archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 4
Jaargang 2
25 november 2004
Bezigheden > Mode delen printen terug
Liever toch een puntneus? Cass Kamp

0204 Laarzen
Daar stond ik dan, voor de spiegel. Het was midden augustus en zo warm dat de mussen van het dak vielen. Maar, regeren is vooruitzien, dus waren mijn gedachten alweer bij de winter. Aan mijn voeten had ik geweldige laarzen. Mooi leer, mooie kleur, mooi model. Zodra ik ze had gezien, was ik verliefd. En het lot was mij en mijn bankrekening gunstig gezind: ze waren afgeprijsd! Halleluja!
 
Dat de laarzen een hak van hier tot Tokio hadden, was me voor het gemak even niet opgevallen. Sowieso, als modeliefhebber hoor je ook niet te zeuren over hakken. Het maakt niet uit hoe ongemakkelijk schoen of laars ook zijn, als ze je maar mooi staan. Ik heb al veel putten, pleinen met kinderkopjes en pijn aan mijn voeten getrotseerd. En hier spreekt een meisje dat tot haar 15e op Nike’s heeft gelopen. Inmiddels is (gelukkig) mijn smaak veranderd en daarmee mijn schoenenkeuze. Nu kan ik rustig een middagje winkelen op mijn geliefde rode pumps met naaldhakken van, laten we zeggen, middelbare hoogte. Wat ik hiermee wil zeggen, is dat als ik in drie jaar heb geleerd om op hoge hakken te lopen, kan iedereen het leren.
 
Terug naar de laarzen. Inmiddels is het half november, en hartstikke koud. Te koud voor mijn pumps, maar het perfecte weer om mijn mooie laarzen te dragen. Toch staan ze daar maar te staan in mijn schoenenhoekje. Ze hebben het welgeteld één keer mogen verlaten.
Op die snikhete dag in augustus dacht ik dat die laarzen wel eens de aankoop van het jaar zouden kunnen gaan worden. Het jaar is nog maar kort, en inmiddels kan ik u wel vertellen dat ze het toch niet zijn geworden. Mijn geliefde rode pumps staan nog steeds op eenzame hoogte in de lijst van favoriete aankopen van het jaar.
 
De hakken bleken absoluut niet het probleem te zijn. Die zijn nog even hoog, en ik ben nog steeds in de veronderstelling dat je op hakken lopen kunt leren. Het probleem bleek in de punten te zitten. Of, beter gezegd, het gebrek aan punten. Wat is namelijk het geval, mijn mooie laarzen hebben bolle neuzen. En ik weet het, als zelfbenoemde fashionista had ik natuurlijk allang weer op schoenen met een bolle neus moeten lopen. Maar toch heb ik me daar vooralsnog niet toe kunnen zetten. Het is ook wel een erg grote overgang.
Mijn eerste schoenen met een punt waren een paar zwarte leren laarsjes met een naaldhak. Inmiddels zijn die gedegradeerd tot de categorie niet meer draagbaar, ver weggestopt in mijn kast. (Misschien is het handig om even te vertellen dat alle kleren en schoenen die ik regelmatig draag ergens buiten mijn kasten rondzwerven. Kasten zijn uitsluitend voor kleren die ik nauwelijks draag, maar die toch te leuk zijn om weg te gooien. Want wie weet, komen de jaren ‘90 ooit weer in de mode, of krijg ik mijn figuur dat ik in de brugklas had ooit weer terug, of misschien krijg ik ooit wel dochters…).
 
In het kader van een grote inspectie heb ik mijn eerste paar puntlaarsjes laatst toch weer eens tevoorschijn gehaald. En toen viel me op dat ze eigenlijk helemaal niet zo puntig zijn. Nou ja, wel puntig natuurlijk, maar de schoenenmode ging van puntiger tot spits. Inmiddels hebben zelfs mijn tenen een puntvorm aangenomen.
Het zijn dan ook mede mijn tenen die niet aan de nieuwe mode kunnen wennen. Jaren hebben ze min of meer ‘opgesloten’ gezeten en konden ze geen kant op. In mijn bolle laarzen krijgen ze ineens weer alle ruimte, en dat is toch wel raar. Dat ruimte-overschot voelt alsof ik een soort van legerkistjes aan heb. Het ziet er gewoon ook niet erg elegant uit. Mijn ogen kunnen er ook maar niet aan wennen.
Die eerste en enige keer dat ik mijn laarzen droeg, was onder een rokje. Dat was eigenlijk nog wel leuk. Maar onder een broek vind ik ze nog steeds niet staan, hoe ik het ook probeer voor de spiegel. Het gebrek aan elegantie wordt dan alleen maar groter. Ik voel me dan zelfs enigszins mannelijk. Wanneer je een rokje aan hebt is dat toch wat moeilijker.
 
Inmiddels heb ik toch nog een paar andere bolle laarzen aangeschaft. Deze keer geen uitverkoopje, en dus een rib uit mijn lijf. Ik overuigde mezelf ervan dat ik ze absoluut nodig had. Die andere laarzen hebben niet de meest gangbare kleur, namelijk een soort van lila. Nou heb ik schoenen in de meest rare kleuren. Van rood tot zilver tot een mengeling van verschillende kleuren. Noemt u maar een kleur op, en ik bezit een paar schoenen in die kleur. Dus eigenlijk is kleur nog nooit een probleem voor mij geweest qua schoenen. En was het dat wel, heb ik daar gewoon mijn garderobe op aangepast.
 
Maar ik had de kleur als excuus nodig. Ik moet als modemeisje toch zeker wel aan de nieuwste trend kunnen wennen? Sterker nog, wanneer ik eraan gewend ben, moet ik de volgende trend eigenlijk alweer opgepakt hebben. Dus kocht ik mijn tweede paar laarzen met bolle neuzen, en dit keer in de saaie kleur donkerbruin. Maar helaas hebben ook deze laarzen mijn schoenenhoekje nauwelijks verlaten.
Het venijn zit dus toch in de neus. Ik blijf maar uren voor de spiegel doorbrengen in mijn laarzen met hun bolle neus, in de hoop dat ik toch aan deze trend wen. Wie weet heb ik zo met de aankoop van die twee paar laarzen dé koop voor volgend jaar al gedaan.


© 2004 Cass Kamp meer Cass Kamp - meer "Mode"
Bezigheden > Mode
Liever toch een puntneus? Cass Kamp
0204 Laarzen
Daar stond ik dan, voor de spiegel. Het was midden augustus en zo warm dat de mussen van het dak vielen. Maar, regeren is vooruitzien, dus waren mijn gedachten alweer bij de winter. Aan mijn voeten had ik geweldige laarzen. Mooi leer, mooie kleur, mooi model. Zodra ik ze had gezien, was ik verliefd. En het lot was mij en mijn bankrekening gunstig gezind: ze waren afgeprijsd! Halleluja!
 
Dat de laarzen een hak van hier tot Tokio hadden, was me voor het gemak even niet opgevallen. Sowieso, als modeliefhebber hoor je ook niet te zeuren over hakken. Het maakt niet uit hoe ongemakkelijk schoen of laars ook zijn, als ze je maar mooi staan. Ik heb al veel putten, pleinen met kinderkopjes en pijn aan mijn voeten getrotseerd. En hier spreekt een meisje dat tot haar 15e op Nike’s heeft gelopen. Inmiddels is (gelukkig) mijn smaak veranderd en daarmee mijn schoenenkeuze. Nu kan ik rustig een middagje winkelen op mijn geliefde rode pumps met naaldhakken van, laten we zeggen, middelbare hoogte. Wat ik hiermee wil zeggen, is dat als ik in drie jaar heb geleerd om op hoge hakken te lopen, kan iedereen het leren.
 
Terug naar de laarzen. Inmiddels is het half november, en hartstikke koud. Te koud voor mijn pumps, maar het perfecte weer om mijn mooie laarzen te dragen. Toch staan ze daar maar te staan in mijn schoenenhoekje. Ze hebben het welgeteld één keer mogen verlaten.
Op die snikhete dag in augustus dacht ik dat die laarzen wel eens de aankoop van het jaar zouden kunnen gaan worden. Het jaar is nog maar kort, en inmiddels kan ik u wel vertellen dat ze het toch niet zijn geworden. Mijn geliefde rode pumps staan nog steeds op eenzame hoogte in de lijst van favoriete aankopen van het jaar.
 
De hakken bleken absoluut niet het probleem te zijn. Die zijn nog even hoog, en ik ben nog steeds in de veronderstelling dat je op hakken lopen kunt leren. Het probleem bleek in de punten te zitten. Of, beter gezegd, het gebrek aan punten. Wat is namelijk het geval, mijn mooie laarzen hebben bolle neuzen. En ik weet het, als zelfbenoemde fashionista had ik natuurlijk allang weer op schoenen met een bolle neus moeten lopen. Maar toch heb ik me daar vooralsnog niet toe kunnen zetten. Het is ook wel een erg grote overgang.
Mijn eerste schoenen met een punt waren een paar zwarte leren laarsjes met een naaldhak. Inmiddels zijn die gedegradeerd tot de categorie niet meer draagbaar, ver weggestopt in mijn kast. (Misschien is het handig om even te vertellen dat alle kleren en schoenen die ik regelmatig draag ergens buiten mijn kasten rondzwerven. Kasten zijn uitsluitend voor kleren die ik nauwelijks draag, maar die toch te leuk zijn om weg te gooien. Want wie weet, komen de jaren ‘90 ooit weer in de mode, of krijg ik mijn figuur dat ik in de brugklas had ooit weer terug, of misschien krijg ik ooit wel dochters…).
 
In het kader van een grote inspectie heb ik mijn eerste paar puntlaarsjes laatst toch weer eens tevoorschijn gehaald. En toen viel me op dat ze eigenlijk helemaal niet zo puntig zijn. Nou ja, wel puntig natuurlijk, maar de schoenenmode ging van puntiger tot spits. Inmiddels hebben zelfs mijn tenen een puntvorm aangenomen.
Het zijn dan ook mede mijn tenen die niet aan de nieuwe mode kunnen wennen. Jaren hebben ze min of meer ‘opgesloten’ gezeten en konden ze geen kant op. In mijn bolle laarzen krijgen ze ineens weer alle ruimte, en dat is toch wel raar. Dat ruimte-overschot voelt alsof ik een soort van legerkistjes aan heb. Het ziet er gewoon ook niet erg elegant uit. Mijn ogen kunnen er ook maar niet aan wennen.
Die eerste en enige keer dat ik mijn laarzen droeg, was onder een rokje. Dat was eigenlijk nog wel leuk. Maar onder een broek vind ik ze nog steeds niet staan, hoe ik het ook probeer voor de spiegel. Het gebrek aan elegantie wordt dan alleen maar groter. Ik voel me dan zelfs enigszins mannelijk. Wanneer je een rokje aan hebt is dat toch wat moeilijker.
 
Inmiddels heb ik toch nog een paar andere bolle laarzen aangeschaft. Deze keer geen uitverkoopje, en dus een rib uit mijn lijf. Ik overuigde mezelf ervan dat ik ze absoluut nodig had. Die andere laarzen hebben niet de meest gangbare kleur, namelijk een soort van lila. Nou heb ik schoenen in de meest rare kleuren. Van rood tot zilver tot een mengeling van verschillende kleuren. Noemt u maar een kleur op, en ik bezit een paar schoenen in die kleur. Dus eigenlijk is kleur nog nooit een probleem voor mij geweest qua schoenen. En was het dat wel, heb ik daar gewoon mijn garderobe op aangepast.
 
Maar ik had de kleur als excuus nodig. Ik moet als modemeisje toch zeker wel aan de nieuwste trend kunnen wennen? Sterker nog, wanneer ik eraan gewend ben, moet ik de volgende trend eigenlijk alweer opgepakt hebben. Dus kocht ik mijn tweede paar laarzen met bolle neuzen, en dit keer in de saaie kleur donkerbruin. Maar helaas hebben ook deze laarzen mijn schoenenhoekje nauwelijks verlaten.
Het venijn zit dus toch in de neus. Ik blijf maar uren voor de spiegel doorbrengen in mijn laarzen met hun bolle neus, in de hoop dat ik toch aan deze trend wen. Wie weet heb ik zo met de aankoop van die twee paar laarzen dé koop voor volgend jaar al gedaan.
© 2004 Cass Kamp
powered by CJ2