere manier tekortgeschoten is. De reden is simpel dat drie Chinese kantoorbedienden evenveel kosten als hij in zijn eentje. Hij moet dat niet persoonlijk opvatten, stelt zijn baas hem gerust. Werkloosheid is in Japan een doodzonde en Ryûhei verzwijgt de catastrofe voor zijn vrouw Megumi (Kyôko Koizumi) en zijn twee zonen.
Zijn ‘werkdagen’ veranderen in een zwervend bestaan. ’s Ochtends staat hij uren in de rij op het arbeidsbureau, waar hij soms ongeschoold werk krijgt aangeboden dat een belediging is voor iemand met zijn opleiding. Hij gaat daar niet op in: ooit moet er toch weer emplooi zijn voor iemand met zijn capaciteiten. Tussen de middag staat hij in een andere rij om van de armenzorg een gratis lunch van rijstepap te ontvangen. Daarna leest hij met andere werklozen in een bibliotheek de krant tot hij weer met goed fatsoen naar huis kan.
Thuis probeert hij het respect dat de buitenwereld hem ontzegt af te dwingen bij zijn gezin. Niet door meer aandacht aan hen te besteden maar door strenger dan ooit zijn gezag te doen gelden. Wil zijn jongste zoontje Kenji (Inowaki Kai) op pianoles? Geen denken aan. Morgen is die bevlieging weer over en dan wil hij weer wat anders.
Alle gezinsleden begrijpen dat ze met deze nieuwe versie van Ryûhei maar beter niet in discussie kunnen gaan.
De film lijkt te eindigen in nihilisme, net zoals het eerdere werkloosheidsdrama L’ adversaire (zie aflevering 0, 3). Daarin raakte Daniel Auteuil zo in zijn leugens verstrikt dat hij alleen nog de meest radicaal denkbare oplossing zag. Kurosawa pakt het anders aan en dat is wel zo prettig. De kijker hecht zich in de loop van de film dermate aan de hoofdfiguren (zelfs de stugge vader is vroeger een aardige man geweest, al zou je dat nu niet meer zeggen) dat je hoopt dat het op de een of andere manier weer goed komt met het gezin. En kijk eens, Kurosawa heeft een geniale ontknoping bedacht die hoop geeft op een betere toekomst.
Hoe, dat verklap ik niet. Maar het is een opbeurende gewaarwording dat, in een Japanse film nog wel, de hoofdpersoon inziet dat zijn geluk niet hoeft af te hangen van een nette kantoorbaan. (Overigens is veel van Kurosawa’ s eerdere werk – zie hierboven – op DVD verkrijgbaar.)
 
*********************************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl


© 2009 Hans Knegtmans meer Hans Knegtmans - meer "Naar de film" -
Vermaak en Genot > Naar de film
Onnozelheid vs. doordacht drama Hans Knegtmans
Dat ik me erger aan een film is niet uitzonderlijk. Er worden nu eenmaal onnoemelijk veel slechte films gemaakt en vaak is een film slechter dan ik tevoren had ingeschat. Geeft niets, liever een false positive gezien dan een false negative gemist. Een enkele keer roept een film een sterkere emotie op dan gewone ergernis. Dat overkwam me op IFFR bij Bollywood Hero van regisseur en scenarist Diederik van Rooijen. Aanvankelijk wees niets erop dat het zo erg zou worden. Acteur Nick (Egbert Jan Weber) arriveert in Mumbai, waar hij een bijrolletje mag spelen in een soapy drama. Leuk om dat ook eens te kunnen meemaken. En passant maakt hij zelf voor zijn dementerende vader een videofilmpje met ingesproken commentaar. Niets mis mee.

Begrijpelijkerwijs wordt hij overweldigd door de hectiek van het Indiase straatleven. Tenslotte heeft hij de film Slumdog Millionaire (die gelijktijdig werd opgenomen) nog niet gezien en is alles nieuw. Al gauw begrijpt hij dat in de metropool veel armoede heerst. Een schattig bedelmeisje raakt hem in zijn hart met de smeekbede ‘please give me a future’. Als hij haar de volgende dag op straat aanroept, wordt ze door een auto dodelijk aangereden.
Gedreven door schuldgevoel ontketent Nick een eenpersoons hulpverleningsoffensief. Daarbij krijgt hij onverwachte steun van zijn vaders camera, die de autochtonen die het hardste hulp nodig hebben in een gouden gloed zet. (Een beetje magisch realisme moet kunnen.) Aldus bekostigt hij de medicijnen van een ernstig zieke man. Bleef het daar maar bij.
Maar Nick heeft de smaak te pakken en beseft dat hij tot omvangrijker missiewerk is geroepen. De Indiase samenleving is verziekt tot op het bot, maar daar komt nu verandering in! Te beginnen met de toekomst van zijn tegenspeelster Sita in de Bollywoodfilm, die uitgehuwelijkt dreigt te worden aan een griezel. In klare taal legt hij haar uit dat dit niet kan. Het idee! Je trouwt immers met degene aan wie je je hart verpand hebt! Na wat aanloopproblemen wordt de actrice zowaar verliefd op hem. Zie je wel dat hij gelijk had?

Het is alsof je naar het achterlijke neefje van George Bush jr. kijkt dat, niet gehinderd door enig besef van culturele diversiteit, de hele wereld wil hervormen tot een dependance van de Verenigde Staten. Het dieptepunt van de film is Nicks vergeefse poging een groep bedelende zwerfkinderen te ontzetten uit hun gevangenschap door een gewetenloze schurk. De kinderen weten niet wat hun overkomt. De schurk evenmin, maar dat duurt niet lang.
Dit dwaze verhaal zou te verteren zijn als Bollywood Hero beoogde cynisch commentaar te geven op simplistische westerse opvattingen over hulpverlening. Maar al proberen sommige journalisten de film die kant op te schrijven, Diederik van Rooijen zet geen vraagtekens bij Nicks strapatsen. Toegegeven, de jongen denkt niet altijd even goed na eer hij tot actie overgaat. Maar het blijft overduidelijk een goedwillende knul die zijn hart laat spreken en daarom onze sympathie meer dan verdient. Het bange vermoeden dringt zich op dat Van Rooijen aan dezelfde kortzichtigheid lijdt als zijn hoofdpersoon. Dan heeft het Rotterdamse festivalpubliek dat de film met enthousiasme ontving, iets om over na te denken. Op de golven van het festivalsucces draait de film nu in de bioscoop. Oordeelt u zelf.

Ook de Japanse film Tokyo Sonata beleefde zijn Nederlandse première in Rotterdam. Regisseur Kyoshi Kurosawa0611VG Tokyo Sonata is een vaste gast van het festival. Daardoor heb ik films van hem kunnen zien die nooit de bioscoop hebben gehaald: Cure (1997), Ko-rei (2000), Pulse (2001), Doppelgänger (2003) en Retrieval (2006). Intelligente, razendknappe psychologische horror. Zonder gore beelden, luid gegil of overdreven suggestieve muziek. Daar wisten de distributeurs geen raad mee. Niet commercieel genoeg voor het multiplex, niet herkenbaar genoeg voor de filmtheaters. Alleen het moeilijke maar zichtbaar ‘verantwoorde’ Bright Future (2003) haalde hier de bioscopen, zonder veel succes. Dat laatste geldt, vrees ik, ook voor Tokio Sonata (2008). Gauw naar het filmhuis dus. Over een paar weken is hij weg en dan moet u maar hopen dat ooit het filmhuis van Oldenzaal of Winterswijk op een verloren dinsdagavond een plaatsje voor hem inruimt.

Want allemachtig, wat een fantastische film is het! Afdelingschef Ryûhei (Teruyuki Kagawa) wordt plotseling ontslagen. Niet dat hij op een of andere manier tekortgeschoten is. De reden is simpel dat drie Chinese kantoorbedienden evenveel kosten als hij in zijn eentje. Hij moet dat niet persoonlijk opvatten, stelt zijn baas hem gerust. Werkloosheid is in Japan een doodzonde en Ryûhei verzwijgt de catastrofe voor zijn vrouw Megumi (Kyôko Koizumi) en zijn twee zonen.
Zijn ‘werkdagen’ veranderen in een zwervend bestaan. ’s Ochtends staat hij uren in de rij op het arbeidsbureau, waar hij soms ongeschoold werk krijgt aangeboden dat een belediging is voor iemand met zijn opleiding. Hij gaat daar niet op in: ooit moet er toch weer emplooi zijn voor iemand met zijn capaciteiten. Tussen de middag staat hij in een andere rij om van de armenzorg een gratis lunch van rijstepap te ontvangen. Daarna leest hij met andere werklozen in een bibliotheek de krant tot hij weer met goed fatsoen naar huis kan.
Thuis probeert hij het respect dat de buitenwereld hem ontzegt af te dwingen bij zijn gezin. Niet door meer aandacht aan hen te besteden maar door strenger dan ooit zijn gezag te doen gelden. Wil zijn jongste zoontje Kenji (Inowaki Kai) op pianoles? Geen denken aan. Morgen is die bevlieging weer over en dan wil hij weer wat anders.
Alle gezinsleden begrijpen dat ze met deze nieuwe versie van Ryûhei maar beter niet in discussie kunnen gaan.
De film lijkt te eindigen in nihilisme, net zoals het eerdere werkloosheidsdrama L’ adversaire (zie aflevering 0, 3). Daarin raakte Daniel Auteuil zo in zijn leugens verstrikt dat hij alleen nog de meest radicaal denkbare oplossing zag. Kurosawa pakt het anders aan en dat is wel zo prettig. De kijker hecht zich in de loop van de film dermate aan de hoofdfiguren (zelfs de stugge vader is vroeger een aardige man geweest, al zou je dat nu niet meer zeggen) dat je hoopt dat het op de een of andere manier weer goed komt met het gezin. En kijk eens, Kurosawa heeft een geniale ontknoping bedacht die hoop geeft op een betere toekomst.
Hoe, dat verklap ik niet. Maar het is een opbeurende gewaarwording dat, in een Japanse film nog wel, de hoofdpersoon inziet dat zijn geluk niet hoeft af te hangen van een nette kantoorbaan. (Overigens is veel van Kurosawa’ s eerdere werk – zie hierboven – op DVD verkrijgbaar.)
 
*********************************************
De Leunstoel is gebouwd door Peppered.
Ga voor informatie over dat bureau naar www.peppered.nl
© 2009 Hans Knegtmans
powered by CJ2