archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 2
Jaargang 10
1 november 2012
Bezigheden > Op de fiets delen printen terug
Who pays the ferryman; de pont van Eemnes. Thomas van der Steen

1002BZ Ferryman
Pffff, dat gaat niet meevallen vandaag. Voor het eerst na weken rust weer eens een echte fietstocht. Ik trap iedere dag naar mijn werk en maak rondjes om de kerk. Maar er écht opuit, eten en drinken in de fietstas en een geplande route? Dat heb ik zeker zes weken niet gedaan. En eerlijk gezegd kan ik niet wachten om los te gaan. Vandaag wil ik lunchen in de haven van Spakenburg en ik wed dat het gaat lukken.

Eerst de beproefde weg over de hei naar Theehuis 't Bluk. Het is eind augustus dus de heide staat in bloei. De Zuiderheide is een golvende paarse zee zover het oog reikt. De eerste tien jaar van mijn leven woonde ik hier om de hoek maar nu pas, op mijn 54e, zie ik er de schoonheid van.

Bij 't Bluk rechtsaf het bos in om uit te komen bij 'de Witte Bergen'. Een overbekende van der Valk-vestiging drukbezocht door gezinnen, vertegenwoordigers, managers – met een plan –, criminelen – met een plannetje –, goeroes, bedrijfstherapeuten, evangelisten, bejaarden en matrassenverkopers. Laatst las ik in een artikel dat de leiding van de uitdijende familie afscheid wil nemen van het bakje appelmoes met kers. Onbegrijpelijk, never change a winning team!
Daar ga ik ook over het viaduct van de A1, het bos in. Gisteren zag ik de insectenaflevering van de BBC-serie Life. De overeenkomst van een hardwerkende mierenkolonie en de snelweg onder me is treffend. Links liggen de glooiende zandverstuivingen waar 'de Witte Bergen' haar naam aan te danken heeft. Het bospad slingert naar de Gooyersgracht in Laren. Aan het eind een fietstunnel (onder de A27) die je in Eemnes brengt.

Meteen aan de rechterhand een dorpse begraafplaats. De dodenakker oogt klein maar dat komt omdat de velden zijn begrensd door heggetjes. Hij geeft, zoals eigenlijk alle begraafplaatsen, een intiem gevoel. Ik ben hier samen met de doden en fantaseer over hun leven. Op het graf van Chr. Blom ‘lieve man, papa en opa’ een enorme porseleinen Volvo-truck. Behalve echtgenoot, vader en grootvader was Christiaan dus ongetwijfeld vrachtwagenchauffeur. Hij stierf op 55 jarige leeftijd, misschien wel slachtoffer van teveel gehaktstaven en sjekkies van de weduwe van Nelle, het lot van de ridders van de weg. Zijn familienaam Blom komt meerdere malen voor op dit kerkhof. Net als de naam Overeem maar dat is logisch: de rivier de Eem ligt even verderop.

Eemnes heeft veel nieuwbouw en een oude dorpskern. Daar is ook de kerk en horeca. Bij het pleintje voor café Wakker heb je een uitzicht over de polders. Dit polderlandschap loopt door tot de rand van de Veluwe, Putten en de Harskamp. Vanaf de dijk heb je het gevoel dat je daadwerkelijk de polder induikt. Er is niets dat het gezichtsveld blokkeert.

Links: de malende windmolens aan gene zijde van het Eemmeer. Je kan er lang en breed over lullen, de statige reuzen maken zich onmiskenbaar schuldig aan horizonvervuiling. Over wind gesproken: voordat je hier gaat fietsen moet je wel even windkracht en -richting nakijken. Zo ver als je hier kan kijken, zo onbelemmerd kan het hier ook waaien. Rechts: heel ver weg, ruist de zo goed als onzichtbare A1 van Amersfoort naar Amsterdam. En rechtdoor: de platte polder met zijn ontelbare weidevogels.

Ik wist tot twee jaar geleden niks van vogels – ja, mussen en duiven kende ik – maar naarmate je meer verkeert in de natuur gaat het als vanzelf. Inmiddels heb ik in de Eempolder grutto's, sternen, tureluurs, kieviten en lepelaars gezien. In de verte de dijk van de Eem, erachter een schattig en kneuterig jachthaventje. Op de dijk voert het fietspad naar het pontje over het water. De overtocht kost me 60 cent, geen geld, en als ik wil kan ik op de boot tax-free een zak aardappels kopen. Vriend R. wees mij ooit op dit staaltje oerhollandse koopmansgeest en nu zie ik 't met eigen ogen. Aan de overkant ligt Eemdijk, voor originele namen ben je hier aan het verkeerde adres. Het dorp heeft slechts 800 inwoners maar wel 3 kerken. Het dorp is zó diepgelovig dat het pontje niet op zondag vaart. Tot midden jaren ‘70 werd de jeugd die het waagde op de dag des heren op hun brommer door het dorp te rijden met stenen bekogeld. De rustdag was heilig.

Vanaf de pont rechtdoor naar Spakenburg. Ik rijd langs tuinen die zó ontzettend strak zijn vormgegeven dat het wel midgetgolfbanen lijken, de fantasieloze versie: baan 1. Blijkbaar is elke frivoliteit uit den boze in deze rigide geloofsgemeenschap. In één van de tuinen kijkt een in klederdracht gehulde bewoonster mij nors aan, ik kan het haast niet geloven, dat het nog bestaat!
De Vaartweg voert me naar mijn lunchafspraak in de dubbelgemeente Bunschoten-Spakenburg. Bij de haven troepen dagjesmensen samen op de terrassen. Bij het pleinhuisje bestel ik een portie kibbeling –met gratis saus- en een broodje krabsalade. Op een bankje in de zon de oude haven overziend is het aangenaam lunchen. In de haven liggen houten hellingen waar botters worden gerepareerd. Met de ogen toegeknepen tegen de zon waan ik me in de 19e eeuw.

Ik verlaat het dorp in noordelijke richting naar het Eemmeer. De stadions van de rivaliserende voetbalclubs liggen vredig naast elkaar. De 'rooie' IJsselmeervogels – het volk en de vissers – en het 'blauwe' Spakenburg – de boeren en klerken –. Nee, kom er eens om op wedstrijddagen. Dan strijden beide partijen om de dorpseer waarbij de emoties hoog oplopen.

De ooit gevreesde Zuiderzee is getemd en het water kabbelt nu kalm tegen de wal. Verder op de dijk staan de overblijfselen van de eeuwenoude palendijk. Dat was in vroeger tijd de houten zeewering die het land moest beschermen tegen de woeste baren. Als je de dijk verder volgt kom je weer in Eemdijk terecht. De gefortuneerde dorpelingen hebben huizen laten bouwen die niet zouden misstaan in welke Vlaamse gemeente dan ook. Minikasteeltjes, veel steen, geen grasspriet te bekennen. Er wordt hard gewerkt en veel verdiend door de huizenbezitters en dat zal je weten ook. De bekende gele 'Broodbussen' van bakkerij 't Stoepje staan her en der verstrooid over het dorp. Die zwermen alle dagen, behalve zondag natuurlijk, uit over heel Nederland om op de markten goede zaken te doen.

Op de pont terug naar Eemnes heb ik met een andere pontbaas te doen dan vanochtend. Van deze krijg ik na betaling een officieel kaartje met de prijs – 0.60 ct – zwart op wit. De veerman met ochtenddienst zal toch niet frauderen met mijn zestig cent? Petrus zal aan de hemelpoort weinig mededogen tonen.Terug in de polder kies ik voor de kortste weg naar huis. Ik heb een slordige veertig kilometers gefietst en ben doodop. Aan mijn conditie moet gewerkt worden.
 
************************
De tekening is van Elène Klaren


© 2012 Thomas van der Steen meer Thomas van der Steen - meer "Op de fiets" -
Bezigheden > Op de fiets
Who pays the ferryman; de pont van Eemnes. Thomas van der Steen
1002BZ Ferryman
Pffff, dat gaat niet meevallen vandaag. Voor het eerst na weken rust weer eens een echte fietstocht. Ik trap iedere dag naar mijn werk en maak rondjes om de kerk. Maar er écht opuit, eten en drinken in de fietstas en een geplande route? Dat heb ik zeker zes weken niet gedaan. En eerlijk gezegd kan ik niet wachten om los te gaan. Vandaag wil ik lunchen in de haven van Spakenburg en ik wed dat het gaat lukken.

Eerst de beproefde weg over de hei naar Theehuis 't Bluk. Het is eind augustus dus de heide staat in bloei. De Zuiderheide is een golvende paarse zee zover het oog reikt. De eerste tien jaar van mijn leven woonde ik hier om de hoek maar nu pas, op mijn 54e, zie ik er de schoonheid van.

Bij 't Bluk rechtsaf het bos in om uit te komen bij 'de Witte Bergen'. Een overbekende van der Valk-vestiging drukbezocht door gezinnen, vertegenwoordigers, managers – met een plan –, criminelen – met een plannetje –, goeroes, bedrijfstherapeuten, evangelisten, bejaarden en matrassenverkopers. Laatst las ik in een artikel dat de leiding van de uitdijende familie afscheid wil nemen van het bakje appelmoes met kers. Onbegrijpelijk, never change a winning team!
Daar ga ik ook over het viaduct van de A1, het bos in. Gisteren zag ik de insectenaflevering van de BBC-serie Life. De overeenkomst van een hardwerkende mierenkolonie en de snelweg onder me is treffend. Links liggen de glooiende zandverstuivingen waar 'de Witte Bergen' haar naam aan te danken heeft. Het bospad slingert naar de Gooyersgracht in Laren. Aan het eind een fietstunnel (onder de A27) die je in Eemnes brengt.

Meteen aan de rechterhand een dorpse begraafplaats. De dodenakker oogt klein maar dat komt omdat de velden zijn begrensd door heggetjes. Hij geeft, zoals eigenlijk alle begraafplaatsen, een intiem gevoel. Ik ben hier samen met de doden en fantaseer over hun leven. Op het graf van Chr. Blom ‘lieve man, papa en opa’ een enorme porseleinen Volvo-truck. Behalve echtgenoot, vader en grootvader was Christiaan dus ongetwijfeld vrachtwagenchauffeur. Hij stierf op 55 jarige leeftijd, misschien wel slachtoffer van teveel gehaktstaven en sjekkies van de weduwe van Nelle, het lot van de ridders van de weg. Zijn familienaam Blom komt meerdere malen voor op dit kerkhof. Net als de naam Overeem maar dat is logisch: de rivier de Eem ligt even verderop.

Eemnes heeft veel nieuwbouw en een oude dorpskern. Daar is ook de kerk en horeca. Bij het pleintje voor café Wakker heb je een uitzicht over de polders. Dit polderlandschap loopt door tot de rand van de Veluwe, Putten en de Harskamp. Vanaf de dijk heb je het gevoel dat je daadwerkelijk de polder induikt. Er is niets dat het gezichtsveld blokkeert.

Links: de malende windmolens aan gene zijde van het Eemmeer. Je kan er lang en breed over lullen, de statige reuzen maken zich onmiskenbaar schuldig aan horizonvervuiling. Over wind gesproken: voordat je hier gaat fietsen moet je wel even windkracht en -richting nakijken. Zo ver als je hier kan kijken, zo onbelemmerd kan het hier ook waaien. Rechts: heel ver weg, ruist de zo goed als onzichtbare A1 van Amersfoort naar Amsterdam. En rechtdoor: de platte polder met zijn ontelbare weidevogels.

Ik wist tot twee jaar geleden niks van vogels – ja, mussen en duiven kende ik – maar naarmate je meer verkeert in de natuur gaat het als vanzelf. Inmiddels heb ik in de Eempolder grutto's, sternen, tureluurs, kieviten en lepelaars gezien. In de verte de dijk van de Eem, erachter een schattig en kneuterig jachthaventje. Op de dijk voert het fietspad naar het pontje over het water. De overtocht kost me 60 cent, geen geld, en als ik wil kan ik op de boot tax-free een zak aardappels kopen. Vriend R. wees mij ooit op dit staaltje oerhollandse koopmansgeest en nu zie ik 't met eigen ogen. Aan de overkant ligt Eemdijk, voor originele namen ben je hier aan het verkeerde adres. Het dorp heeft slechts 800 inwoners maar wel 3 kerken. Het dorp is zó diepgelovig dat het pontje niet op zondag vaart. Tot midden jaren ‘70 werd de jeugd die het waagde op de dag des heren op hun brommer door het dorp te rijden met stenen bekogeld. De rustdag was heilig.

Vanaf de pont rechtdoor naar Spakenburg. Ik rijd langs tuinen die zó ontzettend strak zijn vormgegeven dat het wel midgetgolfbanen lijken, de fantasieloze versie: baan 1. Blijkbaar is elke frivoliteit uit den boze in deze rigide geloofsgemeenschap. In één van de tuinen kijkt een in klederdracht gehulde bewoonster mij nors aan, ik kan het haast niet geloven, dat het nog bestaat!
De Vaartweg voert me naar mijn lunchafspraak in de dubbelgemeente Bunschoten-Spakenburg. Bij de haven troepen dagjesmensen samen op de terrassen. Bij het pleinhuisje bestel ik een portie kibbeling –met gratis saus- en een broodje krabsalade. Op een bankje in de zon de oude haven overziend is het aangenaam lunchen. In de haven liggen houten hellingen waar botters worden gerepareerd. Met de ogen toegeknepen tegen de zon waan ik me in de 19e eeuw.

Ik verlaat het dorp in noordelijke richting naar het Eemmeer. De stadions van de rivaliserende voetbalclubs liggen vredig naast elkaar. De 'rooie' IJsselmeervogels – het volk en de vissers – en het 'blauwe' Spakenburg – de boeren en klerken –. Nee, kom er eens om op wedstrijddagen. Dan strijden beide partijen om de dorpseer waarbij de emoties hoog oplopen.

De ooit gevreesde Zuiderzee is getemd en het water kabbelt nu kalm tegen de wal. Verder op de dijk staan de overblijfselen van de eeuwenoude palendijk. Dat was in vroeger tijd de houten zeewering die het land moest beschermen tegen de woeste baren. Als je de dijk verder volgt kom je weer in Eemdijk terecht. De gefortuneerde dorpelingen hebben huizen laten bouwen die niet zouden misstaan in welke Vlaamse gemeente dan ook. Minikasteeltjes, veel steen, geen grasspriet te bekennen. Er wordt hard gewerkt en veel verdiend door de huizenbezitters en dat zal je weten ook. De bekende gele 'Broodbussen' van bakkerij 't Stoepje staan her en der verstrooid over het dorp. Die zwermen alle dagen, behalve zondag natuurlijk, uit over heel Nederland om op de markten goede zaken te doen.

Op de pont terug naar Eemnes heb ik met een andere pontbaas te doen dan vanochtend. Van deze krijg ik na betaling een officieel kaartje met de prijs – 0.60 ct – zwart op wit. De veerman met ochtenddienst zal toch niet frauderen met mijn zestig cent? Petrus zal aan de hemelpoort weinig mededogen tonen.Terug in de polder kies ik voor de kortste weg naar huis. Ik heb een slordige veertig kilometers gefietst en ben doodop. Aan mijn conditie moet gewerkt worden.
 
************************
De tekening is van Elène Klaren
© 2012 Thomas van der Steen
powered by CJ2