archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 10
Jaargang 13
10 maart 2016
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept delen printen terug
Vetocratie Willem Minderhout

1310VG DriepootIk heb een zwak voor Francis Fukuyama. Hij werd beroemd toen hij in zijn essay uit 1992 ‘Het einde van de geschiedenis en de laatste mens’ uiteenzette dat er volgens hem geen alternatief meer was voor de democratische rechtsstaat in combinatie met vrije ondernemingsgewijze productie. De muur was gevallen. Het communistische alternatief was failliet. Wie zou hem kunnen tegenspreken?

In Westerse landen als Nederland lijkt die ‘Fukuyamaanse consensus’ er inderdaad te zijn. Hoewel er verschillen van opvatting zijn; zo wil de SP misschien wat minder markt en de VVD wat meer, een echt radicaal andere maatschappij wordt niet meer nagestreefd. Zelfs de SGP wil de theocratie niet langer invoeren.
In mondiaal perspectief lijkt die ontwikkeling naar moderne op Westerse leest geschoeide democratieën echter niet meer zo vanzelfsprekend. Het strak geleide China doet (of deed het tot voor kort) zeer goed. In veel landen in Afrika en het Midden Oosten is de staat vrijwel non-existent, of tenminste zijn geweldsmonopolie kwijt.

Fukuyama zou Fukuyama niet zijn als hij zijn eigen verwachtingen niet weer eens opnieuw had doordacht. Ik vind het aantrekkelijkste aan hem dat hij ook zijn eigen overtuigingen aan een kritisch onderzoek kan onderwerpen. Eerder deed hij dat door naar aanleiding van de Irak-oorlog te breken met de neoconservatieven tot wier kringen hij eens behoorde. Nu doet hij dat door in twee dikke pillen, ‘The Origins of Political Order’ en ‘Political Order and Political Decay’, zijn eigen verwachtingen van ‘het einde van de geschiedenis’ nog eens kritisch te bezien. (Althans, zo lees ik die boeken.)

Hij levert geen half werk. Van de prehistorie tot het heden schetst hij gedetailleerd hoe de moderne democratische rechtsstaten tot ontwikkeling kwamen. Van ‘patrimoniaal bezit’ van vorsten en vorstjes werden staten onpersoonlijke, efficiënte machtsmachines, die steeds meer in toom gehouden werden door de ‘rule of law’, een grondwettelijk kader waarbinnen dat machtsgebruik geoorloofd was. De opkomst van de democratie zorgde voor een verdere legitimering van het staatsoptreden. Deze drie elementen – moderne staat, ‘rule of law’ en democratie – vormen volgens Fukuyama de ‘driepoot’ waarop een goed functionerende maatschappij rust.

Anders dan in 'De laatste mens' vindt hij het echter niet meer vanzelfsprekend dat deze situatie noodzakelijkerwijs, als laatste fase van 'de geschiedenis', tot wasdom komt. Het is eigenlijk een lange reeks van toevalligheden die daar, in het Westen, toe hebben geleid en geen 'Hegeliaanse wetmatigheid'. Mensen kunnen er echter, als rationele wezens, wel naar streven om de maatschappij op die manier1310VG Fukuyama in te richten. 'Denemarken' is zo ongeveer zijn ideaal type.

Die driepoot is niet overal even evenwichtig ontwikkeld. China heeft ontegenzeggelijk een modern staatssysteem, maar democratie is ver te zoeken, in Rusland is sprake van democratie, maar het is zeker geen rechtsstaat. In landen waar geen sprake (meer) is van een functionerende staat zie je een proces van ‘repatrimonialization’: mensen zoeken weer de bescherming van de ‘clan’ en de clanleiders.

Ook in de ‘ontwikkelde Westerse democratieën’ ziet Fukuyama tekens van bederf. In zijn eigen VS, bijvoorbeeld, is door de steeds grotere polarisatie tussen Democraten en Republikeinen, in combinatie met de vele ‘checks and balances’ in het Amerikaanse systeem, een vrijwel permanente beleidsverlamming ontstaan. Amerika is in zijn woorden een ‘vetocratie’ geworden, die de slagvaardigheid van de staat in ernstige mate aantast. Tegelijkertijd heeft de overheid veel taken geprivatiseerd en voelt ze zich ‘netwerkpartner’ in plaats van soevereine opdrachtgever, zodat ze op veel minder terreinen verantwoordelijk kan worden gesteld. Het Verenigd Koninkrijk is volgens hem, door het first past the post' systeem het minst 'vetocratisch'. Nu zowel Labour als de Tories worden verscheurd door interne onenigheid lijkt dat in de praktijk wat minder vlotjes te lopen.

Nederland, met zijn strikt proportionele kiesstelsel, is in beginsel ook tamelijk ‘vetocratisch’. Desondanks zorgden coalitieregeringen over het algemeen voor een redelijk slagvaardig beleid. De electorale versplintering en de plotselinge politieke hindermacht van de Eerste Kamer leidden in de senaat zelf tot de vraag of het allemaal niet wat effectiever kan. Binnenkort start er weer een zoveelste adviescommissie een onderzoek naar mogelijke 'verbeteringen' van het kiesstelsel met deze keer niet D66, maar de over het algemeen constitutioneel tamelijk conservatieve VVD als drijvende kracht..

Tegelijkertijd wordt er flink gesleuteld aan ‘democratische vernieuwing’ zoals de referendumwet, die – in het geval van het Oekraïne-referendum – dankbaar wordt aangegrepen als 'vetocratisch instrument' om het wantrouwen ten opzichte van de representatieve democratie aan te wakkeren. Ook onze ‘driepoot’ is wat wankel aan het worden.

Fukuyama geeft in dit magistrale tweeluik veel stof tot nadenken.

Francis Fukuyama (2012), The Origins of Political Order
Francis Fukuyama (2014), Political Order and Political Decay

----------------
De tekening is gemaakt door Henk Klaren
-----------------
Bestel uw boeken en wat al niet
bij bolcom, via de banner rechts.
Dan steunt u De Leunstoel!


© 2016 Willem Minderhout meer Willem Minderhout - meer "De wereldliteratuur roept" -
Vermaak en Genot > De wereldliteratuur roept
Vetocratie Willem Minderhout
1310VG DriepootIk heb een zwak voor Francis Fukuyama. Hij werd beroemd toen hij in zijn essay uit 1992 ‘Het einde van de geschiedenis en de laatste mens’ uiteenzette dat er volgens hem geen alternatief meer was voor de democratische rechtsstaat in combinatie met vrije ondernemingsgewijze productie. De muur was gevallen. Het communistische alternatief was failliet. Wie zou hem kunnen tegenspreken?

In Westerse landen als Nederland lijkt die ‘Fukuyamaanse consensus’ er inderdaad te zijn. Hoewel er verschillen van opvatting zijn; zo wil de SP misschien wat minder markt en de VVD wat meer, een echt radicaal andere maatschappij wordt niet meer nagestreefd. Zelfs de SGP wil de theocratie niet langer invoeren.
In mondiaal perspectief lijkt die ontwikkeling naar moderne op Westerse leest geschoeide democratieën echter niet meer zo vanzelfsprekend. Het strak geleide China doet (of deed het tot voor kort) zeer goed. In veel landen in Afrika en het Midden Oosten is de staat vrijwel non-existent, of tenminste zijn geweldsmonopolie kwijt.

Fukuyama zou Fukuyama niet zijn als hij zijn eigen verwachtingen niet weer eens opnieuw had doordacht. Ik vind het aantrekkelijkste aan hem dat hij ook zijn eigen overtuigingen aan een kritisch onderzoek kan onderwerpen. Eerder deed hij dat door naar aanleiding van de Irak-oorlog te breken met de neoconservatieven tot wier kringen hij eens behoorde. Nu doet hij dat door in twee dikke pillen, ‘The Origins of Political Order’ en ‘Political Order and Political Decay’, zijn eigen verwachtingen van ‘het einde van de geschiedenis’ nog eens kritisch te bezien. (Althans, zo lees ik die boeken.)

Hij levert geen half werk. Van de prehistorie tot het heden schetst hij gedetailleerd hoe de moderne democratische rechtsstaten tot ontwikkeling kwamen. Van ‘patrimoniaal bezit’ van vorsten en vorstjes werden staten onpersoonlijke, efficiënte machtsmachines, die steeds meer in toom gehouden werden door de ‘rule of law’, een grondwettelijk kader waarbinnen dat machtsgebruik geoorloofd was. De opkomst van de democratie zorgde voor een verdere legitimering van het staatsoptreden. Deze drie elementen – moderne staat, ‘rule of law’ en democratie – vormen volgens Fukuyama de ‘driepoot’ waarop een goed functionerende maatschappij rust.

Anders dan in 'De laatste mens' vindt hij het echter niet meer vanzelfsprekend dat deze situatie noodzakelijkerwijs, als laatste fase van 'de geschiedenis', tot wasdom komt. Het is eigenlijk een lange reeks van toevalligheden die daar, in het Westen, toe hebben geleid en geen 'Hegeliaanse wetmatigheid'. Mensen kunnen er echter, als rationele wezens, wel naar streven om de maatschappij op die manier1310VG Fukuyama in te richten. 'Denemarken' is zo ongeveer zijn ideaal type.

Die driepoot is niet overal even evenwichtig ontwikkeld. China heeft ontegenzeggelijk een modern staatssysteem, maar democratie is ver te zoeken, in Rusland is sprake van democratie, maar het is zeker geen rechtsstaat. In landen waar geen sprake (meer) is van een functionerende staat zie je een proces van ‘repatrimonialization’: mensen zoeken weer de bescherming van de ‘clan’ en de clanleiders.

Ook in de ‘ontwikkelde Westerse democratieën’ ziet Fukuyama tekens van bederf. In zijn eigen VS, bijvoorbeeld, is door de steeds grotere polarisatie tussen Democraten en Republikeinen, in combinatie met de vele ‘checks and balances’ in het Amerikaanse systeem, een vrijwel permanente beleidsverlamming ontstaan. Amerika is in zijn woorden een ‘vetocratie’ geworden, die de slagvaardigheid van de staat in ernstige mate aantast. Tegelijkertijd heeft de overheid veel taken geprivatiseerd en voelt ze zich ‘netwerkpartner’ in plaats van soevereine opdrachtgever, zodat ze op veel minder terreinen verantwoordelijk kan worden gesteld. Het Verenigd Koninkrijk is volgens hem, door het first past the post' systeem het minst 'vetocratisch'. Nu zowel Labour als de Tories worden verscheurd door interne onenigheid lijkt dat in de praktijk wat minder vlotjes te lopen.

Nederland, met zijn strikt proportionele kiesstelsel, is in beginsel ook tamelijk ‘vetocratisch’. Desondanks zorgden coalitieregeringen over het algemeen voor een redelijk slagvaardig beleid. De electorale versplintering en de plotselinge politieke hindermacht van de Eerste Kamer leidden in de senaat zelf tot de vraag of het allemaal niet wat effectiever kan. Binnenkort start er weer een zoveelste adviescommissie een onderzoek naar mogelijke 'verbeteringen' van het kiesstelsel met deze keer niet D66, maar de over het algemeen constitutioneel tamelijk conservatieve VVD als drijvende kracht..

Tegelijkertijd wordt er flink gesleuteld aan ‘democratische vernieuwing’ zoals de referendumwet, die – in het geval van het Oekraïne-referendum – dankbaar wordt aangegrepen als 'vetocratisch instrument' om het wantrouwen ten opzichte van de representatieve democratie aan te wakkeren. Ook onze ‘driepoot’ is wat wankel aan het worden.

Fukuyama geeft in dit magistrale tweeluik veel stof tot nadenken.

Francis Fukuyama (2012), The Origins of Political Order
Francis Fukuyama (2014), Political Order and Political Decay

----------------
De tekening is gemaakt door Henk Klaren
-----------------
Bestel uw boeken en wat al niet
bij bolcom, via de banner rechts.
Dan steunt u De Leunstoel!
© 2016 Willem Minderhout
powered by CJ2