archiefvorig nr.lopend nr.

Nummer 12
Jaargang 5
10 april 2008
Beschouwingen > Buitenlandse zaken delen printen terug
Wanneer is de islam eigenlijk een probleem? Felix Huijgen

Afgelopen maand zag ik ’m voor het eerst in het wild: de boerkini. Een jonge moslima begaf zich in dit verhullende badpak naar de douches van het zwembad. Ik vond het eigenlijk wel een komisch gezicht; het pak was helemaal blauw met een puntmuts, waardoor de vrouw een smurfachtig voorkomen kreeg. Het was een welkome onderbreking van een verder vrij kleurloze dag. De boerkini kwam afgelopen februari in het nieuws, toen een Zwols zwembad deze badkleding verbood, omdat het ‘aanstootgevend’ zou zijn. Na interventie van de wethouder moest het bad daar weer van terug komen. Gelukkig maar, want de boerkini is een uitkomst voor vrouwen die anders nooit in een zwembad zouden komen, een eerste stap op het pad van de Verlichting, naar de emancipatie van onderdrukte moslimvrouwen. Wie ziet die vrouwen niet liever in een smurfenpak in het zwembad spartelen dan thuis, opgesloten met de gordijnen dicht? Bovendien, zwemkleding is zwemkleding – zolang het gezicht zichtbaar is, is er geen reden om een pak te verbieden, behalve dan de hysterische angst voor de islam die Geert Wilders iedereen wil aanpraten.

Het gedoe over de boerkini is symptomatisch voor de krampachtige wijze waarop velen in Nederland tegen het islamitische deel van de bevolking aankijken. De ‘Nederlandse identiteit’ zou in het geding zijn. Volgens Wilders bedreigt een ‘tsunami van de islamisering’ ons land. Afgezien van een kleine minderheid van radicale moslims – die bestreden moet worden; wat ook gebeurt – zie ik hier weinig bewijs van. Er zijn één miljoen moslims in Nederland, en hun geboortecijfer is dalende. Om deze eenvoudige demografische reden kan er dus nooit sprake van zijn dat de moslims hier de dienst zullen uitmaken, zoals Wilders suggereerde in zijn lauw ontvangen film Fitna.

Dit wil niet zeggen dat er geen ‘allochtonenprobleem’ is; dat is er wel degelijk. Vooral onder jongeren van Marokkaanse afkomst is er sprake van hogere werkloosheid en meer criminaliteit dan in de rest van de bevolking. Dit probleem heeft echter niets met de islam te maken: het komt doordat er jarenlang gastarbeiders en hun familie uit de minst ontwikkelde gebieden van Turkije en Marokko zijn gehaald, die in wijken bij elkaar zijn gaan wonen en aan wie verder geen eisen zijn gesteld. Men hoefde geen Nederlands te leren en een uitkering was makkelijker te regelen dan een baan. Inmiddels is dat gelukkig wel anders, maar het zal nog zeker tientallen jaren duren voordat de problemen zijn opgelost. Integratie kost tijd en geduld. Als Wilders werkelijk in oplossingen zou zijn geïnteresseerd en niet alleen in media-aandacht, zou hij Marokkaans-Nederlandse jongeren eerder moeten aanraden om eens wat vaker naar de moskee te gaan – het houdt ze van de straat, brengt ze gemeenschapszin en maatschappelijk engagement bij, kwaliteiten die integratie bespoedigen. Volgens het SCP gaat nog maar 29% van de tweede generatie Marokkaanse Nederlanders wekelijks naar de moskee – in de derde generatie zal dat percentage ongetwijfeld lager zijn.

Ook uit de reacties van Nederlandse moslims op de film Fitna blijkt dat de islam in Nederland niet veel problemen oplevert. Men reageerde gelaten, er was geen sprake van geweld. Veel moslimorganisaties willen in debat met Wilders, een verzoek waar hij nu eindelijk op in dreigt te gaan. Ze hebben helemaal begrepen dat er in Nederland vrijheid van meningsuiting is en dat rare denkbeelden er gewoon bij horen.

Ook in het buitenland vielen de reacties mee – een Wilders-pop die verbrand werd, een paar betogingen, enkele halfslachtige oproepen tot een boycot. Premier Balkenende liet zich van tevoren ook van zijn islamofobe kant zien door voor hevig geweld te waarschuwen als Wilders zijn film zou uitzenden, maar de moslims hebben zijn ongelijk aangetoond door zich tamelijk rustig te houden. Een overwinning dus voor de vrijheid van meningsuiting en voor de Verlichting.

Een ander bewijs dat de islam niet inherent kwaad is en niet per definitie anti-democratisch, zoals Wilders ons zou willen doen geloven, is de staat Turkije. Sinds de jaren twintig, toen Mustafa Kemal Atatürk er een seculiere staat van maakte, is het een democratisch baken in de islamitische wereld. Geloofs- en staatszaken worden strikt gescheiden gehouden. Daarmee is Turkije, een moslimland, een stuk verlichter dan Wilders, die de vrijheid van godsdienst wil afschaffen zodat hij een einde kan maken aan de bouw van nieuwe moskeeën. De laatste tijd wint de AKP-partij van premier Erdogan echter steeds meer aan invloed. Deze conservatieve partij is niet zo seculier als de republikeinse elite zou wensen en heeft onder andere het hoofddoekjesverbod op universiteiten opgeheven. De partij leidde wel een van de meest succesvolle Turkse regeringen sinds de Tweede Wereldoorlog, vooral door het verstandige economische beleid. Er werd bijvoorbeeld een einde gemaakt aan de hyperinflatie die Turkije lange tijd teisterde.

Nu gaat het Hooggerechtshof – nog altijd een seculier bastion – onderzoeken of de AKP verboden kan worden wegens schending van de principes van de seculiere rechtsstaat. Hier is sprake van een klassieke tegenstelling tussen massa en elite: de elite is seculier en wil de inrichting van de staat houden zoals Atatürk die bedoeld heeft, en de massa heeft niet zoveel met die seculariteit op en wil gewoon dat hun dochters met hoofddoekjes naar de universiteit kunnen. De elite is vreselijk bang dat de AKP een islamitische, op de sharia gebaseerde staat wil vestigen, terwijl daar geen concrete aanwijzingen toe zijn.

Hoe sympathiek ik ook sta tegenover de Verlichte waarden die Atatürk in de staat incorporeerde, uiteindelijk weegt democratie het zwaarst. Het volk heeft gekozen voor de AKP. Als de republikeinse elite denkt dat de AKP zulke kwade bedoelingen heeft (wat onwaarschijnlijk is, aangezien de partij in onderhandeling is over toetreding tot de Europese Unie), dan moet zij het volk er maar van overtuigen dat de rechtsstaat in het geding is. Als het Hooggerechtshof de AKP zou verbieden, zou dat een enorme slag betekenen voor de Turkse democratie, net nu het zo goed gaat met het land. Je kunt niet selectief uit de Verlichting shoppen wat van je gading is, zoals de seculiere elite nu doet. Voor de Turkse politiek geldt hetzelfde als voor Fitna: probeer ideologische tegenstellingen niet te onderdrukken door een verbod af te kondigen, maar ga erover in debat.
 
*********************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij
persoonlijke ontwikkeling op het werk.
Ga voor informatie naar www.ijzermans.org


© 2008 Felix Huijgen meer Felix Huijgen - meer "Buitenlandse zaken" -
Beschouwingen > Buitenlandse zaken
Wanneer is de islam eigenlijk een probleem? Felix Huijgen
Afgelopen maand zag ik ’m voor het eerst in het wild: de boerkini. Een jonge moslima begaf zich in dit verhullende badpak naar de douches van het zwembad. Ik vond het eigenlijk wel een komisch gezicht; het pak was helemaal blauw met een puntmuts, waardoor de vrouw een smurfachtig voorkomen kreeg. Het was een welkome onderbreking van een verder vrij kleurloze dag. De boerkini kwam afgelopen februari in het nieuws, toen een Zwols zwembad deze badkleding verbood, omdat het ‘aanstootgevend’ zou zijn. Na interventie van de wethouder moest het bad daar weer van terug komen. Gelukkig maar, want de boerkini is een uitkomst voor vrouwen die anders nooit in een zwembad zouden komen, een eerste stap op het pad van de Verlichting, naar de emancipatie van onderdrukte moslimvrouwen. Wie ziet die vrouwen niet liever in een smurfenpak in het zwembad spartelen dan thuis, opgesloten met de gordijnen dicht? Bovendien, zwemkleding is zwemkleding – zolang het gezicht zichtbaar is, is er geen reden om een pak te verbieden, behalve dan de hysterische angst voor de islam die Geert Wilders iedereen wil aanpraten.

Het gedoe over de boerkini is symptomatisch voor de krampachtige wijze waarop velen in Nederland tegen het islamitische deel van de bevolking aankijken. De ‘Nederlandse identiteit’ zou in het geding zijn. Volgens Wilders bedreigt een ‘tsunami van de islamisering’ ons land. Afgezien van een kleine minderheid van radicale moslims – die bestreden moet worden; wat ook gebeurt – zie ik hier weinig bewijs van. Er zijn één miljoen moslims in Nederland, en hun geboortecijfer is dalende. Om deze eenvoudige demografische reden kan er dus nooit sprake van zijn dat de moslims hier de dienst zullen uitmaken, zoals Wilders suggereerde in zijn lauw ontvangen film Fitna.

Dit wil niet zeggen dat er geen ‘allochtonenprobleem’ is; dat is er wel degelijk. Vooral onder jongeren van Marokkaanse afkomst is er sprake van hogere werkloosheid en meer criminaliteit dan in de rest van de bevolking. Dit probleem heeft echter niets met de islam te maken: het komt doordat er jarenlang gastarbeiders en hun familie uit de minst ontwikkelde gebieden van Turkije en Marokko zijn gehaald, die in wijken bij elkaar zijn gaan wonen en aan wie verder geen eisen zijn gesteld. Men hoefde geen Nederlands te leren en een uitkering was makkelijker te regelen dan een baan. Inmiddels is dat gelukkig wel anders, maar het zal nog zeker tientallen jaren duren voordat de problemen zijn opgelost. Integratie kost tijd en geduld. Als Wilders werkelijk in oplossingen zou zijn geïnteresseerd en niet alleen in media-aandacht, zou hij Marokkaans-Nederlandse jongeren eerder moeten aanraden om eens wat vaker naar de moskee te gaan – het houdt ze van de straat, brengt ze gemeenschapszin en maatschappelijk engagement bij, kwaliteiten die integratie bespoedigen. Volgens het SCP gaat nog maar 29% van de tweede generatie Marokkaanse Nederlanders wekelijks naar de moskee – in de derde generatie zal dat percentage ongetwijfeld lager zijn.

Ook uit de reacties van Nederlandse moslims op de film Fitna blijkt dat de islam in Nederland niet veel problemen oplevert. Men reageerde gelaten, er was geen sprake van geweld. Veel moslimorganisaties willen in debat met Wilders, een verzoek waar hij nu eindelijk op in dreigt te gaan. Ze hebben helemaal begrepen dat er in Nederland vrijheid van meningsuiting is en dat rare denkbeelden er gewoon bij horen.

Ook in het buitenland vielen de reacties mee – een Wilders-pop die verbrand werd, een paar betogingen, enkele halfslachtige oproepen tot een boycot. Premier Balkenende liet zich van tevoren ook van zijn islamofobe kant zien door voor hevig geweld te waarschuwen als Wilders zijn film zou uitzenden, maar de moslims hebben zijn ongelijk aangetoond door zich tamelijk rustig te houden. Een overwinning dus voor de vrijheid van meningsuiting en voor de Verlichting.

Een ander bewijs dat de islam niet inherent kwaad is en niet per definitie anti-democratisch, zoals Wilders ons zou willen doen geloven, is de staat Turkije. Sinds de jaren twintig, toen Mustafa Kemal Atatürk er een seculiere staat van maakte, is het een democratisch baken in de islamitische wereld. Geloofs- en staatszaken worden strikt gescheiden gehouden. Daarmee is Turkije, een moslimland, een stuk verlichter dan Wilders, die de vrijheid van godsdienst wil afschaffen zodat hij een einde kan maken aan de bouw van nieuwe moskeeën. De laatste tijd wint de AKP-partij van premier Erdogan echter steeds meer aan invloed. Deze conservatieve partij is niet zo seculier als de republikeinse elite zou wensen en heeft onder andere het hoofddoekjesverbod op universiteiten opgeheven. De partij leidde wel een van de meest succesvolle Turkse regeringen sinds de Tweede Wereldoorlog, vooral door het verstandige economische beleid. Er werd bijvoorbeeld een einde gemaakt aan de hyperinflatie die Turkije lange tijd teisterde.

Nu gaat het Hooggerechtshof – nog altijd een seculier bastion – onderzoeken of de AKP verboden kan worden wegens schending van de principes van de seculiere rechtsstaat. Hier is sprake van een klassieke tegenstelling tussen massa en elite: de elite is seculier en wil de inrichting van de staat houden zoals Atatürk die bedoeld heeft, en de massa heeft niet zoveel met die seculariteit op en wil gewoon dat hun dochters met hoofddoekjes naar de universiteit kunnen. De elite is vreselijk bang dat de AKP een islamitische, op de sharia gebaseerde staat wil vestigen, terwijl daar geen concrete aanwijzingen toe zijn.

Hoe sympathiek ik ook sta tegenover de Verlichte waarden die Atatürk in de staat incorporeerde, uiteindelijk weegt democratie het zwaarst. Het volk heeft gekozen voor de AKP. Als de republikeinse elite denkt dat de AKP zulke kwade bedoelingen heeft (wat onwaarschijnlijk is, aangezien de partij in onderhandeling is over toetreding tot de Europese Unie), dan moet zij het volk er maar van overtuigen dat de rechtsstaat in het geding is. Als het Hooggerechtshof de AKP zou verbieden, zou dat een enorme slag betekenen voor de Turkse democratie, net nu het zo goed gaat met het land. Je kunt niet selectief uit de Verlichting shoppen wat van je gading is, zoals de seculiere elite nu doet. Voor de Turkse politiek geldt hetzelfde als voor Fitna: probeer ideologische tegenstellingen niet te onderdrukken door een verbod af te kondigen, maar ga erover in debat.
 
*********************************
Drs. Theo IJzermans geeft begeleiding bij
persoonlijke ontwikkeling op het werk.
Ga voor informatie naar www.ijzermans.org
© 2008 Felix Huijgen
powered by CJ2